Vragen en Antwoorden

Belgische Senaat

ZITTING 1996-1997


Bulletin 1-41

25 MAART 1997

Vragen van de Senatoren en antwoorden van de Ministers

(N.): Vraag gesteld in 't Nederlands ­ (Fr.): Vraag gesteld in 't Frans


Vice-eerste minister en minister van Economie en Telecommunicatie (Economie)

Vraag nr. 115 van de heer Loones d.d. 31 januari 1997 (N.) :
Stimuleren van het gebruik van dubbele beglazing met hoog rendement.

Door het Verbond der glasindustrie (Montoyerstraat 47, 1000 Brussel) wordt een gerichte actie ondernomen naar de politieke mandatarissen, met belangrijke voorstellen in het kader van energiebesparingen.

Op zeer gedocumenteerde wijze worden de voordelen van aangepaste beglazing aangetoond.

Het Verbond der glasindustrie gaat uit van een aantal overwegingen.

Het wordt bewezen geacht dat een beglazing met lage emissiviteit tot tweemaal beter kan isoleren dan een klassieke dubbele beglazing en tot drie keer beter dan enkelglas. Desondanks bestaat meer dan 50 % van het beglaasde oppervlak in het woningbestand nog uit enkelglas.

Indien men alle klassieke beglazingen (enkele en dubbele) zou vervangen door de reeds beschikbare hoog-rendements-dubbelglazen, zou men :

1. jaarlijks meer dan de helft van het jaarlijkse energieverbruik van een stad zoals Brussel (48 miljoen GJ ofwel ± 17 miljard frank) kunnen besparen;

2. het evenwicht op de handelsbalans kunnen verbeteren (het merendeel van onze energie wordt ingevoerd);

3. de totale jaarlijkse CO2 -uitstoot in België met 3 % kunnen terugdringen;

4. gedurende tien jaar 3 000 banen kunnen scheppen en zodoende kan de gemeenschap 2,3 miljard frank besparen;

5. de particulieren in staat kunnen stellen ongeveer 20 % te besparen op hun verwarmingskosten.

Men zou alles in het werk moeten stellen om deze mogelijkheden voor de gemeenschap zonder uitstel te benutten. Op dit vlak staat ons land achter. Nederland subsidieert het plaatsen van hoog-rendements-dubbelglas en Duitsland legt isolatienormen op zodat dergelijke beglazing verplicht is.

Hoog-rendements-dubbelglas is het resultaat van een inmiddels beproefde technologie en biedt de mogelijkheid snel een grote energiebesparing te verwezenlijken. Het gebruik van dit product dient dan echter wel gestimuleerd te worden.

Vanuit deze vaststelling wordt een drievoudige oproep gedaan aan de Belgische overheden :

1. Aanpassing van de wetgeving :

­ de veralgemening in de drie gewesten van isolatiecriteria die gelden voor alle gebouwen (woning, kantoor- en schoolgebouwen);

­ het opnemen in deze criteria van een warmtedoorgangscoëfficiënt van de ramen (k-waarde), die verplicht tot het gebruik van hoog-rendements-dubbelglas, zowel in nieuwbouw als in renovatie;

­ het uitwerken van eenvoudige maar doeltreffende controlemaatregelen op de correcte toepassing van de wetgeving.

2. Het lanceren van informatiecampagnes voor de particulieren :

Het grote publiek moet op een eenvoudige, neutrale, objectieve en voldoende overtuigende manier geïnformeerd worden.

3. Financiële stimulering voor particulieren :

De nieuwe werkgelegenheid die gecreëerd wordt door het vervangen van de beglazingen kan, minstens tijdelijk, een besparing opleveren die groot genoeg is om aantrekkelijke subsidies te verlenen en de campagne te lanceren.

Graag kreeg ik van de geachte minister een antwoord op volgende vragen :

1. Wat is de houding van de geachte minister en de regering ten aanzien van deze stellingen en vragen ?

2. Wat zal de geachte minister, wat zijn beleid betreft, doen om aan deze verzuchtingen te beantwoorden ?


Antwoord : Als antwoord op de vraag die hij mij gesteld heeft in verband met het stimuleren van het gebruik van dubbele beglazing met hoog rendement, heb ik de eer het geachte lid het volgende mee te delen.

