4-1297/1

4-1297/1

Belgische Senaat

ZITTING 2008-2009

30 APRIL 2009


Wetsvoorstel tot invoering in het Strafwetboek van een verzwarende omstandigheid voor plegers van bepaalde strafbare feiten jegens scheidsrechters van sportwedstrijden

(Ingediend door mevrouw Vanessa Matz en de heer Alain Courtois)


TOELICHTING


Dagelijks vinden overal te lande sportwedstrijdenplaats. Talloze landgenoten doen aan sport, de ene recreatief, de andere in competitieverband.

De vele voordelen van sport en de positieve waarden die ze uitdraagt, voor de hele gemeenschap van ons land, hoeven geen betoog. Niettemin zij de aandacht gevestigd op de educatieve waarden van sport, zoals respect, het verleggen van de eigen grenzen, fair play, kameraadschap, teamgeest en gezonde competitie. Voor jongeren zijn die waarden belangrijk omdat hun karakter er gunstig door wordt beïnvloed; ouderen krijgen via de sport dan weer de kans de dagelijkse beslommeringen even achter zich te laten.

Dat sport gezond is, staat allang vast. Daarnaast is het ook goed voor de economie, zowel lokaal als nationaal. Sport heeft dus een erg positieve impact op de maatschappij.

Helaas valt bij sommige sportwedstrijden gedrag te betreuren dat strafrechtelijk strafbaar is. Ook België is niet van het hooliganisme gespaard gebleven, al lijkt het probleem de jongste jaren onder controle te zijn. De beruchte « voetbalwet » van 21 december 1998 moest die complexe en delictuele maatschappelijke fenomenen helpen aanpakken (1) .

Vandaag krijgen we evenwel almaar vaker te maken met een nieuwe vorm van laakbaar gedrag bij competitiewedstrijden : geweld tegen de scheidsrechter. Dat soort geweld duikt ook en misschien vooral op in de lagere afdelingen en bij wedstrijden met kinderen, wat het fenomeen alleen maar zorgwekkender en helemaal onaanvaardbaar maakt.

Nochtans zijn scheidsrechters meestal vrijwilligers, die niet of slechts karig worden betaald om een fysiek en mentaal veeleisende opdracht uit te oefenen waarin zij veel tijd investeren en die menselijke en morele eigenschappen vergt die in een wedstrijd soms zwaar op de proef worden gesteld. Zowel voor hen als voor de jongeren is sport in de eerste plaats een passie. Dat neemt niet weg dat het voor hen soms ondankbaar is een sportwedstrijd in goede banen te leiden. Zij verdienen dan ook ons respect. Nu gebeurt het dat supporters, spelers, ouders of anderen die bij een sportwedstrijd betrokken zijn, aanstoot nemen aan een scheidsrechterlijke beslissing. Mensen die hun emoties niet kunnen bedwingen en al te zeer opgaan in het spel, maken zich dan helaas wel eens schuldig aan geweld jegens de scheidsrechter. Dat kan gaan van verbaal geweld en bedreigingen, tot slagen en verwondingen.

Om die golven van — hoe dan ook afkeurenswaardig — ordinair geweld in te dijken en er strafrechtelijk een mouw aan te passen, stellen de indieners van dit wetsvoorstel voor de scheidsrechters van sportwedstrijden strafrechtelijk beter te beschermen.

Dit wetsvoorstel strekt ertoe artikel 410bis van het Strafwetboek te wijzigen. Dat artikel verdubbelt de minimumstraf in geval van gevangenisstraf en verhoogt die met twee jaar in geval van opsluiting wanneer de in de artikelen 398 tot 405 bedoelde strafbare feiten (opzettelijke slagen en verwondingen, al dan niet met voorbedachten rade, die tijdelijke of blijvende lichamelijke letsels dan wel de dood meebrengen, alsook vergiftiging) worden gepleegd jegens personen die de wetgever in het bijzonder heeft willen beschermen. Daartoe behoren met name de bestuurders van en de begeleiders op de voertuigen van het openbaar vervoer, de postbodes, de brandweerlieden, de ambulanciers, de artsen enzovoort, in de uitoefening van hun bediening. De wetgever heeft die personen indertijd willen beschermen omdat zij bij de uitoefening van hun werk anderen helpen en van dienst zijn. De goede zeden zijn in het gedrang wanneer burgers worden belaagd, maar zulks is des te meer het geval wanneer de voornoemde personen het slachtoffer zijn.

Dit wetsvoorstel strekt er dan ook toe de scheidsrechters van sportwedstrijden aan de hierboven vermelde lijst toe te voegen.

Slagen en verwondingen (van welke aard ook en ongeacht de gevolgen ervan) die worden toegebracht aan een scheidsrechter in functie, zullen aldus aanleiding kunnen geven tot een minimumstraf die in geval van gevangenisstraf wordt verdubbeld en in geval van opsluiting met twee jaar wordt verhoogd.

Gelet op hun maatschappelijke verdienste in een sector die bij veel burgers en met name bij jongeren hoog aangeschreven staat, alsmede op het feit dat zij hun werk vaak belangeloos en tegen een karige vergoeding verrichten, verdienen de scheidsrechters het dat het plegen van een strafbaar feit jegens hen voortaan als een verzwarende omstandigheid geldt.

Vanessa MATZ.
Alain COURTOIS.

WETSVOORSTEL


Artikel 1

Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.

Art. 2

In artikel 410bis, eerste lid, van het Strafwetboek, ingevoegd bij de wet van 20 december 2006, worden de woorden « of een psycholoog van een openbare dienst » vervangen door de woorden « een psycholoog van een openbare dienst of een scheidsrechter van een sportwedstrijd ».

5 maart 2009.

Vanessa MATZ.
Alain COURTOIS.

(1) Wet van 21 december 1998 betreffende de veiligheid bij voetbalwedstrijden, Belgisch Staatsblad, 3 februari 1999, blz. 3042.