Na de jongste Staatshervorming ziet de Senaat er helemaal anders uit dan voorheen. Wat vindt u daarvan ?

Michel Foret
Michel Foret, fractievoorzitter van de PRL-FDF : Het is duidelijk dat de Senaat "nieuwe stijl" geenszins beantwoordt aan het concept dat de liberalen van de nieuwe Senaat hadden en de rol die ze hem toebedeelden in het federale België. Het principe van het evocatierecht en de samenstelling werden al tijdens de Grondwetsherziening in 1994 door de liberalen ernstig op de korrel genomen. Het te beperkte aantal senatoren (71) is bijvoorbeeld een zware handicap voor een doeltreffende en harmonieuze werking. Door het steeds groter aantal commissies wordt de taak van de 21 Gemeenschapssenatoren zeker niet gemakkelijker. Bovendien zijn zij ook nog volop actief in de assemblee waaruit zij afgevaardigd zijn.

Voortaan kan de Senaat de Regering niet langer naar huis sturen.
Hoe reageert u daarop ?

M.F. : De senatoren kunnen inderdaad geen motie van wantrouwen meer indienen, maar ze blijven wel alle politieke debatten voeren die voor de publieke opinie van belang zijn. Zo werden in de Senaat - op initiatief van de liberale oppositie - de onvergeeflijke tekortkomingen in het regeerbeleid ten aanzien van het Rwandese drama blootgelegd.

De Senaat mag geen loutere kopie van de Kamer zijn. De Senaat moet de grote problemen zodanig aanpakken dat de debatten vanuit een andere invalshoek worden gevoerd dan in de Kamer.

De deskundigheid van de huidige leden van de Senaat komt een dergelijke aanvullende lezing ten goede, die overigens past in de rol van reflectiekamer die men aan de Senaat heeft willen opdragen. In dat opzicht valt het belang van de oppositie niet te onderschatten.

Ook bij de grote maatschappelijke debatten, zoals over sociale uitsluiting en euthanasie, heeft de PRL-FDF eigen accenten kunnen leggen.

Hoe vervult u de rol van oppositiepartij ?

M.F. : De manier waarop wij oppositie voeren heeft drie kenmerken : legalisme, kritische geest en constructieve houding.

Legalisme, omdat wij onze parlementaire actie willen afstemmen op de nieuwe grondwettelijke spelregels, ook al blijft de indruk dat heel wat niet gezegd kon worden als gevolg van de korte evocatietermijnen.

Van een kritische geest geven de liberale senatoren blijk telkens wanneer zij vinden dat de fundamentele vrijheden bedreigd zijn of de economische en sociale gezondheid van het land niet verzekerd is. Dat gold bijvoorbeeld voor de wetgeving op de huishuur, de volmachtwetten, de wet tot invoering van onbemande camera's, het reclameverbod voor tabaksproducten en de fiscaliteit met betrekking tot onroerende goederen.

Een constructieve houding mag men van ons verwachten als het erom gaat een positieve bijdrage te leveren aan de maatschappelijke debatten en wetsvoorstellen of amendementen te formuleren om de bestaande wetgeving te verbeteren. Aan voorbeelden geen gebrek : de wet op de bestrijding van de georganiseerde misdaad, de nieuwe wet op het faillissement en het gerechtelijk akkoord, de wet-Franchimont en de provinciewet die alle, in meerdere of mindere mate, een liberale stempel hebben gekregen.

Kunt u ons een beschrijving geven van de liberale fractie en van uw rol als fractievoorzitter ?

M.F. : De PRL-FDF telt negen leden, waardoor ze een van de belangrijkste politieke formaties is in onze assemblee.

Ik wijs erop dat de PRL-FDF-fractie vanuit filosofisch oogpunt een pluralistische fractie is en het is voor mij een waar genoegen om de woordvoerder te zijn van een groep van negen senatoren met een sterke en briljante persoonlijkheid.

In ons democratische systeem is het zo dat een nauwe samenwerking tussen de politieke partijen en hun parlementaire fracties onontbeerlijk is. Als fractievoorzitter heb ik dus onder meer als taak onze standpunten af te stemmen op die van de liberale parlementsleden in de andere assemblees en op die van de partij. Door mijn toedoen komt er een dialoog tot stand met de senatoren van de andere politieke formaties van de assemblee.

De PRL-FDF-fractie beschikt over een onbetwiste autonomie en een echt initiatiefrecht. Zo hebben wij in september 1996 een belangrijk colloquium georganiseerd over het thema van de volkenmoord. Dit colloquium was de rechtstreekse aanleiding voor een liberaal wetsvoorstel over de genocide als misdaad, dat deze leemte in onze huidige wetgeving wil vullen.

De 9 senatoren van de PRL-FDF fractie
Jean Bock	Christine Cornet d'Elzius	Armand De Decker
Claude Desmedt	Alain Destexhe	Michel Foret
Paul Hatry	Pierre Hazette	Jacqueline Mayence-Goossens

Opmerkingen voor de webmaster