SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2009-2010 Zitting 2009-2010
________________
15 janvier 2010 15 januari 2010
________________
Question écrite n° 4-6495 Schriftelijke vraag nr. 4-6495

de Anke Van dermeersch (Vlaams Belang)

van Anke Van dermeersch (Vlaams Belang)

au secrétaire d'État à la Coordination de la lutte contre la fraude, adjoint au premier ministre, et secrétaire d'État, adjoint au ministre de la Justice

aan de staatssecretaris voor de Coördinatie van de fraudebestrijding, toegevoegd aan de eerste minister, en staatssecretaris, toegevoegd aan de minister van Justitie
________________
Lutte contre la fraude fiscale - Transmission de données fiscales à l'étranger - Coopération Strijd tegen fiscale fraude - Verzending van fiscale gegevens aan het buitenland - Samenwerking 
________________
fraude fiscale
coopération fiscale européenne
transmission de données
belastingfraude
Europese fiscale samenwerking
datatransmissie
________ ________
15/1/2010Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 18/2/2010)
4/3/2010Antwoord
15/1/2010Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 18/2/2010)
4/3/2010Antwoord
________ ________
Aussi posée à : question écrite 4-6494 Aussi posée à : question écrite 4-6494
________ ________
Question n° 4-6495 du 15 janvier 2010 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 4-6495 d.d. 15 januari 2010 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Dans le cadre de la lutte contre la fraude fiscale, la Belgique a transmis au cours des cinq dernières années (2004-2008) 388.963 informations à l'étranger. Plus de 99 % de ces informations étaient destinées à deux pays: la France en a reçu 79,41 % et les Pays-Bas 19,94 %. En outre, des informations ont été transmises à l'Autriche (0,64 % des données) et à l'Allemagne (à peine 0,01 %).

La disposition des autres pays à coopérer avec la Belgique en matière de fraude fiscale est bien sûr proportionnelle à notre disposition à coopérer avec eux. La coopération suppose la réciprocité. Cette dissymétrie est donc très préoccupante. De plus, les envois se font parfois tardivement par rapport à l’année de revenus, au détriment de leur facilité d’exploitation par l’administration destinataire. Par exemple, le 13 août 2008 un fichier de 146.162 renseignements portant sur des revenus de l’année 2005 a été envoyé vers la France, en même temps qu’un second fichier – de161.043 renseignements – portant sur des revenus de l’année 2006. On avait pourtant déjà utilisé les tableaux sous format numérique issus des données Belcotax.

1. Pourquoi ces informations n'ont-elles été transmises qu'à quatre pays ?

2. Comment explique-t-on l'infime flux d'informations vers l'Autriche et surtout vers l'Allemagne, laquelle est quand même un pays limitrophe et un très important partenaire commercial ? Plus particulièrement, comment explique-t-on que l'Autriche ait reçu soixante-quatre fois plus de données que l'Allemagne ? Faut-il y voir un désintérêt des services fiscaux des deux pays ? Des difficultés de droit international ? Un problème interne belge ?

3. Quelles mesures a-t-on déjà prises afin d'associer davantage de pays à la transmission de telles données, et afin d'arriver à des flux de données mieux équilibrés?

4. Selon le planning, c'est à partir de juillet 2009 que le nouveau système automatisé d'importation et d'exportation des informations fiscales devait être utilisé pour la transmission des données aux administrations étrangères. Est-ce le cas ? Si non, quelle date de début est-elle maintenant prévue ?

 

In het kader van de strijd tegen fiscale fraude heeft België in de periode van 2004 tot 2008 in totaal 388 963 inlichtingen naar het buitenland verzonden. Meer dan 99 % van deze inlichtingen was bestemd voor slechts twee landen: Frankrijk kreeg 79,41 % van de gegevens en Nederland 19,94 %. Daarnaast werd ook informatie doorgestuurd naar Oostenrijk, dat 0,64 % van de verzonden gegevens kreeg, en naar Duitsland, dat slechts 0,01 % kreeg.

De bereidheid van andere landen om inzake fiscale fraude samen te werken met België is natuurlijk recht evenredig met onze bereidheid om met hen samen te werken. Samenwerking vereist immers wederkerigheid. Daarom is deze eenzijdigheid uiterst verontrustend. Bovendien werden de gegevens soms laattijdig verzonden in vergelijking met het inkomstenjaar, wat nadelig is voor de administratie van bestemming om ze nog doeltreffend te kunnen gebruiken. Op 13 augustus 2008 werd bijvoorbeeld een bestand met 146 162 inlichtingen met betrekking tot inkomsten van het jaar 2005 aan Frankrijk toegezonden, samen met een tweede bestand met 161 043 inlichtingen die betrekking hadden op de inkomsten van het jaar 2006. Nochtans werd toen reeds gebruik gemaakt van rekenbladen in digitale vorm vanuit de Belcotax-gegevens.

1. Waarom kregen slechts vier landen dergelijke inlichtingen?

2. Hoe verklaart men de uiterst geringe doorstroming van informatie naar Oostenrijk en vooral naar Duitsland, dat nochtans een buurland en een zeer belangrijke handelspartner is? Hoe verklaart men in het bijzonder dat aan Oostenrijk vierenzestig keer meer gegevens werden doorgegeven dan aan Duitsland? Wijst dit op desinteresse bij de fiscale diensten van beide landen? Op verdragsrechtelijke moeilijkheden? Of op een intern Belgisch probleem?

3. Welke maatregelen werden reeds genomen om meer landen te betrekken bij de verzending van zulke gegevens, en om tot een evenwichtiger spreiding van de informatiestroom te komen?

4. Volgens de planning moest het nieuwe geautomatiseerde systeem voor de import en export van fiscale informatie vanaf juli 2009 gebruikt kunnen worden om gegevens aan de buitenlandse administraties te verzenden. Is dat effectief gebeurd? Zo nee, welke startdatum wordt dan vooropgesteld?

 
Réponse reçue le 4 mars 2010 : Antwoord ontvangen op 4 maart 2010 :

Il appartient à l'administration compétente du Service public fédéral (SPF) Finances de répondre à aux questionnements posés par l'honorable Membre, relatifs à la transmission de données fiscales à l'étranger. C'est pourquoi je me permets de le renvoyer à la réponse de M. Reynders, vice-premier ministre, ministre des Finances et des Réformes institutionnelles, à qui la question a également été posée.

De door het geachte lid gestelde vragen inzake de verzending van fiscale gegevens aan het buitenland dienen door de bevoegde administratie van de Federale Overheidsdienst (FOD) Financiën te worden beantwoord. Ik ben dan ook zo vrij te verwijzen naar het antwoord van de heer Reynders, vice-eerste minister en minister van Financiën en Institutionele Hervormingen, aan wie deze vraag eveneens werd gesteld.