5-247COM

5-247COM

Commission des Relations extérieures et de la Défense

Annales

MERCREDI 17 JUILLET 2013 - SÉANCE DU MATIN

(Suite)

Demande d'explications de M. Patrick De Groote au ministre de la Défense sur «un vol de matériel militaire auprès de militaires belges en mission au Liban» (no 5-3150)

Demande d'explications de M. Patrick De Groote au vice-premier ministre et ministre de la Défense sur «la sécurité des militaires belges en mission des Nations Unies au Liban» (no 5-3625)

M. le président. - Je vous propose de joindre ces demandes d'explications. (Assentiment)

De heer Patrick De Groote (N-VA). - De Libanese krant The Daily Star schreef begin februari op haar webkrant dat twee Belgische blauwhelmen in Mais al-Jabal in Zuid-Libanon in een `hinderlaag' liepen in een zone die nog niet was vrijgegeven voor burgers. De twee zouden in een discussie met lokale bewoners zijn beroofd van hun autosleutels, die zij naderhand terugkregen na contact met hun oversten. Achteraf bleek dat een van hen werd beroofd van een persoonlijk fototoestel met geheugenkaart.

Generaal-majoor Paulo Serra, het hoofd van de UNIFIL-vredesmissie, waarschuwde reeds eerder voor dergelijke acties. Het zou niet de eerste keer zijn dat burgers militair materieel stelen. Hadden de militairen instructies gekregen met betrekking tot een dergelijk voorval?

Waarom was er geen escorte van de Force Protection?

Was er onduidelijkheid bij de militairen inzake de rules of engagement? Zijn de acties volgens de rules of engagement onmiddellijk genomen?

Weet Defensie met zekerheid of er geen foto's op de camera stonden waarop militaire infrastructuur of materieel valt te onderscheiden en die dus indirect de veiligheid van de militairen in gevaar kunnen brengen?

Welke besluiten trekt Defensie uit dit voorval? Komen er maatregelen?

Dan kom ik tot mijn tweede vraag, die iets recenter is, maar toch bij de vorige aansluit.

De Belgische militairen op VN-missie in Libanon zijn gevestigd te midden van een door sjiieten gedomineerd gebied, waar Hezbollah oproept tot aansluiting bij de broederstrijd in Syrië. De uitspraken van Hezbollah-leider Hassan Nasrallah in een etnisch-religieuze context kunnen de gemoederen doen oplaaien, zeker tegen de Europese aanwezigheid na de recente Europese beslissing om het wapenembargo niet te verlengen met het oog op de mogelijkheid tot leveren van wapens aan de gematigde Syrische rebellen.

In juli 2011 werden al eens Belgische militairen in een konvooi van acht wagens door lokale bewoners beschoten. Volgens de persberichten bleek dat uit de kogelinslagen op de pantservoertuigen.

Spelen de huidige oplopende spanningen en militaire dreigingen mee in het evalueren, terugtrekken of voortzetten van de VN-missie in Libanon? In principe loopt het huidige mandaat eind augustus 2013 af. Hoe zit het met de laatste punten van ontmijning? Worden die nog verlengd, zowel wat UNIFIL als BELUFIL betreft?

Zijn de rules of engagement na de ontvoering van VN-militairen op de Golanhoogte door Syrische rebellen gewijzigd ter bescherming van de VN-militairen in de regio?

Zijn de Belgische militairen in Libanon en de andere VN-militairen die de Belgische militairen moeten beschermen, optimaal voorbereid als de politiek-militaire situatie in Libanon escaleert tot een regelrechte burgeroorlog? Wordt er in dat geval gedacht aan bewapening, ondersteuning, inzet en/of repatriëring? Welke stappen zullen er worden gedaan en binnen welke termijn?

De heer Pieter De Crem, vice-eersteminister en minister van Landsverdediging. - Ik antwoord eerst op de eerste reeks vragen.

De bewuste militairen begaven zich in de richting van een ontmijningssite met een Volvo-vrachtwagen, begeleid door een light multi-purpose vehicle, waarin twee personen van het peloton gevechtsgenie zaten. Deze twee begeleiders zijn bij het incident tussenbeide gekomen. Ze hielden daarbij rekening met de inzetregels, ook met het principe van het proportionele gebruik van geweld. Dat werd trouwens achteraf bevestigd door de Force Commander.

Tijdens de schermutseling werden de sleutels en een fototoestel van de militairen afgenomen. De sleutels werden door de burgers in de berm gegooid voor ze de site verlieten. De militairen hebben onmiddellijk hun oversten gewaarschuwd, waarop versterking ter plaatse werd gestuurd. Een Nepalese patrouille kwam als eerste ter plaatse, toen de schermutseling nog bezig was. Ze heeft het Belgische personeel bijgestaan. Toen de eerste Belgische versterking aankwam, was het incident al afgelopen.

Er kan bevestigd worden dat er geen foto's stonden op de ontvreemde geheugenkaart.

Dan kom ik tot uw vragen over de veiligheid van de Belgische militairen op VN-missie in Libanon.

