5-65COM

5-65COM

Commission des Finances et des Affaires économiques

Annales

MERCREDI 4 MAI 2011 - SÉANCE DE L'APRÈS-MIDI

(Suite)

Demande d'explications de Mme Anke Van dermeersch au secrétaire d'État à la Mobilité sur «la lenteur de fonctionnement du Service d'inspection de la signalisation routière et sur l'état d'avancement de l'introduction de nouveaux panneaux de signalisation concernant les quads et les zones de dépose-minute» (nº 5-679)

Mevrouw Anke Van dermeersch (VB). - De Dienst Verkeersreglementering (Dienst van de Verkeerstekens) heeft, overeenkomstig de artikelen 18 en 19 van de wet van 16 maart 1968 betreffende de politie over het wegverkeer, onder meer de taak ervoor te zorgen dat verkeerstekens door de bevoegde overheden op een correcte manier worden aangebracht. Is dat niet het geval, dan verzoekt de dienst de in gebreke blijvende overheid om de situatie in orde te brengen. Is dit na twee waarschuwingen nog niet gebeurd, dan kan de dienst een speciale commissaris bevelen om de nodige werkzaamheden uit te voeren, en dat ambtshalve op kosten van de overtreder.

Ik heb de indruk dat die dienst de klachten erg traag afhandelt. Een gemeenteraadslid uit Puurs meldde mij dat hij bij de dienst een klacht heeft ingediend tegen een onwettig geplaatst bord. Tussen een parkeerbord en een bord dat beperkt parkeren toelaat was een `kiss and ride'-bord geplaatst. Op zich is dat geen wereldschokkende inbreuk op het verkeersreglement, maar niettemin wordt hier gebruik gemaakt van verkeerssignalisatie die niet wettig is.

In een democratische rechtsstaat moet een dergelijke inbreuk worden rechtgezet, te meer omdat uitdrukkelijk is bepaald dat verkeersborden die niet in het verkeersreglement zijn voorzien, niet mogen worden gebruikt.

Het betrokken raadslid heeft om die reden op 17 juni 2009 bij de Dienst Verkeersreglementering klacht ingediend. Het antwoord aan de klager en een eerste aanmaning aan het adres van het gemeentebestuur volgden twee maanden later, op 24 augustus 2009. Een half jaar later, op 6 maart 2010, bracht het betrokken gemeenteraadslid de staatssecretaris op de hoogte van het feit dat de inbreuk door het gemeentebestuur nog altijd niet werd rechtgezet. Op 22 juni 2010, drie en een halve maand later dus, antwoordde de staatssecretaris dat hij een tweede aanmaning heeft gestuurd naar het gemeentebestuur van Puurs.

Op 6 december 2010 stuurde het gemeenteraadslid opnieuw een brief naar de staatssecretaris met de mededeling dat de gelaakte verkeerssignalisatie er nog steeds staat en dat artikel 19 van de wet van 16 maart 1968 nog steeds niet wordt toegepast.

Meer dan drie maanden later stond het onwettige bord er nog steeds. Slechts enkele dagen geleden werd het verwijderd. Ik veronderstel dat het feit dat ik deze vraag om uitleg heb ingediend, hieraan niet vreemd is. De zaak, de eenvoudige verwijdering van één onwettig verkeersbord, heeft dus meer dan anderhalf jaar aangesleept.

Indien ik goed ben ingelicht, waren er plannen om nieuwe verkeersborden in te voeren om tegemoet te komen aan situaties waarbij gemeentebesturen zoenstroken aanleggen en daarvoor in de nodige signalisatie willen voorzien. Ook in Antwerpen, waar ik vandaan kom, is men vragende partij voor een officieel bord om quads te weren uit bepaalde delen van het stadscentrum.

Hoe komt het dat een eenvoudige zaak met een probleem betreffende verkeersborden, zoals in Puurs, zo lang kan aanslepen en de Dienst Verkeersreglementering zolang wacht met een reactie op een klacht? Hoe worden klachten of informatie over onwettige verkeerssignalisaties opgevolgd door de dienst zelf? Welke termijnen moeten daarbij in acht worden genomen? Gebeurt die opvolging actief door het opvolgen van de stand van zaken of enkel passief? Behandelt men misschien eerst de brief die bovenaan ligt? Hoever staat het met de invoering van nieuwe verkeersborden, die door sommige gemeenten worden gevraagd, voor het aangeven van zoenstroken of het weren van quads uit stedelijke gebieden?

De heer Etienne Schouppe, staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan de eerste minister. - Allereerst stel ik vast dat de spreker blijkbaar niet weet dat sinds 1 januari 2008 de federale overheid niet meer bevoegd is voor de goedkeuring van de aanvullende verkeersreglementen van de gemeenten. Bijgevolg werd ook de federale dienst voor de inspectie van verkeerstekens afgeschaft. Evenmin kan ik nog een bijzondere commissaris ter plaatse sturen om onwettige praktijken recht te zetten, wat overigens ook nooit is gebeurd.

Het zal de spreker bijgevolg zeker verheugen dat sindsdien het administratief toezicht op de aanvullende verkeersreglementen werd overgeheveld naar de Gewesten. In Vlaanderen moeten, in overeenstemming met het decreet van 16 mei 2008 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing van de verkeerstekens, de aanvullende reglementen die betrekking hebben op gemeentewegen enkel nog ter kennis worden gegeven aan de Vlaamse minister van Mobiliteit.

Wat de onwettige verkeerssignalisatie in Puurs betreft, zou men zich tot de Vlaamse overheid moeten wenden, maar Vlaanderen heeft ervoor gekozen om in geen bijzonder administratief toezicht te voorzien. In het kader van het algemeen administratief toezicht op de gemeenten zou men zich eventueel kunnen wenden tot de provinciegouverneur.

We hebben inderdaad klachten gekregen over de onwettige verkeerssignalisatie, die door mijn administratie, zoals elke klacht of brief, werden behandeld. Er werd een aantal keer telefonisch contact opgenomen met de gemeente Puurs en de burgemeester werd drie keer aangeschreven met de vraag om de niet-reglementaire signalisatie aan te passen, aangezien de plaatsing van de verkeerstekens en het verkeersreglement nog altijd een federale materie zijn. Zoals eerder gezegd, kunnen we, gelet op de afschaffing van het toezicht, niets anders dan de aandacht van de lokale autoriteiten daarop vestigen.

Wat de `kiss and ride'-zones betreft, zijn we niet van plan om die in het verkeersreglement te introduceren. Een zoenstrook - wat een mooi woord - is immers niet meer of niet minder dan een plaats om iemand te laten in- of uitstappen. Bijgevolg kan men zijn toevlucht nemen tot een parkeerverbod, eventueel aangevuld met een onderbord dat door de gemeente wordt bepaald, met de vermelding `zoenstrook' of `kiss and ride'.

Het verkeersbord betreffende de quads daarentegen is wel opgenomen in een ontwerp tot wijziging van het verkeersreglement. We bekijken of we deze wijziging, samen met nog enkele andere dringend noodzakelijke wijzigingen, in lopende zaken kunnen realiseren.