3-575/1

3-575/1

Belgische Senaat

ZITTING 2003-2004

19 MAART 2004


Westvoorstel tot wijziging van het Wetboek van vennootschappen met het oog een grotere transparantie van de vereffeningsprocedures ten aanzien van derden

(Ingediend door de heer René Thissen c.s.)


TOELICHTING


Dit wetsvoorstel neemt de tekst over van wetsvoorstel DOC 50 2385/001.

Uit het jaarverslag 2001 van de Algemene administratie van de belastingen (1) blijkt dat in België meer dan 38 000 vennootschappen in vereffening of zonder bedrijvigheid zijn doordat hun termijn verstreken is door een rechterlijke beslissing of door de wil van hun vennoten.

De liquidatie van een vennootschap brengt met zich dat vereffenaars worden belast met het beheer en de vertegenwoordiging. Die vereffenaars worden aangewezen door de algemene vergadering of door de rechtbank als die de ontbinding van de vennootschap beveelt. De algemene opdracht van de vereffenaars bestaat in de tegeldemaking van het actief en de verdeling van de opbrengst van de vereffening onder de schuldeisers volgens hun rang en voorrechten. In het kader van die opdracht kunnen ze, met toestemming van de algemene vergadering, de activiteit van de vennootschap voortzetten of het geheel of een deel van de goederen ervan inbrengen in een andere vennootschap.

Het Hof van Cassatie heeft in verschillende belangrijke arresten (2) de weerslag gepreciseerd van de liquidatie op de rechten van de schuldeisers. Die rechtspraak leidt ertoe de vereffeningsregeling in verband te brengen met die van de faillissementen en, bijgevolg, de vereffenaars een rol te doen spelen die sterk lijkt op die van de curatoren van een faillissement (3). De vereffening roept niet alleen een situatie van mededinging onder de diverse schuldeisers in het leven, maar brengt tevens de opschorting met zich van de individuele executiemaatregelen die de schuldeisers jegens de vennootschap hebben ingesteld.

Het statuut van de vereffenaar is echter fundamenteel verschillend van dat van de curator. De curator vertegenwoordigt zowel de gezamenlijke schuldeisers als de failliete vennootschap, terwijl de vereffenaar alleen de vennootschap vertegenwoordigt, ook al moet hij ervoor zorgen dat de belangen van de schuldeisers en de gelijkheid onder hen in acht worden genomen.

Vaak wordt de beslissing om een vennootschap in moeilijkheden in vereffening te stellen alleen genomen om een faillissement af te wenden. Het is weliswaar perfect gerechtvaardigd een einde te maken aan een verliesgevende activiteit alvorens de vennootschap ertoe wordt verplicht aangifte te doen van faillissement, maar dat neemt niet weg dat de liquidatie in sommige gevallen voor de vennootschap een middel blijkt te zijn om de betaling van haar schulden te staken en tegelijkertijd te ontsnappen aan vervolging door haar schuldeisers.

Ondanks een gelijkenis tussen de vereffeningsregeling en de faillissementsregeling biedt de vereffening, in vergelijking met het faillissement, immers bepaalde voordelen waarvoor de aandeelhouders en de bedrijfsleiders niet ongevoelig zijn.

Tot die voordelen behoren de vrije keuze van de vereffenaars door de algemene vergadering, meer soepelheid in de wijzen van tegeldemaking van de activa en, in zekere mate, de mogelijkheid om te ontkomen aan de verantwoordelijkheden die in geval van faillissement ten laste worden gelegd van de bedrijfsleiders en van de oprichters.

Zo lijkt de huidige wetgeving inzake de vereffeningen ontoereikend om de misbruiken tegen te gaan, te meer omdat de vereffening jaren kan aanslepen.

Dit wetsvoorstel beoogt in die wetgeving diverse aanpassingen aan te brengen om die misbruiken te voorkomen of te bestraffen door aan de rechtbank van koophandel een actievere rol toe te kennen en door te zorgen voor meer transparantie in de vereffeningsprocedure ten aanzien van derden.

Zo voorziet het wetsvoorstel in de homologatie van eensdeels de aanwijzing van de vereffenaars door de algemene vergadering en anderdeels het plan voor de verdeling van de activa onder de verschillende schuldeisers door de rechtbank van koophandel van het rechtsgebied waarbinnen de vennootschap haar zetel heeft. Tevens zal een grotere transparantie worden ingevoerd door de samenstelling van een vereffeningsdossier bij de rechtbank van koophandel en door de opmaak van een omstandige staat van de vereffening waarvan de schuldeisers inzage kunnen hebben.

COMMENTAAR BIJ DE ARTIKELEN

Artikel 2

Dit artikel handhaaft de vrije keuze van de vereffenaars door de algemene vergadering, maar voert de verplichting in om die beslissing te laten homologeren door de rechtbank van koophandel van het rechtsgebied waarbinnen de vennootschap haar zetel heeft, om te voorkomen dat vereffenaars worden aangewezen van wie de eerlijkheid in twijfel zou kunnen worden getrokken.

