Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-9138

van Karl Vanlouwe (N-VA) d.d. 24 mei 2013

aan de vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Europese Zaken

Het effect van de terugtrekking van NAVO-soldaten uit Afghanistan op de stabiliteit in Centraal-Azië

NAVO
Afghanistan
Centraal-Azië
religieus conservatisme
Europese Dienst voor extern optreden
extremisme
radicalisering

Chronologie

24/5/2013Verzending vraag
10/10/2013Antwoord

Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-3320

Vraag nr. 5-9138 d.d. 24 mei 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Tegen eind 2014 zullen alle gevechtseenheden van de NAVO-troepenmacht uit Afghanistan vertrokken zijn. Daarna zouden er enkel nog eenheden overblijven die Afghaanse leger- en politie-eenheden trainen.

De huidige terugtrekking is veeleer gebaseerd op het ongenoegen in de landen die troepen sturen over de militaire betrokkenheid in Afghanistan en een algemene vermoeidheid inzake het Afghaanse vraagstuk .

Ten noorden van Afghanistan liggen de voormalige Sovjetlanden Tajikistan, Oezbekistan, Kirgizië, Turkmenistan en Kazachstan. Sinds hun onafhankelijkheid in 1991 kennen deze landen een vorm van relatieve stabiliteit omdat de staatshoofden en regeringsleiders veelal dezelfde zijn gebleven en hun macht hebben geconsolideerd op basis van corruptie en ten koste van de democratie en de fundamentele mensenrechten. Deze presidenten hebben vandaag de dag een hoge leeftijd bereikt en het is dan ook onduidelijk hoe de opvolging zal verlopen in een land waar de bevolking gedurende twee decennia onderdrukt werd.

De Shanghai Cooperation Organization, die bestaat uit de vijf Centraal-Aziatische landen plus China en Rusland, beschrijft haar primaire rol als het bestrijden van "De Drie Kwaden: extremisme, separatisme en terrorisme". Onder deze vage noemers kan men evenwel elke vorm van publiek ongenoegen categoriseren; dat heeft al vele personen in de gevangenis doen belanden.

In Centraal-Azië valt ook een groeiende fundamentalisering waar te nemen, met name in Tajikistan en in de dichtbevolkte Ferganavallei aan de grenzen van Oezbekistan, Kirgizië en Tajikistan. Zo stelt de groepering Hizb-ut-Tahrir het omver werpen van de autoritaire regimes en het oprichten van een Islamitisch kalifaat in Centraal-Azië als doel. Door de nakende terugtrekking van NAVO-troepen uit Afghanistan wordt ook alom gevreesd dat vele fundamentalisten die afkomstig zijn uit Centraal-Azië, zullen terugkeren om hun regimes onder druk te zetten. Ondergrondse netwerken worden vandaag al uitgebouwd met een stijgend aantal aanhangers.

Het blijft echter moeilijk de ware impact van Hizb-ut-Tahrir en gelijkaardige organisaties in te schatten omdat de autoritaire regimes ze maar al te graag beschuldigen van alles wat er verkeerd gaat in hun land. Dat kan variëren van politieke oppositie tot onderzoeksjournalistiek en internationale ngo's, maar ook tot drugshandelaars uit Afghanistan en onafhankelijkheidsgroeperingen uit de regio.

1) Hoe ziet de minister de relatieve interne stabiliteit in de Centraal-Aziatische republieken evolueren, gezien de hoge leeftijd van de staatshoofden?

2) Hoe evalueert hij de ontwikkeling van fundamentalistische groeperingen in Centraal-Azië?

3) Welke rol kan de Europese dienst voor Extern Optreden spelen in het licht van deze landen?

Antwoord ontvangen op 10 oktober 2013 :

Niet alle staatshoofden van deze republieken zijn hoogbejaard (de Turkmeense president werd in 1957 geboren), wat niet wegneemt dat de opvolging van de staatshoofden van Kazachstan en Oezbekistan best zo snel mogelijk zou worden geregeld. Democratische transities zijn hier jammer genoeg niet per se de meest de meest waarschijnlijke scenario's, en vreedzame transities zijn ook niet verzekerd.

Kazachstan dankt zijn stabiliteit aan de persoonlijkheid van zijn staatshoofd en diens capaciteit om te bemiddelen. Mocht President Nazarbayev komen weg te vallen, dan is alles mogelijk, van een noodgedwongen overgangsregeling (in het besef dat ze alles te verliezen hebben is het best mogelijk dat de clans er de voorkeur aan geven een opvolger aan te duiden om zo een machtsvacuüm te voorkomen dat een grote bedreiging zou vormen voor de stabiliteit van het land) tot gewelddadige afrekeningen tussen de verschillende clans.

De politieke toekomst van Tadzjikistan is van cruciaal belang door de grens bezuiden het land met Afghanistan. Tadzjikistan is een arm en ingesloten land dat met ijzeren hand wordt geregeerd door President Rahmon. Zijn aanhangers genieten allerlei voordelen.

Dit gezegd zijnde is het zo dat de positie van het staatshoofd van Tadzjikistan wankeler is dan die van zijn Kazachse ambtgenoot, in de mate dat zijn ontwikkelingsstrategie niet vooruit komt en zijn beleid inzake religie niet in goede aarde valt bij een groot deel van de elite die veel belang hecht aan het respect voor en de terugkeer naar de tradities.

