Vragen waarop niet werd geantwoord binnen de tijd bepaald door het reglement
(Art. 66 van het reglement van de Senaat)
(N.): Vraag gesteld in 't Nederlands (Fr.): Vraag gesteld in 't Frans
Vice-Eerste minister en minister van Economie en Telecommunicatie (Telecommunicatie)
- Vraag nr. 8 van de heer Loones d.d. 21 september 1995 (N.) :
- Telefoonwinkel Diksmuide.
Niet zonder verbijstering wordt vernomen dat Belgacom van plan is de telefoonwinkel in Diksmuide te sluiten. Dat betekent dat de inwoners van Diksmuide zich voortaan naar Veurne (18 km) of Roeselare (20 km) zullen moeten wenden om van een aantal diensten gebruik te kunnen maken. Voor alle bevolkingsgroepen zal dat een meerkost met zich brengen.
De Westhoek wordt anderzijds al jaren geconfronteerd met een gebrekkig openbaar vervoer. Vandaar dat ouderen en gehandicapten uit het Diksmuidse veel minder vlug een beroep op de telefoonwinkels van Veurne en Roeselare zullen doen. De sluiting van de winkel in Diksmuide kan dus leiden tot een daling van het aantal klanten in het algemeen.
Naast zijn dienstverlenende functie kan de telefoonwinkel in Diksmuide uiteraard ook een bijdrage leveren voor de publieke relaties van Belgacom.
1. Overweegt Belgacom inderdaad de sluiting van de telefoonwinkel in Diksmuide ? Hoe verdedigt Belgacom deze intentie ? Welke normen hanteert Belgacom om de aanwezigheid van een telefoonwinkel in een bepaalde stad te rechtvaardigen ? Wanneer zou de mogelijke sluiting ingaan ?
2. Wat is het oordeel van de geachte minister over een mogelijke sluiting ? Zal de geachte minister een initiatief nemen opdat deze dienstverlening in Diksmuide zou blijven bestaan ? Welk initiatief ?
|