Bovendien bepaalt dit artikel dat noch de personen die werden veroordeeld wegens overtreding van de artikelen 489 tot 490bis van het Strafwetboek of wegens diefstal, valsheid, knevelarij, oplichting of misbruik van vertrouwen, noch hij die als bewaarnemer, voogd, beheerder of andere rekenplichtige niet tijdig rekening en verantwoording heeft gedaan en niet tijdig heeft afgerekend door een algemene vergadering kunnen worden aangewezen.

Artikel 3

Dit artikel beoogt het verloop van de vereffening van een vennootschap transparanter te maken door de vereffenaars ertoe te verplichten een omstandige staat van de vereffening op te stellen en die periodiek over te zenden aan de griffie van de rechtbank van koophandel.

Artikel 4

Dit artikel strekt ertoe voor de vereffenaars de verplichting in te stellen het plan voor de verdeling van de activa onder de verschillende schuldeisers te laten homologeren.

Artikel 5

In navolging van wat geldt inzake faillissement legt dit artikel de verplichting op een voor elke belanghebbende toegankelijk vereffeningsdossier bij te houden op de griffie van de rechtbank van koophandel van het rechtsgebied waarbinnen de vennootschap haar zetel heeft.

Artikel 6

Dit artikel heeft tot doel een strafrechtelijke sanctie op te leggen als de vereffenaars nalaten aan de griffie van de rechtbank van koophandel een omstandige staat van de vereffening over te zenden overeenkomstig de nadere regels van het nieuwe artikel 189bis.

René THISSEN.
Clotilde NYSSENS.
Christian BROTCORNE.

WETSVOORSTEL


Artikel 1

Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.

Art. 2

Artikel 184 van het Wetboek van vennootschappen wordt aangevuld met de volgende leden :

« De vereffenaars treden pas in functie na de homologatie van de in het eerste lid bedoelde beslissing van de algemene vergadering door de rechtbank van koophandel van het rechtsgebied waarbinnen de vennootschap haar zetel heeft. De rechtbank verleent de homologatie pas nadat ze heeft nagegaan of de vereffenaars alle waarborgen van eerlijkheid bieden.

Noch de personen die werden veroordeeld wegens overtreding van de artikelen 489 tot 490bis van het Strafwetboek of wegens diefstal, valsheid, knevelarij, oplichting of misbruik van vertrouwen, noch hij die als bewaarnemer, voogd, beheerder of andere rekenplichtige niet tijdig rekening en verantwoording heeft gedaan en niet tijdig heeft afgerekend, kunnen als vereffenaar worden aangewezen. »

Art. 3

In hetzelfde Wetboek wordt een artikel 189bis ingevoegd, luidende :

« Art. 189bis. ­ De vereffenaars zenden in de loop van de zesde en de twaalfde maand van het eerste jaar van de vereffening een omstandige staat van de toestand van de vereffening over aan de griffie van de rechtbank van koophandel van het rechtsgebied waarbinnen de vennootschap haar zetel heeft.

Die staat, die onder meer de opgaaf van de ontvangsten, de uitgaven, de verdelingen en het nog te vereffenen saldo bevat, wordt opgenomen in het vereffeningsdossier zoals bedoeld in artikel 195bis.

Vanaf het tweede jaar van de vereffening dient de omstandige staat nog slechts éénmaal per jaar bij het dossier te worden gevoegd. »

Art. 4

Artikel 190, § 1, van hetzelfde Wetboek wordt aangevuld met het volgende lid :

« Alvorens enige betaling wordt uitgevoerd, leggen de vereffenaars het plan voor de verdeling van de activa onder de verschillende schuldeisers ter homologatie voor aan de rechtbank van koophandel van het rechtsgebied waarbinnen de vennootschap haar zetel heeft. »

Art. 5

In hetzelfde Wetboek wordt een artikel 195bis ingevoegd, luidende :

« Art. 195bis. ­ Voor elke vereffening wordt ter griffie een dossier bijgehouden dat de volgende bescheiden bevat :

1º het dossier bedoeld in artikel 67, § 2;

2º een afschrift van de verslagen en van de staat van activa en passiva bedoeld in artikel 181, § 1;

3º een afschrift van de vereffeningsstaten bedoeld in artikel 189bis;

4º de uittreksel van de bekendmakingen bedoeld in de artikelen 74, 2º en 195;

5º de lijst van de homologaties bedoeld in de artikelen 183, 184 en 190.

Elke belanghebbende kan kosteloos inzage nemen van het dossier en er een afschrift van krijgen, tegen betaling van de griffiekosten. »

Art. 6

Artikel 196, eerste lid, van hetzelfde Wetboek, gewijzigd bij de wet van 8 april 2003, wordt aangevuld als volgt :

« 5º de vereffenaars die nalaten aan de griffie van de rechtbank van koophandel van het rechtsgebied waarbinnen de vennootschap haar zetel heeft de omstandige staat van de toestand van de vereffening over te zenden, overeenkomstig artikel 189bis. »

5 maart 2004.

René THISSEN.
Clotilde NYSSENS.
Christian BROTCORNE.

(1) Jaarverslag 2001 van de algemene administratie van de belastingen, blz. 67.

(2) Zie onder meer Cassatie, 24 maart 1977, RCJB, 1977, blz. 634.

(3) Olivier Ralet, responsabilités des dirigeants de sociétés, Larcier, 1996, nr. 141.