5-24

5-24

Sénat de Belgique

Annales

JEUDI 26 MAI 2011 - SÉANCE DE L'APRÈS-MIDI

(Suite)

Proposition de résolution sur la situation politique en Côte d'Ivoire (de Mme Marie Arena et consorts ; Doc. 5-994)

Discussion

(Pour le texte adopté par la commission des Relations extérieures et de la Défense, voir document 5-994/4.)

De heer Patrick De Groote (N-VA), rapporteur. - De commissie heeft dit voorstel van resolutie over de politieke toestand in Ivoorkust besproken tijdens de vergadering van 17 mei. Het is een voorstel van mevrouw Arena en de heer De Decker.

Mevrouw Arena benadrukt dat in Ivoorkust uitvoerig is aangetoond hoe moeilijk het is om een verkiezingsproces door te voeren. De niet-erkenning van het resultaat van de verkiezingen, die door de internationale gemeenschap geldig zijn verklaard, heeft dramatische gevolgen gehad.

Dit voorstel van resolutie werd opgesteld toen de conflicten tussen het kamp van Gbagbo en het kamp van Ouattara nog steeds aan de gang waren. Intussen is de situatie genormaliseerd, maar toch nog zeer fragiel.

Het voorstel van resolutie vraagt het geweld te veroordelen, de strafexpedities en het vermoorden van burgers te stoppen en de mensenrechten na te leven.

Het roept op tot een internationaal onderzoek zodat gerechtigheid geschiedt ten aanzien van de bevolking en tot de uitvoering van de resoluties 1975 en 1980 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties.

Het voorstel van resolutie dringt tevens aan op steun aan de UNOCI-troepen zodat de vredeshandhaving wordt bestendigd. Het pleit voor hulp aan de vluchtelingen die in Liberia zijn beland en voor ondersteuning van de werking van de humanitaire organisaties. Het dringt erop aan dat de bevoorrading en bezorging van geneesmiddelen op een efficiënte manier verloopt. Het voorstel van resolutie vraagt ook dat de huidige president blijk geeft van terughoudendheid om een einde te maken aan het geweld in zijn land. Het spreekt zich uit voor een dialoog tussen alle betrokken partijen. De ontwapening van de huurlingen en het stoppen van de haatoproepen van de media passen binnen ditzelfde democratiseringsproces in Ivoorkust.

De heer De Decker voegt hier aan toe dat het vroegere staatshoofd, Laurent Gbagbo, het beginsel van de beschermingsverantwoordelijkheid flagrant heeft geschonden.

Bovendien benadrukt hij dat indien de internationale gemeenschap niet had opgetreden, dit voor een gevaarlijk precedent zou hebben gezorgd ten aanzien van de andere Afrikaanse leiders.

Tijdens de algemene bespreking stelde de heer Anciaux dat hij kon instemmen met de inhoud en doelstellingen van dit voorstel van resolutie, maar dat hij betreurde dat er weinig aandacht werd besteed aan de toestand in Ivoorkust na de arrestatie van Laurent Gbagbo, terwijl de situatie er nog steeds gewelddadig is.

De heer De Groote stipte aan dat dit voorstel van resolutie de regering vraagt om Ivoorkust te helpen het democratiseringsproces op gang te trekken. De weg naar normalisatie houdt onder meer de ontwapening van de strijdende partijen in en het faciliteren van medische hulp.

Het is evenwel een feit dat het vuur in Ivoorkust nog steeds smeult, zelfs na de arrestatie van Laurent Gbagbo.

Ook heerst de indruk dat de schendingen van de mensenrechten alleen aan het kamp van Gbagbo toe te schrijven zijn. Het Internationaal Strafhof moet echter de schending van de mensenrechten door beide kampen onderzoeken. Wij moeten er ons voor hoeden alleen de schendingen van de mensenrechten door Laurent Gbagbo en zijn aanhangers te veroordelen en de geweldplegingen door het kamp Ouattara te negeren. Dat zou onrechtvaardig zijn.

Dan werd ook de vraag gesteld welke vorm de waarheidscommissie zou aannemen.

De heer Daems wenste dat het voorstel van resolutie zo vlug mogelijk zou worden aangenomen, aangezien de nieuwe president op 21 mei al de eed heeft afgelegd. Spreker was wel van oordeel dat de religieuze component, waarrond in feite alles draait, te weinig aan bod komt in het voorliggende voorstel van resolutie.

Mevrouw De Bethune en de heer Van Rompuy dienden twee amendementen in.

