De periode van het interbellum wordt gekenmerkt door een blijvend verzet van socialistische en liberale politici tegen het vrouwenstemrecht. Nu het "algemeen" enkelvoudig stemrecht verworven is voor mannen, staan vrouwen alleen met hun eis voor stemrecht. Er zijn geen grote stakingen of betogingen om het stemrecht uit te breiden naar vrouwen.
Tussen beide wereldoorlogen vinden echter belangrijke maatschappelijke wijzigingen plaats. De economische structuren veranderen grondig na 1918. Door de toenemende mechanisering neemt huisarbeid sterk af. Vrouwen hebben minder mogelijkheden om in gezinsverband te werken [ 35 ] KEYMOLEN, D. en COENEN, M.-T., Stap voor Stap. Geschiedenis van de vrouwenemancipatie in België, 1991, Kabinet van de Staatssecretaris voor Maatschappelijke Emancipatie, p.61. en werken steeds vaker in fabrieken of in de explosief groeiende dienstensector. Maar vrouwenarbeid is nog steeds een zeer omstreden zaak. Thuiswerkende vrouwen staan hoger aangeschreven dan zij die buitenshuis moeten gaan werken. [ 36 ] www.rosavzw.be, geconsulteerd op 23 augustus 2019, link zie voetnoot.
Ook op het vlak van de burgerlijke rechten verandert na de Eerste Wereldoorlog een en ander ten goede voor de vrouwen. Zo kunnen vrouwen vanaf 1922 advocaat worden, voor gehuwde vrouwen weliswaar mits de uitdrukkelijke toestemming van hun echtgenoot. Het bedrag dat vrouwen zonder toestemming van hun man van het spaarboekje mogen afhalen, wordt in 1923 opgetrokken. Een andere evolutie is dat vrouwen in geval van een scheiding van tafel en bed beschikken over hun volle burgerlijke bekwaamheid zonder dat daarvoor de toestemming van hun man of een rechter nodig is. [ 37 ] www.rosavzw.be, geconsulteerd op 23 augustus 2019, link zie voetnoot. Het principe van de maritale macht zal echter blijven bestaan tot 1958.
Tijdens de economische crisis van de jaren dertig krijgt de arbeidende vrouw het niet gemakkelijk. Katholiek-liberale regeringen vaardigen discriminerende maatregelen uit. In 1933 wordt het loon van vrouwelijke ambtenaren waarvan de man ook ambtenaar is, verminderd met 25%. Een jaar later wordt beslist alle staatsbetrekkingen voortaan uitsluitend aan mannen voor te behouden. In januari 1935 verminderen de weddes van vrouwelijke leerkrachten en ambtenaren. [ 38 ] www.rosavzw.be, geconsulteerd op 30 augustus 2019, link zie voetnoot. Na een massale protestactie worden deze maatregelen na enkele maanden ingetrokken. [ 39 ] KEYMOLEN, D. en COENEN, M.-T., Stap voor Stap. Geschiedenis van de vrouwenemancipatie in België, 1991, Kabinet van de Staatssecretaris voor Maatschappelijke Emancipatie, p.72.
Het feministisch verzet blijft niet uit. Stilaan vinden de vrouwen gehoor, onder meer bij eerste minister Paul Van Zeeland aan wie de vrouwenorganisaties in 1935 hun eisen voor recht op vrouwenarbeid bekendmaken. Geleidelijk worden de discriminerende maatregelen in verband met vrouwen en arbeid ingetrokken. Dan breekt de Tweede Wereldoorlog uit. [ 40 ] KEYMOLEN, D. en COENEN, M.-T., Stap voor Stap. Geschiedenis van de vrouwenemancipatie in België, 1991, Kabinet van de Staatssecretaris voor Maatschappelijke Emancipatie, p.72.
Dit koninklijk besluit van 1 juni 1933 vermindert het loon van vrouwelijke ambtenaren waarvan de echtgenoot ook ambtenaar is met 25%