III. 1893 tot 1918: Sommigen zijn meer gelijk dan anderen: Het algemeen meervoudig mannenstemrecht en de invoering van de stemplicht

  1. Inleiding
  2. De kies- en verkiesbaarheids­voorwaarden in 1893
  3. Waarom algemeen meervoudig mannenstemrecht?
  4. De invoering van de stemplicht
  5. De invoering van het stelsel van evenredige vertegenwoordiging
  6. De Senaat wordt (een klein beetje) democratischer
  7. De overgang naar het algemeen enkelvoudig mannenstemrecht

Dit hoofdstuk in pdf Start

De invoering van het stelsel van evenredige vertegenwoordiging (1899)

De eerste verkiezingen na de invoering van het algemeen meervoudig stemrecht zorgen niet voor een politieke aardverschuiving, ondanks de sterke stijging van het aantal kiezers. De katholieke partij blijft de grootste partij. Ze behaalt 53% van de stemmen, maar dat vertaalt zich in 68% van het aantal zetels. De zetelverdeling staat dus niet in verhouding tot het aantal behaalde stemmen. [ 19 ] GILISSEN, J., Le régime représentatif en Belgique depuis 1790, 1958, Brussel, La Renaissance du Livre, collection « Notre passé », p.127.

Vergelijking van het verkiezingsresultaat van 1894:
behaalde stemmen t.o.v. behaalde zetels (in %)
  aantal stemmen in % aantal zetels in %
Katholieke partij 53,17% 68,42%
Liberale partij 29,68% 13,15%
Socialistische partij 17,13% 18,42%
Bron: GILISSEN, J., Le régime représentatif en Belgique depuis 1790, 1958, Brussel, La Renaissance du Livre, collection « Notre passé », p.127.

Deze ongelijke verdeling is het resultaat van het dan gehanteerde meerderheidsstelsel. In dit stelsel gaan alle zetels binnen een kiesarrondissement naar de partij die meer dan de helft van de stemmen behaalt. Als geen enkele partij een meerderheid haalt, dan volgt een tweede ronde tussen de twee partijen met de meeste stemmen. In deze ronde wint de partij met de meeste stemmen, zelfs als die geen meerderheid haalt. [ 20 ] VELAERS, J., De Grondwet, een artikelsgewijze commentaar, 2019, Brugge, Die Keure, Deel II, p.279. Als twee kandidaten evenveel stemmen halen, dan krijgt de oudste in jaren de zetel toegewezen. [ 21 ] GILISSEN, J., Le régime représentatif en Belgique depuis 1790, Brussel, La Renaissance du Livre, collection « Notre passé », 1958, p.106.

Archief Belgische Senaat, Studie- en documentatiedossiers, nr. 1108_20_10

Archief Belgische Senaat, Studie- en documentatiedossiers, nr. 1108_20_10

Archief van de Senaat: bij de verkiezingen van 1884 in het arrondissement Doornik bedraagt de absolute meerderheid 1.595 stemmen. De heer Dumon haalt de zetel met 1.596 stemmen.

Een schepen van de stad Doornik dient een klacht in bij de Senaat wegens vermeende kiesfraude.

 

Zoals uit de bovenstaande tabel blijkt, haalt in het meerderheidsstelsel de partij met de meeste stemmen een stevige meerderheid in het parlement. De katholieke en de liberale partij halen tussen 1831 en 1893 afwisselend een meerderheid in het parlement en kunnen telkens een éénpartijregering vormen. [ 22 ] VELAERS, J., De Grondwet, een artikelsgewijze commentaar, 2019, Brugge, Die Keure, Deel II, p.279.

Het meerderheidsstelsel is echter fraudegevoelig, zeker in de periode van het cijnskiesrecht wanneer maar 2% van de bevolking mag stemmen. Enkele stemmen kunnen het verschil maken tussen winst en verlies. De verleiding is groot om twijfelende kiezers over de brug te halen met de belofte op een mooie functie of een ander voordeel, of overtuigde kiezers te beletten om te gaan stemmen.

