Verkiezingen

Kiezen of verkozen worden ?

Uw geheugensteuntje

V

erkiezingen zijn er gelukkig niet elk jaar, want er komt heel wat bij kijken. Daarom even het geheugen opfrissen.

Moet ik stemmen ?

België is een van de weinige landen waar de opkomstplicht nog bestaat. Alle stemgerechtigden zijn verplicht naar het stemhokje te gaan. De stemming is geheim. De kiezer kan natuurlijk een blanco stembiljet in de urne steken.

Personen die onmogelijk naar het stembureau kunnen gaan, mogen bij volmacht stemmen.Zieken, schippers, markt- en foorkramers, gevangenen, studenten en personen die in hetbuitenland verblijven, kunnen aan een familielid volmacht geven om in hun naam te stemmen. Zij moeten dan een volmachtformulier ondertekenen en het uiterlijk twee weken voor deverkiezingen, op 29 mei 1999 dus, bij de burgemeester indienen.

Belgen die in een andere lidstaat van de Europese Unie wonen, kunnen voor het EuropeesParlement ook per brief stemmen.

Personen die zonder wettige reden niet gaan stemmen, zijn strafbaar. Wie een eerste keer niet opdaagt, krijgt van de politierechter een berisping of een geldstraf van 1.000 tot 2.000 frank. Bij herhaling kan de geldboete tot 5.000 frank oplopen.

Hoe geldig stemmen ?

- Bovenaan de lijst, of
- Naast de naam van één of meerdere kandidaten, en/of
- Naast de naam van één of meerdere opvolgers

Opgepast: nooit stemmen op verschillende lijsten op hetzelfde stembiljet

16Het vertrouwde potlood waarmee de kiezers een bolletje rood kleuren op het stembiljet, behoort weldra tot het verleden. Zo'n 44 procent van de kiezers zal nu met een lichtpen op een computerscherm zijn stem kunnen uitbrengen. De geautomatiseerde stemming zal het telwerk achteraf sterk vergemakkelijken. De uitslagen zullen ook vlugger bekend zijn.

Kieskring, kieskanton, kiescollege

De kieskring vervangt het vroegere kiesarrondissement en vormt de basis voor de praktische organisatie van de verkiezingen. Zo leggen de partijen hun kandidatenlijsten per kieskring neer. Voor de Kamer zijn er twintig kieskringen, voor de Senaat drie. De kieskringen zijn onderverdeeld in kieskantons.

Een kiescollege is een verzameling van kiezers die aan een bepaalde verkiezing deelnemen. Kieskring en kiescollege vallen niet noodzakelijk samen. Voor de Kamer is dat wel het geval. Voor de Senaat daarentegen zijn er twee kiescolleges -een Nederlandstaligen een Franstalig- en drie kieskringen: een Vlaamse, een Waalse en de kieskring Brussel-Halle-Vilvoorde.

17Wie komt er opde lijst ?

Elke partij dient in elke kieskring een lijst met kandidaten in.

Wie zich kandidaat wil stellen, moet eerst een aantal handtekeningen verzamelen. Voorde Senaat bijvoorbeeld van twee aftredende senatoren of van 5.000 kiezers.

Alle Belgen die minstens 21 zijn en hun burgerlijke en politieke rechten genieten, zijn verkiesbaar.

Of een kandidaat al dan niet verkozen wordt, hangt niet alleen af van de voorkeurstemmen die hij behaalde, maar ook van zijn plaats op de lijst.

De lijststemmen (=de stemmen die uitgebracht worden door het bolletje bovenaan delijst aan te stippen) worden immers verdeeld over de kandidaten die bovenaan de lijststaan.

De samenstelling van de lijsten loopt dan ook niet altijd van een leien dakje. De partijen moeten bij de verdeling van de plaatsen niet alleen rekening houden met de populariteit en invloed van de kandidaten, maar ook met hun geslacht, leeftijd, streek, sociaal-economische groep...

Wie kent de lijstnummers toe ?

Een trekking op het ministerie van Binnenlandse zaken bepaalt met welk lijstnummer de partijen de verkiezingen ingaan.

Wie krijgt een zetel ?

Nadat de stemmen zijn geteld, kan worden berekend hoeveel kandidaten er verkozen zijn. Het aantal zetels dat een partij behaalt, is evenredig met het aantal stemmen dat de kiezers op deze partij uitbrengen.

De verdeling van de zetels onder de kandidaten gebeurt op basis van een ingewikkelde berekening, het systeem D'Hondt.

Voor de Kamer worden de zetels eerst per kieskring verdeeld. De verdeling van de restzetels gebeurt per provincie, tenminste als de partijen vooraf een lijstenverbinding of apparentering hebben afgesproken.

Voor de Senaat of voor het Europees Parlement zijn er maar drie kieskringen. Apparentering is dus niet mogelijk.

Meer vrouwen op de lijsten

Er zijn te weinig vrouwen in het Parlement. Het is een klacht die geregeld opduikt. Volgens de wet- Smet-Tobback van 1994 moeten de partijen minstens één derde vrouwen op de lijsten zetten.

De vrouwen kunnen bovendien ook verkiesbare plaatsen krijgen. Dat kan met de rits-lijsten waarop afwisselend een man en een vrouw staat.

Sommigen willen niet van quota weten en vinden dat de afschaffing van de lijststem meer vrouwen in het parlement kan brengen. Niet de plaats op de lijst, maar het aantal behaalde voorkeurstemmen bepaalt dan of een kandidaat al dan niet verkozen is. 

Hoeveel kost dat ?

Verkiezingen kosten veel geld. Door verschillende verkiezingen op dezelfde datum tedoen samenvallen, kan wel wat worden bespaard. Op de verkiezingscampagnes bijvoorbeeld.

Tijdens de verkiezingscampagne stellen partijen en kandidaten zichzelf en hun programma voor aan de kiezers. Om misbruiken te vermijden, nam het parlement sinds 1989 verschillende wetten aan die de verkiezingsuitgaven beperken en aan een parlementaire commissie de opdracht geven dit te controleren.

De organisatie van de vorige verkiezingen in 1995 kostte de federale en gewestoverheid zo'n 181 miljoen frank.

Daarbovenop komen nog de kosten van de gemeenten voor stembiljetten, stemlokalen, presentiegelden: ongeveer 35 frank per kiezer. Deze kosten zullen in de toekomst dalen,omdat de lichtpen steeds vaker het rode potlood zal vervangen. Maar de automatisering zal de gemeenten dan weer 30 tot 35 frank per kiezer kosten.

 

texte français

Opmerkingen voor de webmaster