2-1402/4 | 2-1402/4 |
23 JANUARI 2003
Evocatieprocedure
Art. 31
In het eerste lid van § 7 van het voorgestelde artikel 65ter, de tweede volzin doen vervallen.
Verantwoording
Krachtens het wetsontwerp, beschikt de vermoedelijke overtreder over 14 dagen om de overtreding die hem ten laste wordt gelegd, te betwisten of om verzachtende omstandigheden aan te voeren, weliswaar op voorwaarde dat hij de som heeft betaald die hem is opgelegd door de procureur des Konings.
Door de mogelijkheid van beroep ondergeschikt te maken aan de voorafgaande betaling van de opgelegde som, tast het wetsontwerp echter de rechten van de verdediging aan. Men moet immers betalen nog vóór men de kans krijgt een verklaring af te leggen, verzachtende omstandigheden aan te voeren of andere vormen van uitstel te bekomen.
Ook beperkt die voorwaarde de rechtsingang, in het bijzonder voor de rechtzoekende met een bescheiden inkomen, aangezien die noch niet in staat is de gevraagde som binnen de opgelegde termijn te betalen, noch de kosten aan te gaan om beroep in te stellen.
René THISSEN. |
Opschrift
Het opschrift vervangen als volgt :
« Wetsontwerp houdende het wekken van de indruk bij de bevolking dat de verkeersveiligheid wordt bevorderd ».
Verantwoording
Verwijzing uiteenzetting.
Jacques D'HOOGHE. |
opnieuw ingediend na de goedkeuring
van het verslag
[oud artt. 4ter (nieuw) en 4quater (nieuw)]
Nrs. 5 en 6 : van de heren D'Hooghe en Caluwé.
Nr. 7 : van de heren D'Hooghe en Caluwé.
Nr. 8 : van de heren D'Hooghe en Caluwé.
Nr. 9 : van de heren D'Hooghe en Caluwé.
Nr. 15 : van de heren D'Hooghe en Caluwé.
Nr. 20 : van de heren D'Hooghe en Caluwé.