De United Nations Interim Force in Lebanon (UNIFIL) werd in 1978 opgestart in navolging van resoluties 425 en 426 van de VN-Veiligheidsraad om de terugtrekking van de Israëlische troepen in het zuiden van Libanon te verzekeren, de internationale vrede en veiligheid weer te herstellen en om de Libanese overheid te helpen hun uitvoerende macht in de regio terug op te eisen. Na de crisis in 2006 breidde de Veiligheidsraad het UNIFIL-mandaat uit door de goedkeuring van resolutie 1701. Naast hun oorspronkelijke taken moesten de troepen nu ook controleren of de vijandelijkheden stopgezet werden, de Libanese gewapende troepen geleidelijk aan begeleiden en steunen bij hun opstelling in het zuiden van het land en er mede voor zorgen dat de bevolking humanitaire hulp kon genieten.

In dit kader werden op 27 september 2006 de eerste Belgische militairen ingezet te Tibnin. Het detachement bestond uit een commandocel, een medisch element, een element genie, een logistiek ondersteuningselement en het bijbehorende beveiligingspersoneel. Initieel werden er 391 militairen ingezet. Hun opdracht bestond erin genieoperaties, zoals wegenwerken, constructies en ontmijning uit te voeren en medische steun te leveren aan UNIFIL om zo de vrede en veiligheid in de operatiezone te bestendigen.

Medio 2009 werd overgegaan van battlefield area clearance naar het ontmijnen van de Blue Line, de demarcatielijn tussen Libanon en Israël die in 2000 door de VN werd gepubliceerd. Bij battlefield area clearance wordt een heel gebied ontmijnd, terwijl bij het ontmijnen van de Blue Line enkel een toegang van ongeveer drie meter breed naar de positie van de te plaatsen Blue Points wordt ontmijnd. Op 5 oktober 2010 verhuisde het detachement van Tibnin naar At Tiri waar enkel de opdracht betreffende de ontmijning van de Blue Line werd behouden. Van oktober 2006 tot midden 2009 is er tijdens de battlefield area clearance 1 772 804 m² ontmijnd. Sedert het begin van het ontmijnen van de Blue Line midden 2009 tot heden is er 8 006 m² ontmijnd.

De huidige Belgische bijdrage aan UNIFIL bestaat uit een detachement van een honderdtal personen. Hiervan bevinden zich vier personen in het hoofdkwartier te Naqoura, waar ze deel uitmaken van de staf en van de Militaire Politie. De rest van het detachement, verdeeld over een commandocel, een element ontmijning en een element logistieke ondersteuning, bevindt zich in At Tiri waar de beveiliging van het kamp verzekerd wordt door een Iers en een Fins detachement.

Daarnaast nemen twee militairen als waarnemer deel aan de opdracht van de United Nations Truce Supervision Organization (UNTSO). Deze organisatie van de Verenigde Naties voor toezicht op het bestand in Palestina werd in maart 1948 ingesteld door de Verenigde Naties en moet erop toezien dat de wapenstilstandsakkoorden gesloten tussen Israël en Egypte, Libanon, Jordanië en Syrië nageleefd worden. Dit is formeel vastgelegd in resolutie 73, die dateert van augustus 1949.

De evaluatie van de veiligheidstoestand in Libanon en in de buurlanden wordt op continue basis geactualiseerd door zowel de hoofdkwartieren van de VN-missies als door de Belgische Defensiestaf. Met deze beoordeling wordt rekening gehouden bij de uitvoering van de opdrachten. Ze kan eventueel aanleiding geven tot het beperken, opschorten of schrappen van bepaalde opdrachten of tot het opleggen van extra veiligheidsmaatregelen. Indien een gewijzigde veiligheidssituatie ertoe leidt dat het uitvoeren van een opdracht op langere termijn onmogelijk wordt gemaakt of indien de toestand conflicteert met de door België gestelde voorwaarden om een bijdrage te leveren, kan altijd worden overwogen om het Belgisch contingent terug te trekken.

Gelet op de vertrouwelijkheid van de geëvalueerde gegevens dient dit onderwerp te worden behandeld in de commissie voor de opvolging van buitenlandse missies. Dat hebben we vanochtend gedaan.

Ik voeg daar nog aan toe dat de VN ons heeft gevraagd om tot begin 2014 de activiteiten met betrekking tot de demarcatie op de Blue Line en de ontmijning voort te zetten.

De heer Patrick De Groote (N-VA). - Ik dank de minister voor zijn antwoord.

De militairen die werden aangevallen, zijn wellicht "gepakt in snelheid"; de zone was nog niet vrijgegeven voor burgers. Achteraf heb ik vernomen dat ze zijn ontzet door een Nepalese patrouille, maar aanvankelijk dacht ik dat een Ierse protection force was aangewezen voor de bescherming van die militairen.

Mijn tweede vraag heb ik gesteld uit bezorgdheid om onze strijdkrachten, nadat we al vier militairen hebben verloren in Libanon. De gebeurtenissen van 1994 in Rwanda hadden immers te maken met het feit dat de VN onvoldoende voorbereid was, noch inzake bewapening van de VN-troepen noch inzake bescherming en repatriëring. De discussie over de verantwoordelijkheid wordt steeds achteraf gevoerd en dan is het te laat. Ik hoop dat de VN uit de gebeurtenissen in Rwanda de nodige lessen getrokken heeft en die nu toepast in andere conflictgebieden.