Een derde amendement in verband met het aantal illegale nationaliseringen werd op vraag van de heer Anciaux buiten de resolutie gehouden. Omdat de indieners de consensus die zich aftekende in de commissie niet wilden breken, waren ze bereid om dit amendement in te trekken.

Er werden ook een amendement ingediend door de heer De Groote, maar dat had alleen betrekking op een aanpassing in de Nederlandse tekst.

Bij de eindstemming werd het geamendeerde voorstel van resolutie eenparig aangenomen.

De heer Armand De Decker (MR). - Ik dank de rapporteur voor zijn zeer duidelijk en uitgebreid verslag. Dat vergemakkelijkt mijn taak.

En effet, monsieur le président, je prends la parole également pour Mme Arena, qui, malade, m'a prié d'intervenir en notre nom commun.

Hier encore, Amnesty International a dénoncé les crimes de guerre et les crimes contre l'humanité perpétrés en Côte d'Ivoire depuis les dernières élections présidentielles. Les autorités ivoiriennes parlent de trois mille morts, et je crains qu'il ne s'agisse d'une sous-estimation. On compte aussi un million de personnes déplacées. Le rapport d'Amnesty International, intitulé « Ils ont regardé sa carte d'identité et l'ont abattu », décrit l'esprit d'intolérance ethnique dans lequel des massacres sont encore commis actuellement dans ce pays.

Mme Arena et moi, nous nous réjouissons d'avoir permis ce débat sur cette tragédie. Il nous paraissait important de faire adopter une feuille de route du Sénat et donc à travers nous, du parlement belge, pour empêcher la contagion du mauvais exemple ivoirien à d'autres pays du continent africain où des élections présidentielles se préparent. Il aurait été absolument criminel, ou en tous cas irresponsable, de permettre le non-respect d'une élection qui se veut démocratique et qui, aux yeux de la communauté internationale, l'a été, malgré les faiblesses des processus électoraux sur ce continent ou dans certaines parties de celui-ci.

Heureusement, l'ONU, la France et d'autres pays ont réagi pour empêcher la contagion du mauvais exemple, et aussi pour faire mieux comprendre et davantage respecter le nouveau principe de la responsabilité de protéger.

MM. Mahoux, Destexhe, Verhofstadt et moi-même avons fait partie de la commission d'enquête sur le Rwanda. La réponse de la communauté internationale a été, des années plus tard, de faire adopter le principe de la responsabilité de protéger les populations, principe violé par le président Gbagbo qui ne voulait pas accepter le résultat électoral. Il s'agit aussi de bien rappeler qu'il n'y aura pas d'impunité pour les auteurs de violations des principes fondamentaux du droit international humanitaire et des droits de l'homme.

Le rapporteur vous a exposé les grandes lignes de nos recommandations. Au gouvernement belge - dont les bancs sont malheureusement inoccupés pour le moment -, nous demandons de condamner fermement les exactions, de maintenir les mesures et les sanctions ciblées de tous les cas de violation des droits de l'homme et du droit international humanitaire, de soutenir le représentant spécial du secrétaire général de l'ONU en Côte d'Ivoire, et d'encourager l'ONUCI à s'acquitter de son mandat avec la plus grande détermination.

Régulièrement, en effet, nous entendons que des assassinats, meurtres et actes de vengeance sont commis sans que les troupes de l'ONU n'interviennent, ou alors avec une fermeté insuffisante.

Nous demandons au gouvernement d'apporter une aide - ce qui est possible via notre budget de la Coopération au développement - notamment à travers le Haut Commissariat des Nations unies pour les réfugiés. Un million de réfugiés exige une aide internationale forte.

L'aide peut aussi être apportée à travers notre contribution au Programme alimentaire mondial, à l'UNICEF et à la Fédération internationale de la Croix Rouge.

Nous demandons au gouvernement de rappeler que la restauration de la paix et la protection de la population civile en Côte d'Ivoire incombent aujourd'hui au président Alassane Ouattara et à son gouvernement, lesquels doivent dès lors faire preuve de la plus grande retenue pour réconcilier les populations après ce drame ethnique et ces conflits religieux.

Nous nous réjouissons de la décision du président Ouattara de créer une commission Vérité, Dialogue et Réconciliation. Nous devons cependant rester vigilants pour soutenir la mise en oeuvre et le bon fonctionnement de cette commission.

Il importe aussi de soutenir le redéploiement de l'administration ivoirienne et de la justice dans tout le pays. Ce sont des actions cibles où la Coopération, belge ou européenne, pourrait intervenir d'une manière assez efficace.

