SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2012-2013 Zitting 2012-2013
________________
14 mars 2013 14 maart 2013
________________
Question écrite n° 5-8497 Schriftelijke vraag nr. 5-8497

de Karl Vanlouwe (N-VA)

van Karl Vanlouwe (N-VA)

à la ministre de la Justice

aan de minister van Justitie
________________
Les requêtes en dessaisissement d'une affaire judiciaire De vragen tot onttrekking van een rechtszaak 
________________
arriéré judiciaire
statistique officielle
procédure judiciaire
gerechtelijke achterstand
officiële statistiek
rechtsvordering
________ ________
14/3/2013Verzending vraag
24/5/2013Antwoord
14/3/2013Verzending vraag
24/5/2013Antwoord
________ ________
Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-2905 Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-2905
________ ________
Question n° 5-8497 du 14 mars 2013 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-8497 d.d. 14 maart 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

En vertu du nouvel article 652 du Code judiciaire, inséré par la loi du 6 décembre 2005 modifiant les articles 648, 652, 655 et 656 du Code judiciaire, en vue d'organiser un dessaisissement simplifié du juge qui pendant plus de six mois néglige de juger la cause qu'il a prise en délibéré, chacune des parties peut demander le dessaisissement du juge lorsqu'il néglige pendant plus de six mois de juger la cause qu'il a prise en délibéré.

C'est un éternel problème. Les jugements et les arrêts sont parfois rendus avec un retard exaspérant. L'absence de décision judiciaire créée une période d'insécurité juridique et laisse les parties dans l'ignorance de la suite de la procédure. Depuis leur tour d'ivoire, les juges ont manifestement bien du mal à se rendre compte de l'influence qu'a un procès sur le justiciable.

C'est pourquoi l'article 652 du Code judiciaire a conféré au justiciable le droit de prendre l'initiative d'une procédure auprès de la Cour de cassation afin de dessaisir un juge négligent d'un dossier.

Le juge contre qui la procédure en dessaisissement est intentée ainsi que son chef de corps sont informés par le greffe de la Cour de cassation du dépôt d'une requête en dessaisissement. La partie qui demande le dessaisissement et le juge ont la possibilité de déposer leurs observations en forme de mémoire.

Une bataille de procédure est donc livrée au sein de la procédure en cours, le justiciable ayant subitement le juge face à lui comme partie adverse parce que ce dernier tarde à juger la cause qu'il a prise en délibéré.

Les nouvelles dispositions de l'article 652 du Code judiciaire ont été insérées par la loi du 6 décembre 2005 susmentionnée et sont entrées en vigueur le 23 janvier 2006.

Je souhaiterais obtenir une réponse aux questions suivantes.

1) La ministre peut-elle préciser le nombre de procédures dans lesquelles la Cour de cassation s'est prononcées en 2011 sur des requêtes en dessaisissement introduites en vertu des nouvelles dispositions de l'article 652 du Code judiciaire ?

2) Dans combien de cas en 2011 la Cour de cassation a-t-elle effectivement dessaisi le juge de l'affaire pour la confier à un autre juge ?

3) Dans quels tribunaux ou cours les juges dessaisis des affaires par la Cour de cassation en 2011 siégeaient-ils ?

Pouvez-vous me fournir une ventilation pour :

- les tribunaux de premières instance avec une subdivision entre les chambre civiles, le tribunal correctionnel et le tribunal de la jeunesse ;

- les tribunaux du travail ;

- les tribunaux du commerce ;

- les cours d'appel ;

- les cours du travail ?

4) La ministre peut-elle également préciser dans quels arrondissements judiciaires le plus grand nombre de requêtes en dessaisissement sont déposées ?

5) Peut-elle en outre me dire si des requêtes en dessaisissement portent sur des affaires prises en délibéré par des cours d'appel ? J'aimerais également savoir dans combien de cas la Cour de cassation a décidé de dessaisir le juge de l'affaire.

6) La ministre évalue-t-elle favorablement la procédure de dessaisissement ?

 

Door het nieuwe artikel 652 van het Gerechtelijk Wetboek, ingevoegd door de wet van 6 december 2005 tot wijziging van de artikelen 648, 652, 655 en 656 van het Gerechtelijk Wetboek, met het oog op de invoering van een vereenvoudigde onttrekking van de zaak aan de rechter die gedurende meer dan zes maanden verzuimt de zaak te berechten die hij in beraad heeft genomen, kan elke partij optreden tegen de nalatige rechter die in gebreke blijft om een vonnis te vellen binnen de zes maanden nadat hij de zaak in beraad heeft genomen.

