5-27COM | 5-27COM |
De heer Huub Broers (N-VA). - In december heeft de gemeenteraad van Wemmel de dotatie 2011 aan de politiezone AMOW slechts nipt goedgekeurd met 9 stemmen voor, 5 tegen en 9 onthoudingen.
De - ondanks hun onweerlegbaar vermoeden - Franstalige raadsleden uitten hun ongenoegen over de samenwerking binnen deze zone van het Vlaamse Gewest. Zij vragen een samenwerking met de Brusselse politiezones omdat - ik citeer een bijzonder aantrekkelijk argument van een raadslid - `Wemmel op het vlak van criminaliteit gelijkaardige problemen heeft als het Brusselse Gewest'.
Volgens de meerderheid in de Wemmelse raad zitten ze daardoor - ik kan het verband niet leggen - nu met een taalprobleem.
De gemeente Wemmel is volgens arresten van de Raad van State en het Grondwettelijk Hof nochtans bestuurlijk een ééntalige gemeente in het Vlaamse Gewest. Zo oordeelde het Grondwettelijk Hof in het arrest 26/98 over het Nederlandse taalgebied: `Hoewel de gecoördineerde wetten over het gebruik van de talen in bestuurszaken ten behoeve van Franstalige inwoners in de randgemeenten in een bijzondere regeling voorzien die hen toestaat hun betrekkingen met de plaatselijke diensten in het Frans te voeren en die aan die diensten de verplichting opleggen om in bepaalde in die wetten nader omschreven omstandigheden het Frans te gebruiken, doet die regeling geen afbreuk aan het principieel eentalige karakter van het Nederlandse taalgebied, waartoe die gemeenten behoren. Zulks impliceert dat de taal die er in bestuurszaken moet worden gebruikt in beginsel het Nederlands is en dat bepalingen die het gebruik van een andere taal toestaan niet tot gevolg mogen hebben dat afbreuk wordt gedaan aan de door artikel 4 van de Grondwet gewaarborgde voorrang van het Nederlands.'
Het begrip `taalgebied' is dus niet louter beschrijvend bedoeld. Het is wel degelijk een juridisch begrip. Het Nederlandse taalgebied is het gebied waar het Nederlands moet worden gebruikt voor een aantal domeinen die de wet uitdrukkelijk opsomt: bestuur, onderwijs, justitie, bedrijfsleven. Het Nederlandse taalgebied, inclusief Wemmel, is eentalig Nederlands.
De burgemeester, hoofd van politie, heeft zelfs een weerlegbaar vermoeden van de taalkennis van het Nederlands. De faciliteiten zijn alleen bedoeld om de inwoners van die gemeente in hun contacten met openbare diensten te helpen. De gemeente indelen bij een tweetalig gebied zou dus een inbreuk zijn tegen het bestuurlijk taalgebruik en zou de facto de door de Grondwet gewaarborgde indeling in taalgebieden wijzigen. De juridische problemen zouden dus net kunnen opduiken als ze bij een tweetalige zone zouden aansluiten. Tot nader order kan een gemeenteraad nog niet beslissen tot welke taalzone zijn gemeente behoort of dat haar politie deel zal uitmaken van een anderstalig gebied.
Voor mij primeert de werking van de politiezone. Ik maak hier dan ook geen taalpolitiek incident van.
Wat zal de minister doen als de raad een officieel voorstel zou goedkeuren om aan te sluiten bij een tweetalige Brusselse zone?
Aangezien de budgetten van de politiezones ook door de federale administratie gecontroleerd worden, zou ik graag willen weten wat er gebeurt indien de raad in de toekomst geen goedkeuring zou geven aan de politiedotatie AMOW. Dit zou bijvoorbeeld al het geval kunnen zijn bij een budgetherziening. De werking van de zone zou dan in theorie stilvallen.
Blijft de minister erbij dat een gemeente slechts kan toetreden tot een politiezone uit het eigen arrondissement, in casu Halle-Vilvoorde? Zal de minister de gemeente Wemmel nu al duidelijk maken wat haar wettelijke verplichtingen ter zake zijn?
Mevrouw Annemie Turtelboom, minister van Binnenlandse Zaken. - Artikel 9 van de wet op de geïntegreerde politie laat niet toe dat een politiezone wordt gevormd bestaande uit gemeenten die behoren tot een andere provincie. De wetgeving is voldoende duidelijk. Als daarvan wordt afgeweken, zal het parlement eerst de wet moeten aanpassen.
Een herschikking van een politiezone is overigens geen unilaterale beslissing. Ook de partner, de zones of de zone die men op het oog heeft, moet uiteraard akkoord gaan.
De wettelijk gecreëerde mogelijkheid van zoneverandering verliep op 1 januari 2011. Een wijziging zal voortaan het voorwerp van een wetsvoorstel of wetsontwerp moeten uitmaken.
Een wijziging van het aantal gerechtelijke arrondissementen ingevolge een herindeling van het gerechtelijk landschap zal mogelijk een invloed hebben op het politielandschap. Het is uiteraard nog te vroeg om hierover uitspraken te doen. Alles zal afhangen van de wetten die het parlement in de toekomst zal goedkeuren.
Wat de tweede vraag betreft, voorziet de wet in een aantal oplossingen. Er kan een alternatieve verdeelsleutel, de 60/20/20-regel, worden opgelegd.
Die vindt men terug in artikel 40 van de wet. Een tweede mogelijkheid is de ambtshalve inschrijving in de begroting door de gouverneur. Dat is een toepassing van het specifiek toezicht geregeld bij de artikelen 71 tot 76 van de wet. Voor de geïnteresseerde leden heb ik die artikelen bij.