5-904/1

5-904/1

Belgische Senaat

ZITTING 2010-2011

28 MAART 2011


Wetsvoorstel tot wijziging van de wet van 6 juli 2007 betreffende de medisch begeleide voortplanting en de bestemming van de overtallige embryo's en de gameten, teneinde de selectie van het geslacht van het toekomstige embryo te verbieden

(Ingediend door de heer Jacques Brotchi en mevrouw Christine Defraigne)


TOELICHTING


Het verhaal van een Antwerpse gynaecoloog die inseminaties uitvoerde met het oog op genderselectie, waarover in januari 2011 in de pers werd bericht, heeft veel ophef veroorzaakt en verbazing gewekt.

Zijn methode bestaat erin sperma in een speciale centrifuge te plaatsen om de X-chromosomen, die zwaarder zijn, te scheiden van de Y-chromosomen. Bij versmelting van het « Y »-chromosoom van de zaadcel met het « X »-chromosoom van de eicel van de vrouw, wordt een jongen geboren en bij versmelting van het « X-chromosoom van de zaadcel met het « X »-chromosoom van de eicel van de vrouw, krijgt men een meisje. Vervolgens insemineert de arts deze stamcellen. Het gewenste, geïnsemineerde sperma geeft het koppel 80 % kans om een baby te krijgen van het gewenste geslacht. Elke inseminatie kost 1 200 euro en gemiddeld zijn er drie nodig vóór de eicel is bevrucht.

Sommige koppels tarten de natuur en willen het geslacht van hun kind kiezen om het voortbestaan van hun naam te garanderen, om kinderen van verschillend geslacht te krijgen, om het geslacht van hun enige kind te bepalen of om een zoon of dochter als oudste kind te krijgen. De indieners van het voorstel vinden deze praktijk die door zuiver persoonlijke motieven is ingegeven, onaanvaardbaar. Bovendien zijn de technieken lang niet volledig betrouwbaar. Wat zullen de ouders doen indien hun keuze niet bewaarheid wordt ?

Michel Dupuis, filosoof en directeur van de Unité d'éthique médicale van de Université catholique de Louvain (UCL), is van mening dat « on choisit de « faire », de concevoir quelqu'un qui ne sera jamais à nous, qui existe par lui-même, qui est autre. Cette altérité, c'est nous qui la posons, mais nous nous devons de la respecter. L'on sait aussi que l'enfant déborde les catégories que l'on avait imaginées, qu'il contredit nos attentes. Choisir le sexe d'un enfant, c'est lui attribuer des caractéristiques, réelles ou supposées. C'est donc déjà un peu influencer sa vie, mettre une mainmise inadmissible sur son existence ».

Ook de Belgische Vereniging van gynaecologen reageert verontwaardigd op deze praktijk.

Is de praktijk die leidt tot de baby naar keuze wettelijk ? Wat zegt de wet van 6 juli 2007 betreffende de medisch begeleide voortplanting (MBV) over het gebruik van gameten gericht op geslachtsselectie ?

De wet van 11 mei 2003 betreffende het onderzoek op embryo's in vitro bepaalt, in artikel 5, 5º, dat het verboden is « onderzoek of behandelingen uit te voeren die gericht zijn op geslachtsselectie, met uitzondering van de selectie ter voorkoming van geslachtsgebonden ziekten ».

De geest van de wet van 6 juli 2007 is duidelijk : het is verboden de MBV aan te wenden om een kind naar keuze te krijgen, met deze of gene fysieke kenmerken en van een welbepaald geslacht.

Net als voor de donatie van embryo's, bepaalt de wet van 6 juli 2007, in artikel 52, 2º, meer bepaald « het is verboden gameten te doneren met het oog op geslachtsselectie, als bepaald in artikel 5, 5º, van de wet van 11 mei 2003 betreffende het onderzoek op embryo's in vitro, dat wil zeggen gericht op geslachtsselectie, met uitzondering van de selectie ter voorkoming van geslachtsgebonden ziekten ».

Er is dus sprake van een verbod op de « donatie » van gameten wanneer die gericht is op geslachtsselectie. In artikel 2, p), van dezelfde wet van 2007 wordt de donor van gameten gedefinieerd als « de persoon die bij overeenkomst ten kosteloze titel, gesloten met een centrum voor in vitro fertilisatie gameten afstaat opdat ze in het kader van medisch begeleide voortplanting worden gebruikt bij ontvangers van gameten zonder dat een afstammingsband kan worden vastgesteld tussen het ongeboren kind en de donor ».

Als de gameten afkomstig zijn van een donor, is elk gebruik met het oog op geslachtsselectie dus duidelijk verboden door de wet. Als de gameten daarentegen afkomstig zijn van het koppel zelf, zoals in de zaak die ons bezighoudt, geldt er geen duidelijk verbod omdat de selectie wordt uitgevoerd op de zaadcellen, die van de man van het koppel kunnen zijn. De huidige wet vertoont een leemte op dat gebied.

De indieners willen die leemte in de huidige wet dan ook wegwerken om dat soort praktijken te voorkomen. De wet van 2007 legt dus al een hele reeks beperkingen op om ontsporingen te vermijden, en deze, zeer belangrijke, beperking moet daaraan worden toegevoegd. Ze kan wel worden afgeleid uit de geest van de wet, maar ze moet duidelijk worden geformuleerd in de algemene principes die van toepassing zijn voor de gameten.

De doelstelling van dit wetsvoorstel bestaat erin, in hoofdstuk I, algemene principes, van titel V betreffende de gameten een nieuwe artikel in te voegen houdende een verbod op elk gebruik van gameten, in ongeacht welke vorm, met het oog op geslachtsselectie, met uitzondering van de selectie ter voorkoming van geslachtsgebonden ziekten, zoals bepaald in artikel 5, 5º, van de wet van 11 mei 2003 betreffende het onderzoek op embryo's in vitro.

Wat de embryo's betreft, is het probleem al geregeld aangezien de pre-implantatiediagnostiek, die gedefinieerd werd als « de techniek die erin bestaat om in het kader van een in vitro fertilisatie één of meerdere genetische kenmerken van de embryo's in vitro te analyseren om inlichtingen te verzamelen die worden gebruikt om uit te maken welke embryo's worden ingeplant », verboden is wanneer hij gericht is op geslachtsselectie met uitzondering van de selectie ter voorkoming van geslachtsgebonden ziekten, zoals bepaald in artikel 5, 5º, van de wet van 11 mei 2003 betreffende het onderzoek op embryo's in vitro ».

Jacques BROTCHI.
Christine DEFRAIGNE.

WETSVOORSTEL


Artikel 1

Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.

Art. 2

In de wet van 6 juli 2007 betreffende de medisch begeleide voortplanting en de bestemming van de overtallige embryo's en de gameten, wordt een artikel 37/1 ingevoegd dat luidt als volgt :

« Art. 37/1. — Verboden is, elk gebruik in welke vorm ook, van gameten, gericht op de geslachtsselectie van het toekomstige embryo, met uitzondering van de selectie ter voorkoming van geslachtsgebonden ziekten, als bepaald in artikel 5, 5º, van de wet van 11 mei 2003 betreffende het onderzoek op embryo's in vitro. »

8 februari 2011.

Jacques BROTCHI.
Christine DEFRAIGNE.