4-693/4

4-693/4

Belgische Senaat

ZITTING 2007-2008

27 MEI 2008


Wetsontwerp tot wijziging van het Gerechtelijk Wetboek wat betreft de procedure inzake huurgeschillen


Evocatieprocedure


AMENDEMENTEN


Nr. 7 VAN MEVROUW RUSSO C.S.

Art. 2

Dit artikel vervangen als volgt :

« Artikel 1344septies, eerste lid, van het Gerechtelijk Wetboek, ingevoegd bij de wet van 24 december 2002, wordt vervangen als volgt :

« Art. 1344septies. — Dit artikel is van toepassing op elke hoofdvordering ingeleid bij verzoekschrift, bij dagvaarding of bij vrijwillige verschijning inzake huurovereenkomsten betreffende de hoofdverblijfplaats van de huurder.

Op straffe van nietigheid en onverminderd het bepaalde in de artikelen 731, eerste lid, 732 en 733 poogt de rechter de partijen vooraf voor de raadkamer te verzoenen.

Zo verzoening wordt bereikt, worden de bewoordingen ervan opgetekend in het proces-verbaal, waarvan de uitgifte wordt voorzien van het formulier van tenuitvoerlegging. »

Nr. 8 VAN MEVROUW RUSSO C.S.

Art. 2bis (nieuw)

Een artikel 2bis (nieuw) invoegen, luidende :

« Art. 2bis. — Het tweede lid van hetzelfde artikel wordt aangevuld met de volgende volzin :

« In dat geval wordt de rechtspleging ten gronde uiterlijk binnen dertig dagen aangevat. »

Verantwoording

Soms klopt het dat de bij de programmawet van 24 december 2002 ingevoerde verplichte verzoeningsprocedure problemen met zich brengt op het stuk van de termijnen en de procedure. Die problemen kunnen zich met name voordoen als de huurder afwezig is wanneer de verzoeningspoging is gepland of als gevolg van de tijd die sommige rechtbanken nodig hebben om de partijen op te roepen.

Niettemin is uit de hoorzittingen gebleken dat die verplichte verzoening échte bescherming biedt aan huurders in moeilijkheden, zeker in het licht van de ernstige huisvestingscrisis die thans vele steden en streken van het land treft. Een voorafgaande verzoeningspoging blijft wenselijk, zonder dat de procedure daarom duurder wordt of langer duurt voor de partijen.

De amendementen nrs. 7 en 8 strekken ertoe de verzoening te doen plaatsvinden voor de raadkamer, omdat de procedure in die context makkelijker kan verlopen en geen kosten meebrengt. Mislukt de verzoeningspoging, dan wordt de rechtspleging ten gronde uiterlijk binnen dertig dagen aangevat.

Die formule heeft een dubbel voordeel : ze genereert geen bijkomende kosten en biedt een interventiemogelijkheid aan de verenigingen die de huurdersbelangen verdedigen. Ze legt tevens een termijn vast binnen welke de rechtspleging uiterlijk moet worden aangevat, wat een bijkomende waarborg is voor de eigenaars, waarvan velen afhankelijk zijn van huurinkomsten.

Carine RUSSO.
Francis DELPÉRÉE.
Christophe COLLIGNON.