2-1174/2 | 2-1174/2 |
30 MEI 2002
In considerans B, de woorden « die op het zeer rijke patrimonium van de stad Famagusta weegt » vervangen door de woorden « die het onwettige regime in het bezette deel van Cyprus doet wegen op het zeer rijke patrimonium van de stad Famagusta; ».
Verantwoording
Volledigheidshalve moet duidelijk zijn van wie de dreiging voor het patrimonium van Famagusta uitgaat.
In considerans B, de woorden « de stad » doen vervallen.
Verantwoording
Vele historische plaatsen en archeologische monumenten worden bedreigd, niet alleen in de stad Famagusta, maar ook in de gelijknamige provincie (archeologische site van Salamis, Sint-Andreasklooster).
In considerans C, het woord « Griekse » doen vervallen.
Verantwoording
De woorden « Griekse regering van de Republiek Cyprus » zijn betekenisloos. Cyprus is geen eiland onder Grieks bestuur, maar een soevereine republiek. Er behoort dus te staan « regering van de Republiek Cyprus ».
Considerans D vervangen als volgt :
« overwegende dat de buitenlandse steun en subsidies voor culturele projecten beheerd worden door de regering van de Republiek Cyprus en door andere erkende instellingen. »
Verantwoording
De regering van de republiek Cyprus is niet de enige die buitenlandse steun ontvangt en beheert om culturele projecten te ontwikkelen. Andere al dan niet Cypriotische instanties of niet-gouvernementele organisaties ontvangen en beheren ook hulp van internationale organisaties om cultuurprojecten te financieren. Zo is op Cyprus bijvoorbeeld het UNOPS (United Nations Office for Project Services) gevestigd, dat in samenwerking met de Cypriotische regering en de Cypriotisch-Turkse gemeenschap fondsen geschonken door de Verenigde Staten of de VN beheert en aldus bijdraagt tot de bescherming van het cultureel erfgoed op het hele grondgebied van Cyprus.
In considerans E, het woord « wereldgemeenschap » vervangen door de woorden « internationale gemeenschap ».
Verantwoording
Het betreft een taalkundige verbetering. De gebruikelijke term is « internationale gemeenschap » en niet « wereldgemeenschap ».
Na considerans E, een nieuwe considerans invoegen, luidende :
« overwegende dat de Raad van Europa het initiatief genomen heeft tot oprichting van een stichting die de bescherming en het behoud van het cultureel patrimonium van Cyprus wil bevorderen in het belang van de hele bevolking van het eiland, te weten de Cypriotische, Griekse en Turkse gemeenschappen (ontwerp van voorstel voor de bescherming en het behoud van het cultuur- en natuurpatrimonium van Cyprus). »
Verantwoording
In het kader van de Raad van Europa heeft de Commissie voor cultuur, wetenschap en onderwijs in december 2001 een voorstel gedaan tot oprichting van een stichting ter bescherming en behoud van het cultuurpatrimonium van Cyprus. Dat voorstel kan rekenen op de steun van zowel de regering en het parlement van de Republiek Cyprus, als de Turks-Cypriotische vertegenwoordigers die aan de vergadering van de commissie hebben deelgenomen.
De voorgestelde structuur van die stichting kan het risico van geschillen zoveel mogelijk afwenden en toch de gevoeligheden van de Grieks-Cypriotische en Turks-Cypriotische gemeenschappen ontzien. Enerzijds zouden in de directieraad, die belast is met het uitstippelen van het beleid, geen leden zitting krijgen afkomstig van Cyprus, Griekenland of Turkije. Anderzijds zou het raadgevend comité, belast met het onderzoek van alle dossiers die aan de stichting worden voorgelegd, bestaan uit zeven leden-deskundigen, van wie drie Cyprioten. Die drie leden zouden hun functie op persoonlijke titel vervullen volgens de geldende verdeling in de Parlementaire Assemblee van de Raad van Europa (twee Grieks-Cyprioten en één Turks-Cyprioot).
Het verzoek aan de regering vervangen als volgt :
« vraagt de regering haar volle steun te verlenen aan de oprichting van de Stichting ter bescherming en behoud van het cultuurpatrimonium van Cyprus en erop toe te zien dat het behoud van dat patrimonium van Famagusta opgenomen wordt bij de prioritaire doelstellingen van deze stichting. »
Verantwoording
Om het cultureel erfgoed van Cyprus in het algemeen en dat van Famagusta in het bijzonder te vrijwaren, lijkt het raadzaam gebruik te maken van en te verwijzen naar een gestructureerd mechanisme. Aangezien recentelijk een initiatief in die zin uitgegaan is van de Raad van Europa, dient men ernaar te verwijzen en aan de Belgische regering te vragen dat initiatief te steunen zodat het voorstel tot oprichting van de stichting vaste vorm krijgt.
Gelet op de bijzondere toestand op Cyprus (zie considerans A), is ook de grootste omzichtigheid geboden om te voorkomen dat een vraag aan de EU of de Unesco om contact op te nemen met de leiders van de Turks-Cypriotische gemeenschap, zelfs voor een lovenswaardig doel als de bescherming van het patrimonium, geïnterpreteerd wordt als een erkenning van het onwettige regime in het bezette deel van Cyprus of als een poging om dat regime te laten erkennen. Zulks is natuurlijk niet de bedoeling van dit voorstel van resolutie, en dat moet ook ondubbelzinnig blijken.
Philippe MONFILS. |
De tekst van de resolutie vervangen door hetgeen volgt :
« De Senaat,
A. gelet op de situatie sui generis die het eiland Cyprus sedert 1974 verdeelt;
B. gelet op het rapport van de Raad van Europa van 7 mei 2002 (doc. 9460) over « Het culturele patrimonium van Cyprus »;
C. bekommerd om de bedreiging die op het zeer rijke patrimonium van Famagusta weegt;
D. overwegende dat een initiatief ten voordele van het culturele patrimonium van Famagusta de belangen dient van alle bij het Cypriotische probleem betrokken partijen en zeker ook van de wereldgemeenschap;
E. overwegende dat een dergelijk initiatief een positieve invloed kan hebben op de lopende gesprekken tussen de Griekse en de Turkse gemeenschap van Cyprus,
vraagt de regering het probleem van het culturele erfgoed van Famagusta te agenderen op internationale fora en tegelijk ook alle initiatieven te steunen die kunnen bijdragen tot het behoud van het culturele patrimonium van Cyprus. »
Fatma PEHLIVAN. |