5-29

5-29

Sénat de Belgique

Annales

JEUDI 7 JUILLET 2011 - SÉANCE DE L'APRÈS-MIDI

(Suite)

Question orale de Mme Güler Turan au ministre de la Justice sur «le renvoi de ressortissants européens mineurs» (nº 5-250)

Mevrouw Güler Turan (sp.a). - De gradatie in beschaving van een land wordt duidelijk aan de manier waarop de overheid omgaat met de meest kwetsbare mensen in onze maatschappij, de minderjarigen. Een beschaafd land zorgt ook voor de meest kwetsbare mensen in het buitenland. We doen aan ontwikkelingshulp om armoede bij kinderen elders in de wereld aan te pakken. In eigen land moeten we dat ook doen op alle mogelijke manieren. We mogen geen onderscheid maken tussen minderjarigen met en minderjarige zonder de Belgische nationaliteit; tussen minderjarigen die legaal en minderjarigen die niet legaal in ons land verblijven. Inzake de zorg voor minderjarigen hebben we nog een hele weg af te leggen. Dat bleek gisteren nog in een discussie in de commissie voor de Justitie.

Naar aanleiding van een incident met drie Roemeense minderjarige meisjes die op een volgens mij illegale manier op bevel van de minister van Justitie uit het land werden gezet, stelde ik eerder al een vraag. Zeer onlangs was er een gelijkaardig geval, dat misschien had kunnen worden vermeden indien mijn wetsvoorstel over het aanstellen van een voogd voor Europese jongeren die op een illegale manier het land binnenkomen, al een wet geworden zou zijn.

Vorige week werd een minderjarige Slovaakse jongen door de Belgische overheid overgeleverd aan twee mannen in maatpak in een Lada die beweerden van de Slovaakse dienst voor kinderbescherming te zijn. Verschillende overheden wassen de handen in onschuld. Fedasil heeft de opdracht niet gegeven en beweert niet bevoegd te zijn voor minderjarigen. Ook de minister beweert hiertoe geen opdracht te hebben gegeven. Wie heeft dan wel de opdracht aan de politie van Melle gegeven om die jonge knaap van zestien jaar die in een Vlaamse instelling verbleef, uit zijn bed te lichten en in het Gentse Sint-Pietersstation aan twee mannen in maatpak mee te geven?

Welke documenten hebben die mannen getoond? Hoe hebben ze zich geïdentificeerd? De Roemeense jongeren werden zogezegd meegegeven aan mannen van de Roemeense ambassade. De jongen vorige week aan twee totaal vreemde figuren in een Lada.

Ik heb twee zeer concrete vragen voor de minister. Op basis van welke wetgeving hebben de verschillende actoren in deze repatriëringszaak beslist en gehandeld? Een minderjarige is niet handelingsbekwaam, ongeacht of hij legaal of illegaal in ons land verblijft, en kan dus ook niet beslissen om zelf gerepatrieerd te worden.

Hoelang zal de discriminatie van de Europese minderjarigen nog blijven duren?

De heer Stefaan De Clerck, minister van Justitie. - Gisteren ben ik in de commissie voor de Justitie op de concrete elementen van een ander dossier ingegaan, met alle gevolgen van dien. Vandaag zal ik dat niet doen, maar alleen in algemene termen de problematiek toelichten.

Eerst en vooral wil ik verduidelijken dat er voor asielzoekers geen enkel verschil is tussen de minderjarige Europeanen en minderjarige niet-Europeanen. De minderjarigen kunnen zelf, zonder voogd, een asielaanvraag indienen. Het is niet nodig dat een voogd hierin tussenbeide komt. De dienst Vreemdelingenzaken stelt dit elke dag vast en deelt mij mee dat tal van minderjarigen zich zonder voogd bij de dienst aandienen om een asielaanvraag in te dienen. Die aanvraag wordt op dezelfde manier behandeld als alle andere.

De dienst Vreemdelingenzaken doet er alles aan om een vrijwillige terugkeer van de minderjarigen, of ze nu Europees zijn of niet, aan te bevelen. De dienst Vreemdelingenzaken doet geen blinde, brutale of gedwongen repatriëringen van minderjarigen. Wat er met de Roemeense meisjes is gebeurd, is een heel ander verhaal, ook al gaat het daar ook om een toepassing van de vreemdelingenwetgeving. Daar ging het om een verzoek van de ambassade, ouders enzovoort. Dat is iets heel anders dan een gedwongen repatriëring.