Enfin, nous soulignons l'importance de la lutte contre un phénomène très fréquent dans les pays d'Afrique, à savoir les messages d'incitation à la haine délivrés par des médias. Nous avons déjà vécu cela en République démocratique du Congo.

Telles sont les raisons qui nous ont motivés, Mme Arena et moi-même, à déposer ce projet de texte.

Je remercie l'ensemble des membres de la commission qui ont apporté leur contribution à ce travail collectif.

De heer Rik Daems (Open Vld). - Het verheugt ons dat deze resolutie vandaag op de agenda staat. De nieuwe president van Ivoorkust heeft recentelijk de eed afgelegd. Het is belangrijk dat de regering vrij snel een aantal signalen geeft. Ik verwijs naar een zeer recent rapport van Amnesty International, waaruit blijkt dat niet alleen door Gbagboaanhangers, maar ook door medestanders van Ouattara wreedheden zijn gepleegd. Het parlement moet via de regering te kennen geven dat we bijzonder bezorgd zijn voor de toestand in het land. Waarschijnlijk gebeuren er vandaag nog heel wat wreedheden en we moeten bijgevolg een initiatief nemen om dat te stoppen.

De situatie in Ivoorkust moet worden gezien in de context van de toestand in heel West-Afrika. Ik zou in dat verband willen refereren aan een recent rapport van Security Council Report, een onafhankelijke denktank die in New York gevestigd is in het kader van de Verenigde naties en die met private middelen wordt gefinancierd en geregeld rapporten schrijft. Enkele dagen geleden verscheen een diepgaand rapport van hen over West-Afrika, waarin ook Ivoorkust ter sprake komt. Daarin staat dat er vier nieuwe bedreigingen zijn voor de veiligheid in de regio. Volgens Security Council Report is de drugshandel een van de voornaamste oorzaken van de instabiliteit in de West-Afrikaanse regio omdat de trafiek van drugs uit Zuid-Amerika over West-Afrika naar Europa loopt. De financiering van oorlogen en het opzetten van delen van de maatschappij tegen elkaar, al dan niet volgens religieuze of tribale scheidingslijnen, zijn daar voor een deel het gevolg van. Er lopen al vier VN-operaties in West-Afrika, dat zestien landen telt. Enkele landen zijn relatief stabiel, maar andere zeer onstabiel. De drugshandel zou volgens dit rapport dus de hoofdoorzaak zijn van die instabiliteit.

Het tweede element is het terrorisme. Blijkbaar zijn er aanwijzingen dat de grote terroristische organisaties in West-Afrika een territorium gevonden hebben op de scheidingslijn tussen moslim en niet-moslimlanden, die voor een stuk door Ivoorkust loopt. Dat element speelde ook mee in de verkiezingsstrijd tussen Gbagbo en Ouattara. Het islamitische noorden wil zijn invloed uitbreiden. Het zuiden is animistisch en katholiek. Daarbij komen ook nog de tribale tegenstellingen.

Een derde element is de piraterij, die wij altijd situeren aan de oostkust van Afrika, maar die nu ook aan de westkust een nieuwe, opkomende bedreiging vormt. We zouden de regering dus kunnen vragen preventief op te treden om toestanden zoals aan de oostkust te voorkomen, temeer daar het bassin ter hoogte van West-Afrika een druk bevaren zeeroute is.

Een vierde bedreiging wordt gevormd door het democratische bestuur. In heel West-Afrika, en eigenlijk ook in Ivoorkust, wordt het principe winner-takes-all niet geïnterpreteerd als de meerderheid regeert en de niet-meerderheid vormt de oppositie, maar met een zekere slagkracht. Volgens Security Council Report staat dat concept haaks op de cultuur van onder meer West-Afrika omdat hetzelfde principe daar betekent dat the winner straffeloos alles mag doen waar hij zin in heeft. Ons concept van democratie kan de facto dus niet worden overgebracht naar Afrika. Ik heb daar in de Raad van Europa verschillende rapporten over geschreven. In een eventueel toekomstig debat over West-Afrika, waar Ivoorkust het voorbeeld van een democratische omslag had moeten zijn, zou ook dat element aan bod moeten komen. Als we willen dat de democratie als ontwikkelingsinstrument vooruitgang brengt, moeten we dat toch beter bekijken.

Ik dank en feliciteer de indieners van de resolutie. Onze fractie zal ze goedkeuren.

-La discussion est close.

-Il sera procédé ultérieurement au vote sur l'ensemble de la proposition de résolution.