Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-10619

van Fauzaya Talhaoui (sp.a) d.d. 20 december 2013

aan de staatssecretaris voor Asiel en Migratie, Maatschappelijke Integratie en Armoedebestrijding, toegevoegd aan de minister van Justitie

het toenemend aantal gezinnen dat een beroep moet doen op de sociale leverancier

armoede
gasdistributie
elektriciteitsvoorziening
watervoorziening
verwarming

Chronologie

20/12/2013Verzending vraag
2/1/2014Antwoord

Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-3874
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10620

Vraag nr. 5-10619 d.d. 20 december 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Naar aanleiding van de publicatie van recente armoedecijfers en gegevens van Eandis over het toenemend aantal gezinnen dat een beroep moet doen op een sociale leverancier, wil ik graag een discussie over een aantal gangbare praktijken.

Nog nooit hebben zoveel gezinnen een beroep moeten doen op een sociale netbeheerder, nadat ze door hun commerciële energieleverancier zijn gedumpt. Commerciële energieleveranciers mogen sinds 1 december geen enkele klant meer afsluiten van het net, dat staat zo in de wet. Tot 1 maart eerstkomend, heeft iedereen recht op verwarming. Volgens de meest recente cijfers (1 oktober 2012) is het aantal sociale klanten via Eandis voor elektriciteit in vergelijking met vorig jaar gestegen naar 63.546 (+1062) en voor gas naar 48.627 (+761).

Ook de waterfactuur betalen blijft voor veel mensen een probleem. Vorig jaar is het water bij 4470 Vlaamse gezinnen volledig afgesloten. Dat zijn dubbel zoveel gezinnen als in 2010.

Aan de hand van de zogenaamde 'typeklant' hebben we enkele energietarieven vergeleken op basis van de gegevens op de websites van de leveranciers. Daaruit leren we - misschien enigszins contradictoir- dat mensen die hun facturen bij de commerciële leveranciers niet kunnen betalen en bij Eandis terecht komen veel slechter af zijn. Bij de netbeheerder moeten ze bijna het dubbele betalen dan het bedrag op hun 'oude' factuur ! Ik heb als voorbeeld een simulatie gemaakt voor een gezin van 3 personen met een enkelvoudig jaarlijks verbruik van 3.500 kwh aan elektriciteit en een gasverbruik voor de verwarming van 20.000 kwh. Dat gezin betaalt bij pakweg Electrabel 1.500 euro per jaar. Nadat deze mensen 'gedropt' werden door hun reguliere leverancier, moeten ze bij Eandis jaarlijks iets meer dan 3.000 euro betalen. Niet meteen sociaal.

Het is dan ook evident dat de schulden zich vanaf dat moment sneller opstapelen. De moeilijkheden die de sociale klanten krijgen na tussenkomst van de lokale adviescommissie (LAC) of na het afsluiten van een collectieve schuldenregeling worden daarmee nog bestendigd of de situatie verergert nog.

Uit een analyse in een artikel van De Morgen (13 juni 2013), blijkt dat Lampiris en ENI in verhouding dubbel zo veel klanten aan de deur zetten dan Electrabel, dat ze veel ongeduldiger zijn (sneller klanten dumpen) en dat 80 van de klanten die worden gedumpt minder dan 1 jaar onder contract zijn.

Ik heb volgende concrete vragen aan de Staatssecretaris:

1) Beschikt u over detailcijfers van de door hun commerciële energieleveranciers gedropte klanten? Zijn er seizoengebonden pieken of tendensen vast te stellen die wijzen op anticipatief gedrag (in het najaar) of corrigerend gedrag van de commerciële leveranciers (in het voorjaar)? In welke verhouding staan deze 'uitstoot-cijfers' tot het totaal aantal klanten van de betrokken leverancier en welk percentage van deze klanten wordt opgezegd tijdens het eerste contractjaar, tijdens het tweede - het derde -of later? Hoeveel klanten gaan uit eigen beweging weg bij deze leveranciers?

2) Welke normen en criteria hanteren diezelfde commerciële leveranciers om een klant stop te zetten, dus om hem als wanbetaler te beschouwen? Is er hier sprake van "cherry-picking" vanwege de commerciële leveranciers? Met andere woorden: zetten commerciële leveranciers klanten in moeilijkheden of klanten met een sociaal tarief sneller aan de deur dan andere klanten?

3) Worden de stopgezette klanten nog steeds gebrandmerkt als 'wanbetaler' en met welke accuratesse worden klanten wiens schuld werd betaald (of door de rechtbank werd geannuleerd) uit deze 'zwarte lijsten' verwijderd? Hebt u trouwens weet van deze nog steeds bestaande (illegale) zwarte lijsten van "wanbetalers" die circuleren tussen de energieleveranciers? Ik ken een aantal mensen die na vereffening van schulden nog steeds niet aan een nieuw contract raakten. Kan de Staatssecretaris uniforme regels opleggen aan de energieleveranciers met betrekking tot opzegging, en hoe kan er opgetreden worden tegen de nog steeds circulerende 'zwarte lijsten'?

4) De energieleveranciers gaan ook op een ondeugdelijke manier om met aanmaning- en inningskosten. Zo worden kosten op automatische wijze aangerekend, worden kosten op kosten gerekend (die door de rechtbanken worden afgewezen)... Op welke wijze zou men een systeem van beschermde klanten kunnen opzetten om mensen met lage inkomens (vervangingsinkomens, leeflooners, Omniostatuten enz) ook te beschermen tegen automatische aanmaningskosten en inningskosten van de energie leveranciers?

Antwoord ontvangen op 2 januari 2014 :

Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op zijn vragen.

In antwoord op uw vraag, heb ik de eer u mee te delen dat de inhoud ervan tot de bevoegdheid behoort van mijn collega, de heer M. Wathelet, Staatssecretaris voor Leefmilieu, Energie en Mobiliteit, toegevoegd aan de minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen.