SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2010-2011 Zitting 2010-2011
________________
21 avril 2011 21 april 2011
________________
Question écrite n° 5-2160 Schriftelijke vraag nr. 5-2160

de Bert Anciaux (sp.a)

van Bert Anciaux (sp.a)

au ministre de la Justice

aan de minister van Justitie
________________
Elections - Infractions à l'obligation de vote - Poursuites - Condamnations Verkiezingen - Inbreuken op de stemplicht - Vervolgingen - Veroordelingen 
________________
poursuite judiciaire
vote obligatoire
liste électorale
statistique officielle
gerechtelijke vervolging
stemplicht
kiezerslijst
officiële statistiek
________ ________
21/4/2011Verzending vraag
7/12/2011Dossier gesloten
21/4/2011Verzending vraag
7/12/2011Dossier gesloten
________ ________
Aussi posée à : question écrite 5-2161
Réintroduite comme : question écrite 5-4649
Aussi posée à : question écrite 5-2161
Réintroduite comme : question écrite 5-4649
________ ________
Question n° 5-2160 du 21 avril 2011 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-2160 d.d. 21 april 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

En Belgique, le vote est obligatoire. Les tendances observées lors des dernières élections et plus encore le malaise politique actuel confortent la conviction que de plus en plus de citoyens ne rempliront pas leur obligation de vote, par apathie ou en guise de protestation.

Je souhaiterais obtenir une réponse aux questions suivantes.

1. Quel était le nombre des électeurs pour les élections fédérales de 2010 ? Combien d'entre eux ne se sont-ils pas présentés au bureau de vote sans motif valable et n'ont donc pas émis de vote ? Le ministre peut-il me fournir une ventilation de ces chiffres par arrondissement électoral ? Comment explique-t-il et évalue-t-il ces chiffres ?

2. Les parquets ont-ils déposé plainte contre les électeurs qui ne se sont pas présentés au bureau de vote le 13 juin 2010 ? Dans l'affirmative, de combien de personnes s'agit-il dans chaque arrondissement judiciaire ? Quel a été le nombre de transactions et de citations directes ? Comment le ministre explique-t-il les différences entre arrondissements judiciaires ?

3. Remarque-t-on des différences entre les chiffres évoqués à la précédente question et les chiffres correspondants de juin 2009 ? Comment le ministre explique-t-il et évalue-t-il cette évolution ?

4. Selon le Code électoral général, l'électeur qui, dans un délai de quinze années, s'abstient au moins quatre fois et de manière non justifiée de remplir son obligation de vote, est rayé pour dix ans des listes électorales et ne peut, pendant ce laps de temps, recevoir aucune nomination, ni promotion, ni distinction, d'une autorité publique. Combien de personnes se trouvent-elles dans ce cas ? Combien de personnes ont-elles été rayées des listes électorales en raison d'une absence injustifiée le 13 juin ?

 

In België geldt een algemene stemplicht. De tendensen van de vorige verkiezingen en zeker het gewicht van de huidige politieke malaise, voeden de overtuiging dat steeds meer mensen zullen verzaken aan hun kiesplicht, omwille apathie of protest.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen:

1. Hoeveel kiesgerechtigden waren er voor de federale verkiezing van 2010? Hoeveel van deze mensen bleven onterecht afwezig en brachten dus geen stem uit? Kan de minister deze cijfers opsplitsen per kiesarrondissement? Hoe verklaart en beoordeelt de minister deze cijfers?

2. Dienden de parketten klacht in tegen kiezers die op 13 juni 2010 afwezig zijn gebleven? Zo ja, om hoeveel personen ging het dan per gerechtelijk arrondissement ? Hoeveel minnelijke schikkingen en hoeveel rechtstreekse dagvaardingen waren er? Hoe verklaart de minister deze verschillen tussen de gerechtelijk arrondissementen?

3. Hoe verhouden de cijfers uit voorgaande vraag zich tegenover soortgelijke cijfers bij de verkiezingen van juni 2009? Hoe evalueert en duidt de minister deze evolutie?

4. Volgens het Algemeen Kieswetboek wordt de kiezer die zich vier keer binnen de 15 jaar niet-wettig onthoudt van de stemplicht, voor 10 jaar van de kiezerslijsten geschrapt en kan hij gedurende die periode geen benoeming, bevordering of onderscheiding krijgen van een openbare overheid. Hoeveel personen verkeren in dat geval? Hoeveel mensen werden er geschrapt als gevolg van hun onwettelijke afwezigheid op 13 juni?