Zelfstandigen in bijberoep - Ambtenaren - Werknemers - Duur - Uitkeringsgerechtigde werklozen
zelfstandig beroep
dubbel beroep
werkloze
officiële statistiek
ambtenaar
11/1/2013 | Verzending vraag |
25/2/2013 | Antwoord |
Kan de geachte minister de evolutie meedelen van het aantal zelfstandigen in bijberoep en van de nieuwe aanvragen voor het statuut van zelfstandige in bijberoep over de laatste 10 jaar, uitgesplitst naar geslacht, leeftijd en provincie ?
Kan ze meedelen hoeveel daarvan ambtenaar zijn, hoeveel voltijds of deeltijds werknemer en welke de verdeling per sector is van deze laatste categorie ?
Hoe evolueert de gemiddelde duur van zo'n zelfstandig bijberoep ?
Hoeveel uitkeringsgerechtigde werklozen hebben een zelfstandige activiteit in bijberoep ?
1) De tabel in bijlage geeft enerzijds de evolutie (jaren 2002-2011) weer van het aantal verzekeringsplichtigen in bijberoep (toestand op 31 december) en, anderzijds, het aantal verzekeringsplichtigen dat een activiteit in bijberoep heeft aangevangen in de loop van dezelfde jaren. De spreiding gebeurt volgens provincie, leeftijdsklasse en geslacht. De geografische spreiding (hier per provincie) gebeurt overeenkomstig het officiële (domicilie) of het opgegeven adres van de verzekeringsplichtigen.
2) Geen informatie beschikbaar bij het Rijksinstituut voor de sociale verzekeringen der zelfstandige (RSVZ)
3) Voorafgaande opmerking betreffende de berekeningswijze van de gemiddelde duur van een zelfstandig bijberoep: Enkel die bijberoepers werden weerhouden waarvan er een aansluitings- en schrappingsdatum werd ingevuld. Er kan immers alleen een duur worden berekend indien de verzekeringsplichtige zijn zelfstandige activiteit in bijberoep heeft stopgezet.
Het resultaat wordt weergegeven in dagen:
Jaren |
Gemiddelde duur (in dagen) |
2002 |
2.073 |
2003 |
2.290 |
2004 |
2.269 |
2005 |
2.193 |
2006 |
2.025 |
2007 |
2.085 |
2008 |
2.020 |
2009 |
2.002 |
2010 |
1.898 |
2011 |
1.851 |
Vanaf 2003 is er praktisch altijd een dalende trend waar te nemen in de gemiddelde duur van een zelfstandig bijberoep. In 2011 is er, vergeleken met 2003, een daling van 19,17 %. Dit wil zeggen dat de gemiddelde aansluitingsperiode van een zelfstandige bijberoeper steeds korter wordt.
4) Geen informatie beschikbaar bij het RSVZ.
“De door het geachte lid gevraagde gegevens werden haar rechtstreeks meegedeeld. Gelet op de aard ervan worden zij niet gepubliceerd, maar liggen zij ter inzage bij de griffie van de Senaat."