Eerst en vooral dien ik de aandacht van het geachte lid te vestigen op het feit dat het rationeel gebruik van energie in het algemeen en energiebesparing in de verschillende energieverbruikende sectoren ­ meer bepaald de residentiële en tertiaire sector ­ sedert 1989 uitsluitend tot de bevoegdheid van de gewestelijke overheden behoren (artikel 6, § 1, VII, van de bijzondere wet op de hervorming der instellingen van 8 augustus 1980, zoals gewijzigd in 1988). Inzake warmte-isolatie van gebouwen zijn de gewestelijke overheden reeds langer bevoegd voor maatregelen en dit via hun opdrachten op het vlak van huisvesting en stedebouw. Voor nadere inlichtingen over de vigerende of geplande wetgeving, zou ik het geachte lid dus willen verzoeken zich te wenden tot mijn collega's van de gewesten die bevoegd zijn voor energie.

In het algemeen kan ik het geachte lid echter bevestigen dat de maatregelen inzake warmte-isolatie, waaronder dubbele beglazing, meer bepaald met hoog rendement, die door de Belgische overheden, trouwens net zoals door de overheden van de andere Lid-Staten van de Europese Unie en door de Europese Unie zelf, erkend zijn als één van de instrumenten waarmee energie kan worden bespaard in de residentiële en de tertiaire sector.

Dubbele beglazing is niet de enige maatregel die in aanmerking kan worden genomen, ook al bieden recente materialen interessante perspectieven. Er dient evenwel rekening te worden gehouden met het volledig gebouw, en dus ook met isolatie van muren, van daken, de verwarmingsinstallatie, enz.

Derhalve hebben de gewestelijke reglementeringen zich ­ volgens een Belgische technische norm ter zake ­ gefocaliseerd op de vaststelling van een algemeen niveau van warmte-isolatie voor gebouwen. In het raam van het nationaal programma ter vermindering van de CO2 -uitstoot dat werd opgesteld in 1994, werd onder andere beslist de vigerende normen te verstrengen en hen in overeenstemming te brengen met de regels die reeds werden toegepast in het Vlaamse Gewest (met name het K 55-niveau). Nog niet zo lang geleden heeft het Waalse Gewest een ministerieel besluit van 15 februari 1996 goedgekeurd tot wijziging van het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedebouw en Patrimonium met betrekking tot warmte-isolatie en ventilatie van gebouwen. Tevens werd beslist de controle op de naleving van de wetgeving te verscherpen en werk te maken van begeleidende opleidingsprogramma's.

De bepalingen van de richtlijn 93/76/EEG van 13 september 1993 tot beperking van de kooldioxide-emissie door verbetering van de energie-efficiëntie (SAVE), werden aldus genomen.

Het niveau van warmte-isolatie dat momenteel door de gewesten wordt opgelegd, kan in de toekomst waarschijnlijk nog worden verstrengd. Ik meen te weten dat sommige gewesten nu reeds bezig zijn met voorbereidende werkzaamheden in die zin.

De gewestelijke reglementeringen die een plaats innemen in de procedure voor de toekenning van een bouwaanvraag, hebben voornamelijk betrekking op nieuwe gebouwen of op grondige vernieuwing van bestaande gebouwen. Het is uiteraard moeilijk maatregelen inzake warmte-isolatie op te leggen voor bestaande gebouwen aangezien zulks enorme investeringskosten met zich zou brengen voor de eigenaars van deze gebouwen tenzij zij zouden gesteund worden door middel van toelagen of fiscale aftrek, hetgeen voor de overheid zware budgettaire gevolgen zou hebben.

De weg die momenteel gevolgd wordt ­ steeds in het kader van de omzetting van hoger genoemde Europese richtlijn ­ bestaat erin geleidelijk aan een energiecertificatie voor gebouwen uit te werken om de eigenaars of andere gebruikers te wijzen op de energietoestand van deze gebouwen en hen op deze wijze aan te zetten tot verrichten van de investeringen die nodig zouden blijken. Een voor ons land aangepaste formule werd bestudeerd in overleg met de bevoegde gewestelijke overheden en op 4 december 1996 werd op mijn initiatief een seminarie georganiseerd waar de actoren van de energiecertificatie werden samen gebracht.