Het is een aanslepend probleem. Vonnissen en arresten worden soms tergend traag geveld. Het uitblijven van een gerechtelijke beslissing creëert een periode van rechtsonzekerheid en laat partijen in onwetendheid over het verdere verloop van de procedure. Vanuit de ivoren toren is het blijkbaar moeilijk in te schatten op welke wijze een proces weegt op de rechtzoekende.

Daarom werd met artikel 652 van het Gerechtelijk Wetboek aan de rechtzoekende het initiatiefrecht verleend om een dossier uit handen van een nalatige rechter te laten nemen via een procedure bij het Hof van Cassatie.

De rechter tegen wie een procedure wordt gevoerd om een dossier te laten onttrekken en zijn korpschef worden door de griffie van het Hof van Cassatie ervan op de hoogte gebracht dat een vraag tot onttrekking werd ingediend. De partij die de onttrekking vraagt en de rechter hebben de mogelijkheid hun opmerkingen via een memorie te verduidelijken.

Er wordt bijgevolg een procedureslag gevoerd binnen de lopende procedure, waarbij een rechtzoekende plots zijn rechter als tegenstander heeft omdat die verzuimt de zaak te berechten die hij in beraad heeft genomen.

Deze nieuwe bepaling van artikel 652 van het Gerechtelijk Wetboek werd ingevoerd bij bovenvermelde wet van 6 december 2005 en is in werking getreden op 23 januari 2006.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen:

1) Kan de geachte minister het aantal procedures meedelen waarbij het Hof van Cassatie zich in 2011 heeft uitgesproken over de vragen tot onttrekking van een zaak volgens de nieuwe bepaling van artikel 652 van het Gerechtelijk Wetboek?

2) Hoeveel zaken werden in 2011 door het Hof van Cassatie dan ook effectief onttrokken aan de rechter en door het Hof van Cassatie uiteindelijk toegewezen aan een andere rechter?

3) Van welke rechtbanken of hoven werden in 2011 de onttrekkingen van de zaken door het Hof van Cassatie uitgesproken?

Kan de minister een opdeling geven voor :

- De rechtbanken van eerste aanleg en nogmaals opgedeeld tussen de burgerlijke kamers, de correctionele rechtbank en de jeugdrechtbank;

- de arbeidsrechtbanken;

- de rechtbanken van koophandel;

- de hoven van beroep;

- de arbeidshoven?

4) Kan de minister eveneens laten weten uit welke gerechtelijke arrondissementen de meeste vorderingen tot onttrekking van de zaken worden ingediend?

5) Kan de minister ook laten weten of er vorderingen tot onttrekking zijn van zaken die in beraad werden genomen door hoven van beroep? Mag ik eveneens vragen in hoeveel van die vorderingen tot onttrekking het Hof van Cassatie beslist heeft de zaak te onttrekken?

6) Evalueert de minister de procedure tot onttrekking van de zaak positief?

 
Réponse reçue le 24 mai 2013 : Antwoord ontvangen op 24 mei 2013 :

Sur la base des données fournies par le parquet près la Cour de cassation, je suis en mesure de vous communiquer ce qui suit. 

L'année 2011 a été marquée par un nombre exceptionnellement élevé de procédures de dessaisissement, à savoir 127 procédures, dont seules deux ont été rejetées. 

Quatorze dessaisissements effectifs concernaient une justice de paix de Charleroi, un le tribunal de première instance de Namur, deux concernaient le tribunal de commerce de Bruxelles et 108 le tribunal de première instance de Bruges. Les deux rejets concernaient le tribunal de première instance d'Audenarde et une justice de paix de Huy. 

Il n'est actuellement pas possible de fournir une réponse plus affinée.  

La procédure de dessaisissement peut donc être évaluée positivement : sur les 127 procédures de dessaisissement, seules deux ont été rejetées. J'en déduis donc que la procédure s'avère utile pour le justiciable.

Op basis van de gegevens verstrekt door het parket bij het Hof van Cassatie kan het volgende worden meegedeeld :

In het jaar 2011 zijn uitzonderlijk veel procedures van onttrekking tussengekomen, met name 127, waarvan slechts 2 werden verworpen.

Veertien daadwerkelijke onttrekkingen hadden betrekking op een vredegerecht te Charleroi, 1 op de rechtbank van eerste aanleg te Namen, 2 op de rechtbank van koophandel te Brussel en 108 op de rechtbank van eerste aanleg te Brugge. De 2 verwerpingen betroffen de rechtbank van eerste aanleg te Oudenaarde en een vredegerecht te Hoei.

Een nog verdere verfijning van het antwoord kan momenteel niet worden gegeven.

De procedure tot onttrekking van de zaak kan dus als positief geëvalueerd worden: van de 127 procedures ‘onttrekking’ werden slechts 2 verworpen, hetgeen mij doet besluiten dat de procedure haar nut bewijst voor de rechtzoekende.