5-262COM | 5-262COM |
De heer Bert Anciaux (sp.a). - Het Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding stelde onlangs zijn jaarrapport 2012 voor. Een van de opvallende vaststellingen betreft de slachtoffers van mensenhandel. Volgens het Centrum besteden de politiediensten te weinig aandacht aan de specifieke problematiek van deze mensen. Dat heeft vooral te maken met de dwang die op deze slachtoffers wordt uitgeoefend om snel en vaak met criminele activiteiten hun leningen aan de mensenhandelaars af te betalen. Slachtoffers van mensenhandel zijn immers vaak grote leningen aangegaan om zich naar het Westen te laten smokkelen en betalen grote sommen voor transport, valse papieren en dergelijke meer. Wanneer ze hier aankomen, wordt op hen dan zware en vaak gewelddadige druk uitgeoefend om de leningen tegen woekerrentes terug te betalen. Dat leidt niet zelden tot prostitutie, verkoop van illegale middelen en diefstallen.
Als ze bij de uitoefening van deze illegale bezigheden worden opgepakt, beseffen de politiediensten niet voldoende dat ze in de eerste plaats met slachtoffers te maken hebben. Dat standpunt wordt expliciet bevestigd door de hoofdcoördinator van het expertisenetwerk Mensenhandel en Mensensmokkel, die ook advocaat-generaal bij het parket is.
Kan de minister bevestigen dat slachtoffers van mensenhandel vaak onder zware druk worden gedreven naar diverse vormen van criminaliteit, onder andere prostitutie, handel in illegale middelen en diefstallen?
Kan de minister het eens zijn met de vaststelling van het Centrum en van experts ter zake dat deze mensen, wanneer ze door de politie worden gevat, in de eerste plaats als slachtoffers moeten worden beschouwd en behandeld eerder dan als criminelen?
Kan de minister beamen dat de politiediensten momenteel onvoldoende deze complexiteit inzien en deze kwetsbare en gekwetste mensen vaak herleiden tot criminelen en het slachtofferaspect grotendeels over het hoofd zien?
Is de minister bereid om een specifiek beleid te voeren dat onder andere gericht is op het grondig informeren van de politiediensten en deze aspecten ook een plaats te geven, zowel in de basisvorming, als in de permanente vorming van politiemensen?
Ik was gecharmeerd door de acties van de minister voor de slachtoffers van seksueel geweld, vooral vrouwen, maar ook mannen. Dergelijke zaken zijn belangrijk. De minister wordt steeds meer verplicht aan de politiediensten voorlichting te geven over tal van maatschappelijke problemen. Eigenlijk vraag ik haar dat ook te doen voor de specifieke problematiek van de mensenhandel.
Mevrouw Joëlle Milquet, vice-eersteminister en minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen. - De strijd tegen mensenhandel en seksuele en economische uitbuiting is een van de prioriteiten van ons Nationaal Veiligheidsplan. Voor de politie is het de eerste prioriteit en het College van procureurs-generaal wijdde er zijn circulaire COL 8/2008 aan.
Het Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding zegt in zijn jaarrapport 2012 niet dat politiediensten onvoldoende aandacht besteden aan de mogelijke slachtoffers van mensenhandel, wel dat de strijd tegen mensenhandel voor magistraten en eerstelijnsdiensten, waaronder de politie, een absolute prioriteit moet blijven. Terecht merkt het Centrum ook op dat een goede kennis van de sociale en culturele achtergrond van de slachtoffers van mensenhandel voor eerstelijnsdiensten een permanente zorg moet zijn.
Het herkennen van mensenhandel en het opsporen van de potentiële slachtoffers ervan zijn niet enkel opdrachten voor justitie en politie, maar ook voor asielcentra, dienst Vreemdelingenzaken, steden, gemeenten, inspectie- en controlediensten, ngo's enzovoort. Het actieplan Mensenhandel van de politie beschrijft daarom hoe elke politieverantwoordelijke moet bijdragen aan een goede opsporing van mensenhandel en detectie van de slachtoffers. Ik heb hier een uitgebreide uitleg over de verschillende aanbevelingen, rechten en plichten, voor elke politieman en -vrouw en zal deze aan de heer Anciaux bezorgen. Maar we hebben inderdaad absoluut een rondetafelgesprek nodig om een correcte vervolging en begeleiding uit te werken.
De heer Bert Anciaux (sp.a). - Ik dank de minister vanzelfsprekend voor haar antwoord. De strijd tegen mensenhandel is hoe dan ook een belangrijk thema en ik wil de minister echt vragen na te denken over doorgeven van voldoende informatie, al dan niet in de vorm van een rondetafelgesprek, over deze problematiek. Ik weet zeker dat de acties van de minister heel belangrijk en goed zijn, maar op het terrein zelf is de reflex er nog niet. Het is ook niet gemakkelijke en evident om, wanneer iemand voor criminele feiten wordt opgepakt, zich af te vragen of hij of zij niet in de eerste plaats een slachtoffer van mensenhandel is. Dat is echter wel essentieel in de strijd tegen mensenhandel.