SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2008-2009 Zitting 2008-2009
________________
12 janvier 2009 12 januari 2009
________________
Question écrite n° 4-2254 Schriftelijke vraag nr. 4-2254

de Yves Buysse (Vlaams Belang)

van Yves Buysse (Vlaams Belang)

au vice-premier ministre et ministre des Finances et des Réformes institutionnelles

aan de vice-eersteminister en minister van Financiën en Institutionele Hervormingen
________________
Tax shelter - Résultats Tax shelter - Resultaten 
________________
impôt sur le revenu
déduction fiscale
exonération fiscale
production audiovisuelle
télévision
statistique officielle
répartition géographique
inkomstenbelasting
belastingaftrek
belastingontheffing
audiovisuele productie
televisie
officiële statistiek
geografische spreiding
________ ________
12/1/2009Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 12/2/2009)
24/7/2009Antwoord
12/1/2009Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 12/2/2009)
24/7/2009Antwoord
________ ________
Réintroduction de : question écrite 4-1592 Réintroduction de : question écrite 4-1592
________ ________
Question n° 4-2254 du 12 janvier 2009 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 4-2254 d.d. 12 januari 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Le système du tax shelter existe depuis quelques années pour l’industrie cinématographique ; il a ensuite été étendu aux médias audiovisuels et, récemment, à la production de programmes destinés à la jeunesse.

En mai 2008, le ministre a déclaré que ce système remportait un grand succès et s’était jusqu’alors appliqué à la production de 350 oeuvres représentant une contribution de 14 millions euros en 2004, 18 millions en 2005, 33 millions en 2006 et 45 millions en 2007.

Le ministre peut-il me communiquer les renseignements suivants avec chaque fois une ventilation entre projets néerlandophones et francophones, par année et par catégorie (film, programme télévisuel, etc.) :

1. Quel est le nombre de projets introduits ?

2. Combien de ces projets ont-ils pu finalement bénéficier du système du tax shelter et combien n’en ont-ils pas profité ?

3. De quels montants s’agit-il ?

 

Sinds enige jaren bestaat de tax shelter-regeling voor de filmindustrie, later uitgebreid naar de audiovisuele media en recentelijk naar de productie van jeugdprogramma’s.

In mei 2008 stelde de geachte minister dat deze regeling een groot succes is en tot dan was toegepast voor de productie van 350 werken, waarbij bedragen betrokken waren van 14 miljoen euro in 2004, 18 miljoen in 2005, 33 miljoen in 2006 en 45 miljoen in 2007.

Kan de geachte minister mij, telkens opgedeeld volgens Nederlandstalige en Franstalige projecten, per jaar en per categorie (film, TV…) het volgende meedelen:

1.Hoeveel projecten werden er ingediend?

2.Hoeveel konden er daarvan uiteindelijk van de tax shelter-regeling genieten en hoeveel niet?

3.Om welke bedragen ging het?

 
Réponse reçue le 24 juillet 2009 : Antwoord ontvangen op 24 juli 2009 :

Jusqu'à la fin de 2008, 173 œuvres audiovisuelles ont été agréées pour la Communauté flamande. Pour la Communauté française, le nombre de projets agréés s'élève à 391. Le tableau suivant montre la répartition des œuvres agréées par année. Jusqu’à présent, aucun projet n’a été déposé auprès de la Communauté germano-phone.

Année

Communauté flamande

Communauté française

2003-2004

25

62

2005

23

58

2006

30

64

2007

38

97

2008

57

110

Total

173

391

Au nom d'une entreprise, qui conclut un contrat-cadre pour la production d'une œuvre audiovisuelle agréée, le bénéfice imposable peut, dans certaines limites et sous certaines conditions, être exonéré, à concurrence de 150 %, soit des sommes effective-ment versées par cette société, soit des sommes que l'entreprise s'est engagée à payer.

De plus, il existe la possibilité en cas d’absence ou d’insuffisance de bénéfice pour une période imposable, de reporter l’exemption non accordée sur les périodes imposables ultérieures.

L'exemption se déroule en deux phases :

- Dans un premier temps, une exonération temporaire et condition-nelle est accordée (à reprendre parmi les “Bénéfices réservés exonérés”, les codes 309 et 324 de la déclaration).

- Dans une deuxième phase lorsque toutes les conditions d’exonération sont respectées, une exonération définitive est accordée (à reprendre parmi “Majoration de la situation de début des réserves”, code 008, de la déclaration).

Le tableau suivant offre un aperçu des statistiques en matière d’enrôlement en ce qui concerne les exercices d’imposition 2004 à 2007 (montants en milliers d'euros). Pour les exercices d’imposition 2006 et 2007, il est à signaler que les chiffres sont provisoires compte tenu que le délai extraordinaire d’imposition de trois ans n’est pas encore expiré.

 

exercice d'imposition


2004

2005

2006

2007

total des réserves exonérées constituées concernant les œuvres audiovisuelles agréées tax-shelter

(exonération provisoire)

4 723

16 714

29 762

68 951

exonération définitive d’œuvres audiovisuelles tax-shelter


1 909

1 880

5 973



Tot eind 2008 werden er voor de Vlaamse Gemeenschap 173 audio-visuele werken erkend. Voor de Franse Gemeenschap beloopt het aantal erkende projecten 391. De volgende tabel geeft een opsplitsing van de erkende werken per jaar. Bij de Duitstalige Gemeenschap werd er tot op heden geen enkel project ingediend.

Jaar

Vlaamse Gemeenschap

Franse Gemeenschap

2003-2004

25

62

2005

23

58

2006

30

64

2007

38

97

2008

57

110

Totaal

173

391

Ten name van een vennoot-schap, die een raamovereenkomst voor de productie van een erkend audiovisueel werk sluit, wordt de belastbare winst, binnen bepaalde grenzen en onder bepaalde voor-waarden, vrijgesteld ten belope van 150 %, hetzij van de sommen die werkelijk door die vennootschap zijn betaald, hetzij van de sommen waarvoor de vennootschap zich heeft verbonden deze te storten.

Daarnaast bestaat de mogelijk-heid om, indien een belastbaar tijdperk geen of onvoldoende winst oplevert, de niet verleende vrijstelling over te dragen naar volgende belastbare tijdperken.

De vrijstelling verloopt in twee fasen :

- In een eerste fase wordt een tijdelijke en voorwaardelijke vrijstelling toegekend (op te nemen onder “vrijgestelde gereserveerde winst”, codes 309 en 324 van de aangifte).

- In een tweede fase, wanneer alle vrijstellingsvoorwaarden worden na-geleefd, wordt een definitieve vrijstelling toegestaan (op te nemen onder “aanpassingen in meer van de begintoestand der reserves”, code 008 van de aangifte).

De volgende tabel biedt een overzicht van de inkohierings-statistieken ter zake voor de aanslag-jaren 2004 tot 2007 (bedragen in duizend euro). Voor de aanslagjaren 2006 en 2007 dient opgemerkt dat het om voorlopige cijfers gaat gezien de bijzondere aanslagtermijn van drie jaar nog niet is verstreken.

 

aanslagjaar


2004

2005

2006

2007

totaal van de aangelegde, vrijgestelde reserves inzake tax-shelter erkende audiovisuele werken

(voorlopige vrijstelling)

4 723

16 714

29 762

68 951

definitieve vrijstelling tax shelter erkende

audiovisuele werken


1 909

1 880

5 973