Vragen en Antwoorden

Belgische Senaat


Bulletin 2-21

ZITTING 1999-2000

Vragen van de Senatoren en antwoorden van de Ministers

(N.): Vraag gesteld in 't Nederlands - (Fr.): Vraag gesteld in 't Frans


Minister van Sociale Zaken en Pensioenen

Vraag nr. 743 van de heer Monfils d.d. 26 juni 2000 (Fr.) :
Vergoeding wegens arbeidsongeval. ­ Personenbelastingen. ­ Inhouding inzake sociale zekerheid.

Een werknemer die een vergoeding wegens arbeidsongeval geniet zonder inkomenverlies, betaalt geen personenbelasting meer op het inkomen uit die vergoeding.

Deze nieuwe belastingregel volgt uit een prejudiciële vraag van het hof van beroep te Brussel aan het Arbitragehof.

De fiscus heeft die jurisprudentie overgenomen. Als gevolg van het arrest van het Arbitragehof heeft de fiscus voorts ook beslist de vergoedingen wegens beroepsziekte niet meer te belasten.

Op de vergoedingen uit arbeidsongevallenverzekering wordt daarentegen nog steeds een RSZ-bijdrage ingehouden.

Meent u niet dat het tijdstip is aangebroken om lering te trekken uit het arrest van het Arbitragehof ? Meent u niet dat geen socialezekerheidsbijdrage meer ingehouden moet worden op uitkeringen in het kader van de wetgeving op de arbeidsongevallen en de beroepsziekten omdat zulks ingaat tegen het gelijkheidsbeginsel in de Grondwet ?

Antwoord : Ik wens het geachte lid mede te delen dat in uitvoering van artikel 43 van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971 en artikel 46 van de wetten betreffende de schadeloosstelling voor beroepsziekten, gecoördineerd op 3 juni 1970, de door een arbeidsongeval of door een beroepsziekte getroffene die een vergoeding, een jaarlijkse vergoeding, uitkering of rente geniet, verplicht is hierop de in toepassing van de sociale zekerheidswetgeving verschuldigde persoonlijke bijdragen te betalen.

Tevens wens ik er het geachte lid op te wijzen dat er een duidelijk onderscheid dient gemaakt te worden tussen de verplichtingen die voortvloeien uit de fiscale wetgeving enerzijds en de sociale zekerheids wetgeving anderzijds.

Op fiscaal vlak maakt het arrest nr. 18 van het Arbitragehof van 9 februari 2000 een onderscheid tussen het gedeelte van de voorvermelde vergoedingen die het karakter van een loutere schadevergoeding hebben en het gedeelte dat als inkomensvervangend bestanddeel dient beschouwd en stelt dat de fiscale wetgeving met respect voor de grondwet moet uitgevoerd worden.

Op het vlak van de sociale zekerheid geldt luidens de wettelijke bepalingen hiervoor vermeld dit onderscheid niet.

Dit belet niet dat ik de door het geachte lid gestelde vraag en de weerslag ervan op de financiering van het Belgische sociaal zekerheidsstelsel nader zal onderzoeken.