SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2009-2010 Zitting 2009-2010
________________
7 décembre 2009 7 december 2009
________________
Question écrite n° 4-5881 Schriftelijke vraag nr. 4-5881

de Yves Buysse (Vlaams Belang)

van Yves Buysse (Vlaams Belang)

au ministre pour l'Entreprise et la Simplification

aan de minister voor Ondernemen en Vereenvoudigen
________________
SPF Économie - Emploi des langues - Particuliers habitant en région de langue néerlandaise FOD Economie - Taalgebruik - Particulieren die in het Nederlandse taalgebied wonen 
________________
ministère
emploi des langues
ministerie
taalgebruik
________ ________
7/12/2009Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 8/1/2010)
8/2/2010Antwoord
7/12/2009Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 8/1/2010)
8/2/2010Antwoord
________ ________
Réintroduction de : question écrite 4-4627 Réintroduction de : question écrite 4-4627
________ ________
Question n° 4-5881 du 7 décembre 2009 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 4-5881 d.d. 7 december 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Un habitant de Bruges, bien entendu néerlandophone, m'a indiqué qu'il avait reçu du SPF Économie un courrier en français, même avec une adresse partiellement rédigée en français (“bte” au lieu de “bus”). Il va de soi que ceci est contraire aux lois coordonnées du 18 juillet 1966 sur l'emploi des langues en matière administrative.

1. Quelle langue le SPF Économie utilise-t-il en principe dans ses relations avec les particuliers résidant dans la région de langue néerlandaise?

2. Comment est-il possible qu'un habitant de Bruges qui est sans aucun doute néerlandophone et qui s'est lui-même adressé en néerlandais à l'administration, reçoive un document francophone?

3. Des mesures sont-elles prises pour empêcher à l'avenir de tels incidents?

 

Een inwoner van Brugge, Nederlandstalig vanzelfsprekend, deelt mij mee dat hij briefwisseling van de FOD Economie heeft gekregen in het Frans, zelfs met een gedeeltelijk Franstalige adresvermelding ("bte" voor "bus"). Het spreekt vanzelf dat dit in strijd is met de gecoördineerde wetten van 18 juli 1966 op het gebruik van de talen in bestuurszaken.

1.In welke taal richt de FOD Economie zich in beginsel in haar betrekkingen met particulieren tot de inwoners van het Nederlandse taalgebied?

2. Hoe is het mogelijk dat iemand uit Brugge, die zonder twijfel Nederlandstalig is en zich steeds in het Nederlands tot de administratie heeft gericht, een Franstalig document krijgt toegestuurd?

3. Worden er maatregelen genomen om dergelijke voorvallen in de toekomst onmogelijk te maken?

 
Réponse reçue le 8 février 2010 : Antwoord ontvangen op 8 februari 2010 :
  1. En vertu de l’article 41, § 1er, des lois sur l’emploi des langues en matière administrative, coordonnées le 18 juillet 1966, les services centraux utilisent dans leurs rapports avec les particuliers celle des trois langues dont ces particuliers ont fait usage. Le caractère unilingue de la région linguistique où se trouvent les particuliers ne restreint en rien le choix fait par ces particuliers et l’obligation faite aux services centraux de respecter ce choix.

  2. La question du membre ne contient pas d’éléments permettant d’identifier ce courrier et les circonstances de l’erreur qui aurait été commise.

  3. Compte tenu de ma réponse à la question 2, il m’est impossible de prendre des mesures spécifiques. L’administration voit son action guidée par le principe de légalité, en ce compris la stricte application des lois coordonnées précitées. Les plaintes à ce sujet sont par ailleurs très rares.

  1. Op grond van artikel 41, § 1, van de gecoördineerde wetten van 18 juli 1966 op het gebruik van de talen in bestuurszaken, gebruiken de centrale diensten, in hun contacten met particulieren, deze van de drie talen die de particulieren zelf ook hebben gebruikt. Het ééntalige karakter van het taalgebied waar de particulieren zich bevinden, beperkt helemaal niet de keuze die de particulieren hebben gemaakt en de verplichting van de centrale diensten om die keuze te eerbiedigen.

  2. De vraag van het lid bevat geen elementen die het mogelijk maken deze briefwisseling te identificeren, evenals de fout die zou zijn gemaakt.

  3. Rekening houdend met mijn antwoord op vraag 2 kan ik onmogelijk specifieke maatregelen treffen. De administratie laat zich leiden door het legaliteitsbeginsel, met inbegrip van de strikte toepassing van de bovenvermelde gecoördineerde wetten. Klachten hierover zijn overigens erg zeldzaam.