5-139COM

5-139COM

Commissie voor de Sociale Aangelegenheden

Handelingen

DINSDAG 27 MAART 2012 - NAMIDDAGVERGADERING

(Vervolg)

Vraag om uitleg van mevrouw Fauzaya Talhaoui aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid over «het gebruik van betalende telefoonnummers voor oproepen naar de wachtdiensten van eerstelijnszorgverstrekkers» (nr. 5-2006)

Mevrouw Fauzaya Talhaoui (sp.a). - De eerstelijnszorgverstrekkers, met name huisartsen, apothekers en tandartsen, gebruiken in Antwerpen voor de organisatie van hun wachtdiensten een 0900 of 0903 nummer. Dat zijn betalende nummers met een toeslag van 0,50 of 1,50 euro per minuut. Uit een parlementaire vraag aan minister Onkelinx in 2010 blijkt duidelijk dat de wetgeving de eerstelijns zorgverstrekkers de verplichting oplegt een wachtdienst te organiseren die de continuïteit van de zorg garandeert. De minister heeft echter in haar antwoord niets gezegd over maatregelen die zouden worden genomen om te voorkomen dat bepaalde zwakke categorieën patiënten worden uitgesloten van die dienstverlening.

Ik verwijs in dit verband ook naar een artikel in De Morgen van 10 februari 2012 waarin duidelijk wordt gesteld dat `uit onderzoek bleek dat de spoed aanzienlijk meer mensen over de vloer kreeg die recht hebben op een verhoogde terugbetaling van medische kosten: 24,7% tegenover 17% bij de huisarts.'

Het is overduidelijk dat mensen met een laag inkomen niet de wachtdienst bellen, maar de spoedafdeling van het ziekenhuis opzoeken. Deze conclusie geldt overigens ook voor huisartsen, voor tandartsen en apothekers. Mensen die het financieel moeilijk hebben kunnen niet bij de wachtdiensten terecht.

De mensen die een verhoogde terugbetalingsregeling genieten zijn nu eenmaal ook degenen die moeten rondkomen met een laag inkomen. Onderzoek heeft daarenboven uitgewezen dat deze mensen beduidend meer gezondheidsrisico's lopen door ongezonde voeding en beperkte hygiënische voorzieningen.

Deze mensen zijn ook de facto uitgesloten van het gebruik van de wachtdienst van de eerstelijnszorg omdat het telefoongesprek te duur is.

Daarom deze ene zeer concrete vraag aan de minister. Is de minister bereid om, in overleg met de bevoegde instanties en de betrokken beroepsorganisaties, in een gratis nummer te voorzien of een andere oplossing te vinden opdat patiënten met een laag inkomen bij een spoedgeval niet langer worden uitgesloten van de toegang tot de wachtdienst van de eerstelijnszorgverstrekkers?

Mevrouw Laurette Onkelinx, vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Beliris en de Federale Culturele Instellingen. - Ik bevestig het voornemen van de regering om op nationaal vlak een eenvormig oproepsysteem voor huisartsen in te voeren. Dat systeem vindt u in het regeerakkoord onder de noemer `project 1733'.

Momenteel kunnen de eenvormige oproepsystemen van elke kring subsidies ontvangen indien ze aan bepaalde criteria beantwoorden krachtens het koninklijk besluit van 4 juni 2003. Deze criteria zeggen niet dat die oproepsystemen gratis moeten zijn. Er wordt echter algemeen aanvaard dat een oproep voor hulpverlening (aan huisartsen of andere) niet meer zou mogen kosten dan een zonaal gesprek. Zo kost elke 1733- oproep de patiënt inderdaad de prijs van een zonaal telefoongesprek. Ik zal er dus samen met de betrokken actoren over waken dat deze kostprijs wordt gehanteerd bij de uitbreiding van het project.

Wat een eventuele kosteloosheid betreft, ben ik bereid om voorstellen hierover op middellange termijn te bekijken, maar ik moet u herinneren aan de zeer moeilijke budgettaire context die we vandaag kennen en die initiatieven op korte termijn spijtig genoeg onmogelijk maakt.

Mevrouw Fauzaya Talhaoui (sp.a). - Ik dank de minister. Het was me ontgaan dat we daarover een paragraaf in het regeerakkoord hebben ingeschreven. Ik ben blij dat het er aankomt op nationaal niveau. Ik moedig u zeker aan om, ook met een beperkte budgettaire ruimte, daar werk van te maken. Het kan toch niet de bedoeling zijn dat mensen met een laag inkomen, voor oproepen naar de eerstelijnszorgverstrekkers meer moeten betalen. De verstrekkers doen voor hun eigen comfort een beroep op callcenters en dat mag niet ten laste komen van zwakkere patiënten. Ik zal de betrokken armenorganisaties informeren dat die oproepen voortaan kunnen gebeuren tegen de prijs van een zonaal gesprek.