Belgische Senaat

ZITTING 1996-1997

24 OKTOBER 1996

Wetsvoorstel tot wijziging van artikel 70 van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973

(Ingediend door de heer Loones c.s.)

TOELICHTING

Het signaal van de Witte Mars van zondag 20 oktober 1996 kan moeilijk anders geïnterpreteerd worden dan o.m. als een uiting van protest tegen de politisering van de magistratuur.

Thans staat een nieuwe trein van politieke benoemingen in de hoogste administratieve rechtbank op het spoor.

De enige afdoende manier om verder onheil te voorkomen is een snelle, eenvoudige wijziging van de benoemingsvoorwaarden van de staatsraden, vastgelegd bij artikel 70 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State.

Net zoals voor de aanwerving van auditeurs biedt een vergelijkend examen de beste waarborg voor een objectief benoemingsbeleid en het aantrekken van de beste kandidaten. Op deze manier zal ongetwijfeld ook de Raad van State na verloop van tijd een weerspiegeling zijn van alle gezindheden en opinies, zonder afbreuk te doen aan de gewenste onafhankelijkheid.

WETSVOORSTEL

Artikel 1

Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 77 van de Grondwet.

Art. 2

In artikel 70 van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, worden de volgende wijzigingen aangebracht :

1º paragraaf 1 wordt vervangen als volgt :

« § 1. De staatsraden worden door de Koning benoemd uit een lijst vermeldende hun rangschikking in een vergelijkend examen waarvan de Raad van State de voorwaarden bepaalt en waarvan hij de examencommissie aanstelt. Deze bestaat ten minste uit één lid van de Raad van State, de auditeur-generaal of een door hem aangewezen eerste auditeur, een eerste referendaris en een buiten de instelling staande persoon. De examenuitslag blijft drie jaar geldig. »;

2º paragraaf 2, eerste lid, wordt vervangen als volgt :

« Om tot het in § 1 bedoelde examen te worden toegelaten, moet de kandidaat voor het vergelijkend examen volle 37 jaar oud en doctor of licentiaat in de rechten zijn en over tien jaar nuttige juridische beroepservaring beschikken. Ingeval van betwisting beslist de examencommissie over de toelaatbaarheid tot het examen. »