De minderjarigen van Europese afkomst vallen onder de bepalingen van het Europees recht. Tal van deze minderjarigen zijn dus rechtsgeldig ingeschreven in het land, vaak met toestemming van de ouders. Het zijn niet deze jongeren die zich in een kwetsbare situatie bevinden.

Voor de jongeren die zich wel in een kwetsbare situatie bevinden, is er een dienst opgericht die deel uitmaakt van de Voogdijdienst. Uit navraag bij deze dienst blijkt dat er in 2011 tot nu toe bij deze dienst drie Slowaken werden gesignaleerd, maar geen van hen voldoet aan de beschrijving van de jongeren in dit dossier.

Om het onderscheid tussen Europese en niet-Europese minderjarigen weg te werken, hebben mevrouw Lanjri in de Kamer en mevrouw Turan zelf in de Senaat voorstellen ingediend. We krijgen dus in ieder geval een parlementair debat over de uitbreiding van de voogdijwet naar de minderjarigen afkomstig uit Europa. Het wetsvoorstel van mevrouw Lanjri doet weliswaar uitdrukkelijk geen afbreuk aan het principe van een zo spoedig mogelijke terugzending en tenlasteneming door het Europese land van herkomst.

Aangezien de regering in lopende zaken zit, ligt de bal dus in het kamp van het parlement. Ik ben in ieder geval bereid om verder op deze problematiek in te gaan.

Over de kinderen van het concrete dossier, heb ik geen concrete informatie. Ik weet niet in welke omstandigheden ze door die twee mannen in een Lada zouden zijn meegenomen. Uiteraard zal ik die informatie desgewenst opvragen.

Mevrouw Güler Turan (sp.a). - De minister antwoordt niet op mijn vraag. Ik heb mijn bezorgdheid geuit over de manier waarop minderjarigen op ons grondgebied worden overhandigd aan wie dan ook. Ik heb niet gehoord op basis van welke wet dat gebeurd is.

De minister zegt dat er geen onderscheid wordt gemaakt tussen Europese en niet-Europese minderjarigen die in ons land asiel aanvragen. Er is wel degelijk een ongelijkheid. Daarom zijn de wetsvoorstellen ingediend. Een minderjarige die niet door een voogd is vergezeld, kan geen rechtshandelingen stellen, ook niet in verband met een eventuele verblijfsregularisatie. Het is dus niet juist dat een Europese en een niet-Europese minderjarige op dezelfde manier worden behandeld.

De minister antwoordt evenmin op mijn vraag op wiens bevel de minderjarige uit het land wordt gezet. Wie beslist dat een minderjarige op een zeker ogenblik wordt overhandigd? Wie beslist aan wie zo'n minderjarige wordt overhandigd? Als het er zo aan toe gaat in onze rechtsstaat is, dan heb ik daar veel vragen bij.

De heer Stefaan De Clerck, minister van Justitie. - Ik kan niet op elk individueel dossier antwoorden. Gisteren heb ik in de commissie een uitzondering gemaakt en heb ik uitvoerig een bepaald dossier behandeld omdat dat dossier de basis vormde voor algemene conclusies over samenwerking tussen diverse diensten.

In dit dossier echter kan ik alleen meedelen dat ik niet over de informatie beschik. Als mevrouw Turan dat wenst, kan ik die opvragen. Ik heb in het algemeen geantwoord op de kwestie van de voogdij over Europese en niet-Europese jongeren.

Mevrouw Güler Turan (sp.a). - Indien de minister geen informatie kan geven over dit individuele geval, kan hij toch gewoon antwoorden wat op het ogenblik de gang van zaken is. Ik geef voorbeelden van dossiers waarin het verkeerd loopt. Dat hij dan zegt hoe het had moeten lopen. Er is een eigen dienst bij de FOD Justitie, de SEMK. Die dienst wordt nergens bij betrokken. Waarom bestaat hij dan? Is dat de bevoegde dienst?

Het gaat er mij om te weten wie de bevoegde instanties zijn en welke procedures worden gevolgd om minderjarige Europeanen het land uit te zetten. De minister kan die vraag niet eens beantwoorden, omdat hij gewoon ad hoc reageert en zo snel mogelijk van die minderjarigen af wil!