In dit dossier uit het archief van de Senaat blijkt dat bij de verkiezingen van 1884 in Virton, de absolute meerderheid 297 bedraagt. De heer Bouvier haalt 300 stemmen en is daarmee verkozen, zijn tegenkandidaat de heer Mernier haalt 293 stemmen.

Er wordt klacht neergelegd wegens verschillende vermeende feiten van kiesfraude.

Archief Belgische Senaat, Studie- en documentatiedossiers, nr. 1108_20_10

Archief Belgische Senaat, Studie- en documentatiedossiers, nr. 1108_20_10

 
Archief Belgische Senaat, Studie- en documentatiedossiers, nr. 1108_20_10

Archief Belgische Senaat, Studie- en documentatiedossiers, nr. 1108_20_10

Zo zou een boswachter, notoir katholiek, niet gestemd hebben wegens bedreigingen of beloftes door zijn baas.

Een volgend feit betreft een brief van de kandidaat aan een kiezer, waarin gratie wordt beloofd aan de neef van de kiezer wanneer die voor de kandidaat (dhr.Bouvier) stemt.

Ook zou een kiezer, bekend aanhanger van de tegenkandidaat, zich onwel gevoeld hebben in het kieslokaal. Hij trekt zich even terug in een aanpalende ruimte maar wordt niet meer teruggeroepen en kan zijn stem dus niet uitbrengen.

 

Door de komst van de Belgische Werkliedenpartij in 1885 moeten de stemmen over drie partijen verdeeld worden. Daardoor is vaker een tweede ronde nodig. Vooral de liberale partij verliest zetels, in de eerste plaats aan de socialistische partij maar ook aan de katholieke partij.

Door de opkomst van de socialisten vrezen steeds meer liberalen en katholieken dat de socialistische partij, dankzij het meerderheidssysteem, wel eens de meerderheid van de zetels in de wacht zou kunnen slepen. Liever dan dat te laten gebeuren, pleiten zij voor de invoering van een stelsel van evenredige vertegenwoordiging. [ 23 ] VELAERS, J., De Grondwet, een artikelsgewijze commentaar, 2019, Brugge, Die Keure, Deel II, p.280.

Na een lange politieke discussie wordt in 1899 het stelsel van evenredige vertegenwoordiging aangenomen. Dit principe houdt in dat de zetels verdeeld worden in verhouding tot het aantal behaalde stemmen. België is het eerste land dat voor de verkiezing van zijn parlement de evenredige vertegenwoordiging invoert.

Om de verdeling van de zetels te berekenen, wordt gekozen voor een systeem ontwikkeld door een Gentse professor: het systeem D'Hondt. [ 24 ] VELAERS, J., De Grondwet, een artikelsgewijze commentaar, 2019, Brugge Die Keure, Deel II, p.280. Dat systeem wordt nog altijd gebruikt, niet alleen in België maar ook in andere landen en in het Europees Parlement. [ 25 ] Voor de toepassing van het systeem D'Hondt op Europees niveau, zie: http://www.europarl.europa.eu/RegData/etudes/BRIE/2016/580901/EPRS_BRI(2016)580901_EN.pdf, geconsulteerd op 14 oktober 2019.

De eerste verkiezingen volgens het stelsel van evenredige vertegenwoordiging, in 1900, geven volgend resultaat:

Vergelijking van het verkiezingsresultaat van 1900:
behaalde stemmen t.o.v. behaalde zetels (in %)
  aantal stemmen in % aantal zetels in %
Katholieke partij 48,4% 57%
Liberale partij 24,5% 22%
Socialistische partij 22,4% 20%
Daensisten 3% 1%
Andere partijen 1,7% -
Bron: GILISSEN, J., Le régime représentatif en Belgique depuis 1790, 1958, Brussel, La Renaissance du Livre, collection « Notre passé », p.131.

