5-9

5-9

Belgische Senaat

Handelingen

DONDERDAG 23 DECEMBER 2010 - OCHTENDVERGADERING

(Vervolg)

Wetsontwerp houdende wijziging van artikel 47octies van het Wetboek van strafvordering betreffende de samenwerking met buitenlandse infiltranten (Stuk 5-514)

Algemene bespreking

De voorzitter. - Mevrouw Taelman verwijst naar haar schriftelijke verslag.

De heer Frank Boogaerts (N-VA). - Op 19 november 2009 velde de Raad van State een arrest met betrekking tot het koninklijk besluit van 9 april 2003 betreffende de politiële onderzoekstechnieken. Het voorliggende wetsontwerp handelt over artikel 2 van dat koninklijk besluit. De Raad van State besliste om in artikel 2 van voormeld koninklijk besluit de woorden `en desgevallend mits voorafgaand akkoord van de federale procureur in samenwerking met buitenlandse speciaal daartoe opgeleide en bevoegde ambtenaren' te schrappen. Om gevolg te geven aan het arrest worden de principes die waren vastgelegd in artikel 2 van vermeld koninklijk besluit, nu expliciet opgenomen in de wet. Een nieuw wetsartikel bepaalt dat enkel de leden van de directie van de speciale eenheden van de federale politie de politiële onderzoekstechnieken kunnen toepassen. Het bepaalt ook dat, mits de federale procureur daar vooraf mee instemt, dit eventueel kan gebeuren in samenwerking met buitenlandse, speciaal daartoe opgeleide en bevoegde ambtenaren.

Het artikel heeft het duidelijk en expliciet over samenwerking. Een buitenlandse undercoveragent kan dus zelf in België politiële onderzoekstechnieken toepassen, maar die moeten zich altijd situeren in een infiltratieoperatie die door de speciale eenheden van onze federale politie wordt uitgevoerd. Die agenten kunnen buitenlandse politieambtenaren zijn, maar ook andere buitenlandse ambtenaren, bijvoorbeeld van de douane, op voorwaarde dat ze daarvoor speciaal zijn opgeleid en ter zake bevoegd zijn.

Het is ook duidelijk dat die agenten op dat ogenblik onder het gezag, leiding en toezicht van de bevoegde Belgische autoriteiten opereren en dat alle Belgische wetsbepalingen en regelgevingen die voor onze politiediensten gelden, ook op hen van toepassing zijn.

Er is dus geen enkel risico, zoals sommigen vrezen, dat buitenlandse agenten of ambtenaren de vrije hand zouden hebben en zich niet zouden moeten houden aan de Belgische regels en voorschriften.

Mijnheer de voorzitter, collega's, ik wens ook te wijzen op het belang en het dringende karakter van dit wetsontwerp. Inderdaad, ingevolge het arrest van de Raad van State konden sinds 19 november 2009 geen buitenlandse undercoveragenten meer worden ingezet in Belgische strafonderzoeken. Dat is voelbaar in de praktijk. De federale politie heeft maar een beperkt aantal undercoveragenten die bovendien niet in alle soorten zaken kunnen worden ingezet.

Ik heb daar enkele bedenkingen bij. Ten eerste, het garanderen van de veiligheid van de infiltrant is van zeer groot belang.

Ten tweede, het beperkte aantal infiltranten waarover de federale politie beschikt, is niet geschikt om ingezet te worden in elk willekeurig crimineel milieu.

Ten derde, verschillende internationale verdragen voorzien in grensoverschrijdende samenwerking op het vlak van infiltratie.

Ten vierde, het is duidelijk dat internationale samenwerking tussen gespecialiseerde eenheden van het grootste belang is.

Ten vijfde, het is onaanvaardbaar dat op het ogenblik in een aantal zaken niet tot infiltratie kan worden overgegaan.

De N-VA-fractie verwondert zich over de tergende traagheid waarmee dit dossier werd behandeld. Het arrest van de Raad van State dateert reeds van 19 november 2009. Zoals gezegd konden door die traagheid sindsdien geen buitenlandse infiltranten worden ingeschakeld. Een dringende aanpassing is hoogst noodzakelijk om de strijd tegen de criminaliteit, vooral de internationale criminaliteit, efficiënter te kunnen voeren.

Om al die redenen zal de N-VA het wetsontwerp goedkeuren.

De heer Bert Anciaux (sp.a). - Even een korte bedenking. Ik sluit me aan bij de bezorgdheid van vorige spreker. Het arrest van de Raad van State dateert van 19 november 2009. Pas nu dient minister De Clerck een wetsontwerp in dat tegemoetkomt aan de opmerkingen van dat arrest. Dat is vreemd.

De vraag rijst dus wat er meer dan een jaar lang is gebeurd. Betekent het dat sinds november 2009 niet grensoverschrijdend met buitenlandse infiltranten is samengewerkt? Zo neen, wat zijn dan de gevolgen voor de onderzoeken, mocht er in die periode toch zijn samengewerkt?

Ik ben weliswaar geen specialist, maar ik vrees dat die onderzoeken wel eens nietig zouden kunnen worden verklaard aangezien er voor die samenwerking sinds november 2009 geen wettelijke basis meer was. Het verbaast me dat de minister meer dan een jaar heeft gewacht alvorens een overigens zeer eenvoudige oplossing aan te reiken.

Precies omdat we een wettelijke oplossing voorstaan, zullen we het wetsontwerp goedkeuren.

M. Philippe Mahoux (PS). - Comme mon groupe, je pense que toute forme de collaboration internationale, que ce soit dans le domaine de la justice, de la police et a fortiori des services de renseignements, doit être assortie de garanties : respect de la vie privée et respect de procédures spécifiques.

Deux points de vue peuvent être défendus. D'une part, on peut considérer que l'on est démuni quant à la collaboration internationale. D'autre part, on peut estimer - et c'est plutôt mon opinion - que les garanties sont fondamentales pour les droits des gens et qu'il faut absolument les obtenir avant de mettre en place les collaborations internationales. Ce n'est pas toujours le cas et chaque fois que j'en ai l'occasion, je le rappelle. Il faut absolument s'assurer que les États avec lesquels on veut collaborer ont inscrit ces garanties dans leur législation. Cette précaution vaut aussi pour les États membres de l'Union européenne.

Mme Zakia Khattabi (Ecolo). - Mon intervention s'inscrit dans le droit fil de celle de M. Mahoux. Mon groupe avait d'ailleurs déposé des amendements allant en ce sens. Ils intégraient dans la loi initiale les préoccupations exprimées aujourd'hui par M. Mahoux. Je regrette dès lors que le groupe de M. Mahoux n'ait pas soutenu nos amendements. Mon groupe votera donc contre ce projet de loi.

-De algemene bespreking is gesloten.