In 1893 wordt in België het algemeen meervoudig mannenstemrecht ingevoerd. Stemrecht voor vrouwen maakt geen deel uit van het debat. [ 17 ] GILISSEN, J., Le régime représentatif en Belgique depuis 1790, 1958, Brussel, La Renaissance du Livre, collection « Notre passé », p.124.
In vergelijking met feministen in andere landen zijn de Belgische feministen erg braaf in hun eisen in verband met vrouwenstemrecht. [ 18 ] www.rosavzw.be, geconsulteerd op 28 augustus 2019, link zie voetnoot. De pioniers van de vrouwenrechten in België zien stemrecht niet als een prioriteit: zij willen eerst de juridische en economische ongelijkheid van de vrouw aanpakken. [ 19 ] www.rosavzw.be, geconsulteerd 28 augustus 2019, link zie voetnoot.
Bovendien is er een belangrijke koerswijziging bij de socialisten. Rond 1890 zijn zij nog voorstander van het vrouwenstemrecht, maar een tiental jaren later maken ze een bocht van 180 graden: ze zien af van de eis voor vrouwenstemrecht. Zowel de socialistische partij als de liberale partij vreest immers dat vrouwen overwegend katholiek zullen stemmen. Vanaf nu worden de socialistische vrouwen niet meer gesteund door hun partij. [ 20 ] KEYMOLEN, D. en COENEN, M.-T., Stap voor Stap. Geschiedenis van de vrouwenemancipatie in België, 1991, Kabinet van de Staatssecretaris voor Maatschappelijke Emancipatie, p.36.
De diverse vrouwenbewegingen (uit burgerlijke, socialistische en christelijke hoek) die opgericht worden op het einde van de negentiende eeuw, brengen echter een emancipatieproces op gang. Tussen 1893 en 1914 verwerven vrouwen een grotere bewegingsvrijheid buitenshuis, een zekere arbeidsbescherming en enkele arbeidsrechten.
Artikel van het wetboek nr. 214: "De vrouw moet haar man overal volgen", L'Illustré National, 10 november 1901 - Archieven van de Stad Brussel
Aan de maritale macht van de man wordt niet getornd: gehuwde vrouwen blijven burgerlijk onbekwaam en onderworpen aan het gezag van hun echtgenoot.
Toch komen er enkele barstjes in dit mannelijk gezag. In 1900 stelt een wet gehuwde vrouwen in staat geld op een spaarboekje te plaatsen en dit geld af te halen zonder bijstand van de echtgenoot. De maritale machtiging blijft echter nodig voor bedragen boven 100 frank. [ 21 ] DE WEERDT, D., En de vrouwen? Vrouw, vrouwenbeweging en feminisme in België (1830-1960), 1980, Gent, Masereelfonds, p.108. Voor alle duidelijkheid stelt een vermanende clausule dat dit geld voor de behoeften van het huishouden aangewend moet worden. In hetzelfde jaar worden werkende vrouwen gemachtigd om hun loon te trekken, zonder toestemming van hun man, tot een maximum van 3.000 frank per jaar. [ 22 ] DE WEERDT, D., En de vrouwen? Vrouw, vrouwenbeweging en feminisme in België (1830-1960), 1980, Gent, Masereelfonds, p.108. Uiteraard mag ook dit geld enkel aangewend worden voor de behoeften van het huishouden.
Aan de vooravond van de Eerste Wereldoorlog flakkert de eis voor vrouwenstemrecht opnieuw op als gevolg van een in het vooruitzicht gestelde grondwetsherziening. De katholieke partij is voorstander van het vrouwenstemrecht geworden omdat zij verwacht dat veel vrouwen katholiek zullen stemmen. In 1913 verzamelt de Fédération belge pour le suffrage des femmes diverse feministische strekkingen rond het centrale thema van het vrouwenstemrecht. [ 23 ] KEYMOLEN, D. en COENEN, M.-T., Stap voor Stap. Geschiedenis van de vrouwenemancipatie in België, 1991, Kabinet van de Staatssecretaris voor Maatschappelijke Emancipatie, pp.45-46. Dan breekt de Eerste Wereldoorlog uit.