Deze verdeling is heel wat evenrediger en dat is vooral in het voordeel van de kleinere partijen, die hun zetelaantal zien stijgen. De katholieke partij behoudt wel de meerderheid van de zetels met een minderheid van de stemmen. [ 26 ] GILISSEN, J., Le régime représentatif en Belgique depuis 1790, 1958, Brussel, La Renaissance du Livre, collection « Notre passé », p.132.

Overigens moeten Kamer en Senaat ook na de invoering van het stelsel van evenredige vertegenwoordiging dossiers rond mogelijke kiesfraude behandelen, zoals blijkt uit dit dossier uit het archief van de Senaat:

De verkiezingen van 1912 in Oostende-Veurne-Diksmuide. De katholieke lijst behaalt 34.912 stemmen en 2 verkozenen. De liberale lijst behaalt 17.336 stemmen en heeft geen enkele verkozene. Ze heeft slechts 81 stemmen tekort om een verkozene te halen.

Er is klacht neergelegd wegens kiesfraude. Zo zou juffrouw K., eigenares van verschillende woningen in de wijk Kesteloot, bij haar huurders op bezoek geweest zijn om ze te overtuigen voor de katholieke partij te stemmen. Ze heeft sterke argumenten: een muntstuk van 2 frank voor een stembelofte en, als de katholieken winnen, één maand gratis huur (waarde: 5 frank).

Archief Belgische Senaat, Studie- en documentatiedossiers, nr. 1108_20_10

Archief Belgische Senaat, Studie- en documentatiedossiers, nr. 1108_20_10

 

Op de visserskaai gaat men anders te werk: daar worden alle vissers door de walkapitein gevraagd om voor de katholieken te stemmen. Ze krijgen een muntstuk van 2 fank en een bon voor 20 glazen bier, te consumeren bij weduwe D. in het café van het loodswezen.

 

Uit het politieverslag blijkt dat de speurders, vermomd als plafonneerders, getuigen-verklaringen hebben verzameld, onder meer van de baas van café "Au Pont Albert". Hij verklaart: "Juffrouw L.K. is me hier komen voorstellen om voor de katholieken te stemmen. Ze heeft me 2 frank aangeboden en me beloofd één maand huur kwijt te schelden. Ik heb aanvaard; ik zou wel heel dom geweest zijn om zo'n aanbod te weigeren!"

 

Noten

  1. GILISSEN, J., Le régime représentatif en Belgique depuis 1790, 1958, Brussel, La Renaissance du Livre, collection « Notre passé », p.127. [ terug ]
  2. VELAERS, J., De Grondwet, een artikelsgewijze commentaar, 2019, Brugge, Die Keure, Deel II, p.279. [ terug ]
  3. GILISSEN, J., Le régime représentatif en Belgique depuis 1790, Brussel, La Renaissance du Livre, collection « Notre passé », 1958, p.106. [ terug ]
  4. VELAERS, J., De Grondwet, een artikelsgewijze commentaar, 2019, Brugge, Die Keure, Deel II, p.279. [ terug ]
  5. VELAERS, J., De Grondwet, een artikelsgewijze commentaar, 2019, Brugge, Die Keure, Deel II, p.280. [ terug ]
  6. VELAERS, J., De Grondwet, een artikelsgewijze commentaar, 2019, Brugge Die Keure, Deel II, p.280. [ terug ]
  7. Voor de toepassing van het systeem D'Hondt op Europees niveau, zie http://www.europarl.europa.eu/RegData/etudes/BRIE/2016/580901/EPRS_BRI(2016)580901_EN.pdf, geconsulteerd op 14 oktober 2019. [ terug ]
  8. GILISSEN, J., Le régime représentatif en Belgique depuis 1790, 1958, Brussel, La Renaissance du Livre, collection « Notre passé », p.132. [ terug ]