Kirgistan lijkt net zoals Tadzjikistan een kwetsbare staat. Er kan weliswaar altijd iets gebeuren, maar toch is het zo dat de uit het sovjettijdperk daterende staatsstructuren, ofschoon in een enigzins afgezwakte vorm, nog steeds overeind staan en geschraagd worden door stevige controlerende organisaties die een ineenstorting van de maatschappelijke orde moeten voorkomen.

In Turkmenistan lijkt de interne stabiliteit op het eerste gezicht verzekerd. Wat de aspecten van het politieke, sociale en economische leven betreft, heeft het regime de touwtjes stevig in handen. Het regime voerde eveneens een subsidiëringssysteem in dat de bevolking ten goede komt (sommige goederen zijn gratis), om ontevredenheid in de kiem te smoren.

In Oezbekistan, ten slotte, vierde het staatshoofd, President Karimov, in januari jongstleden zijn 75ste verjaardag. Het is nog niet duidelijk of hij zich voor de verkiezingen van 2015 opnieuw kandidaat zal stellen. Het land is stabiel en onder controle. Maar ook hier is de verandering aan het hoofd van het land nog niet geregeld, wat tot een zekere instabiliteit zou kunnen leiden. De betrekkingen met de buurlanden zijn niet zo goed.

De huidige machthebbers houden deze bewegingen in de gaten. Ze zouden immers de misnoegdheid die momenteel in deze landen overheerst, kunnen benutten om achtergestelde bevolkingsgroepen aan hun kant te krijgen. Mocht eind 2014 een einde komen aan het regime van Karzaï, dan is het gevaar niet denkbeeldig dat strijders uit Centraal-Azië die momenteel nog in Afghanistan aanwezig zijn, naar hun land terugkeren om de regimes aan de macht te destabiliseren.

In Kazachstan, Tadzjekistan en Kirgistan is er sprake van een terugkeer naar de traditionele roots via een herontdekking van de taal, de cultuur, de gebruiken en de traditionele godsdienst, de islam. Het zijn niet alleen de achtergestelde bevolkingsgroepen van de Kazachse samenleving die een traditionele, zelfs strenge islamleer, aanhangen. Dat geldt ook voor sommige leden van de elite die ingevolge hun talrijke bezoeken aan de Golfstaten strenge godsdienstpraktijken meebrengen.

De jongste jaren werd Kazachstan, net zoals Tadzjikistan, geteisterd door gewelddadige islamitisch gemotiveerde terroristische acties die de dood van tientallen personen (terroristen, ordehandhavers…) veroorzaakten. In het westen van Kazachstan en de regio Almaty zijn wel degelijk een aantal gewelddadige en gestructureerde groeperingen actief. Alles wijst erop dat de bevolking niet is opgezet met de acties van de Kazachse overheid om de islampraktijken beter onder controle te krijgen.

In Tadzjikistan zou de misnoegdheid weerklank moeten kunnen vinden bij de grootste oppositiepartij, de Partij van de Islamitische Wedergeboorte. De vervalsing van de verkiezingsuitslagen van de parlementsverkiezingen van februari 2010 en de gematigde lijn die de leider van de partij aanhoudt, zorgden bij de tegenstanders van het regime evenwel voor grote ontreddering, wat zou kunnen worden uitgebuit door sommige radicale bewegingen die zich vooralsnog veeleer discreet opstellen.

In Kirgistan werd de jongste jaren geen enkele islamitisch gemotiveerde terroristische activiteit waargenomen. De Kirgische overheid heeft geen wetgevende maatregelen genomen om meer greep te krijgen op moskeeën en moslimverenigingen.

In Turkmenistan neemt het islamisme amper uitbreiding. Verwacht wordt dat het ook in de nabije toekomst niet aan een opmars zal beginnen.

In Oezbekistan komt de voornaamste dreiging van het Islamic Movement of Uzbekistan. Deze organisatie opereert vooral vanuit Afghanistan en het noorden van Pakistan ; ze voert ook almaar meer operaties uit in Tadzjikistan. Volgens deskundigen heeft deze organisatie de middelen om in Oezbekistan een terroristische actie op touw te zetten.

De Europese unie (EU) staat de landen van de regio terzijde bij het doorvoeren van hervormingen, meer bepaald op het stuk van de mensenrechten. Ze wil in Centraal-Azie een engagement op lange termijn aangaan, met name inzake veilgheidsvraagstukken, grensbeheer en kwesties die te maken hebben met drugshandel, inbegrepen.

De EDEO volgt de situatie in deze landen op de voet en is voornemens zijn aanwezigheid aldaar te versterken middels het openen, bijvoorbeeld, van een delegatie in Turkmenistan.

De Oezbeekse autoriteiten, van hun kant, werken met de EU samen via belangrijke programma’s zoals het Central Asia Drug Action Programme en het Border Management in Central Asia

Sommige landen, zoals Kirgistan, willen dat de EU zich meer engageert in de regio teneinde het fundamentalisme te bestrijden en een tegengewicht te vormen voor de aanwezigheid van Rusland en China in de regio.

In bredere zin werkt de EU met deze landen samen in het kader van de Strategie voor Centraal-Azië die in 2007 van start ging. De veiligheidsrisico’s in centraal-Azië zijn binnen de EU welbekend. Een groter engagement van de EU kan worden overwogen als de desbetreffende landen tonen dat ze bereid zijn om ernstig werk te maken van de eerbiediging van de mensenrechten, democratisering en goed bestuur.