Uitbreiding van de NAVO

	Paul Hatry (PRL-FDF).

Paul Hatry (PRL-FDF) , rapporteur voor het ontwerp, is een tevreden man : hetverdrag kon in één week tijd worden bekrachtigd, wat nog maar eens bewijst dat deparlementsleden snel en goed kunnen werken.

Sinds de oprichting van de NAVO in 1949 zijn er weinig landen bijgekomen : de twaalfverdragsluitende naties kregen het gezelschap van Griekenland en Turkije (1952), de DuitseBondsrepubliek (1955) en Spanje (1982).

Heeft deze uitbreiding naar Oost-Europa voor de NAVO vooral een symbolischewaarde ?

Paul Hatry : Het is toch niet louter symbolisch : krachtens artikel 5 van hetverdrag verbindt het bondgenootschap zich ertoe de grenzen van al zijn leden tebeveiligen. Maar Hongarije en Polen grenzen aan landen die geen stabiel democratischregime kennen, zoals Rusland, Oekraïne, Wit-Rusland of nog ex-Joegoslavië. De integratievan Polen en Hongarije houdt dus een zeker risico in. Daar staat dan weer tegenover dat deNAVO nu volop preventief zal kunnen optreden. Sinds 1949 is de organisatie immers sterkge‘volueerd : ze concentreert zich nu op het voorkomen van conflicten en het behoudvan de vrede in lokale crisissituaties, zoals in Kosovo.

Heeft een pact van die omvang de dag van vandaag nog wel zin ?

Paul Hatry : Jazeker, voorzichtigheid blijft geboden. De Comecon mag dan alverdwenen zijn in 1991, en het Warschaupact ontbonden, we zijn nog altijd omringd doorlanden die een onzekere toekomst tegemoet gaan. Zo heeft men inspanningen geleverd omRusland een democratische structuur te geven en om de levensstandaard op te krikken, maarhet risico dat het land afglijdt naar een dictatuur of dat de economie implodeert, blijftbestaan. Voor een land dat de overeenkomst over de vernietiging van overtollige kernwapensnog niet heeft bekrachtigd, kan dit een catastrofe zijn.

Is het belangrijk dat Hongarije,Polen en de Tsjechische Republiek ook willen toetreden tot de Europese Unie ?

Paul Hatry : Absoluut. Het verheugt mij des te meer omdat er binnen de EU eenaantal neutrale landen zijn die maar moeilijk kunnen verkroppen dat de Unie een eigenbuitenlands beleid voert, met de gewapende steun van de West-Europese Unie (WEU). Detoetreding tot de EU van drie NAVO-lidstaten zal een tegengewicht vormen voor de invloedvan deze neutrale landen.

Vervullen de drie nieuwe lidstaten de noodzakelijke voorwaarden om toe te tredentot de NAVO ?

Paul Hatry : De NAVO stelt geen economische voorwaarden, maar de landen moetenwel over voldoende middelen beschikken om de toetreding te kunnen bekostigen. Op dat vlakis er geen probleem en de drie kandidaten voldoen ook aan andere NAVO-criteria : respectvoor de democratie, de mensenrechten en de minderheden, en de oprichting van een leger datbinnen de burgerlijke maatschappij functioneert. Sinds 1989 zijn er in deze landen al eenhele reeks democratische regeringen aan de macht gekomen, telkens na verkiezingen metalgemeen stemrecht.

U denkt dus dat deze drie landen goede partners zijn ?

Paul Hatry : Dat zijn ze zeker, ook op economisch vlak. Deze landen zweren bijde vrije markt en ze boezemen vertrouwen in, getuige de vele buitenlandse investeringen.De werkloosheid blijft op een aanvaardbaar niveau en het tekort op de handelsbalans is minof meer onder controle. Voor 1999 verwachtte men in juli nog een groei van 6 % van het BBPin Polen, 3,5 % in de Tsjechische Republiek en 5 % in Hongarije. Jammer genoeg moeten dezepercentages omwille van de internationale economische crisis en de problemen inOost-Europa naar beneden bijgesteld worden. In het algemeen moet men ze, ook inWest-Europa, minstens halveren.

Toch een minpunt : Slovenië pronkt met nog betere resultaten.

Paul Hatry : Dat land zou een uitstekende partner geweest zijn en we haddentoetreding op z'n minst moeten overwegen, al was het maar om geopolitieke redenen.

Op de Top van Madrid werd echter benadrukt dat de NAVO in Europa niet opnieuw eensplijtzwam mag zijn.

In de toekomst zijn nieuwe lidstaten altijd welkom.

Opmerkingen voor de webmaster