5-166/1 | 5-166/1 |
23 SEPTEMBER 2010
Dit wetsvoorstel neemt de tekst over van een voorstel dat reeds op 28 mei 2009 in de Senaat werd ingediend (stuk Senaat, nr. 4-1340/1 - 2008/2009).
Onze scholen en onze crèches worden niet langer van geweld gespaard. Steeds vaker vinden er binnen de schoolmuren almaar brutalere incidenten plaats waarbij leerlingen en leerkrachten worden aangevallen, gemolesteerd en geslagen. De actualiteit heeft ons aangetoond dat zelfs crèches, waar alleen zeer jonge kinderen worden opgevangen, onder het toezicht van eenvoudige kinderverzorgsters, niet langer veilig zijn voor moorddadige waanzin.
Die laatste vorm van criminaliteit is gelukkig heel zeldzaam precies omdat hij zo onbegrijpelijk abnormaal is, maar we moeten toegeven dat we in de onderwijsinrichtingen de jongste jaren een opmars van geweld meemaken. Die toename uit zich zowel in steeds frequentere gewelddaden, als in daden van agressie die steeds ernstiger worden, wat de methodes en de gevolgen betreft.
Geweld in scholen kan een gevolg zijn van zuiver interne gebeurtenissen of incidenten, die alleen met de school te maken hebben : gedrang of vechtpartijen onder leerlingen, maar ook — wat ernstiger is — agressie van leerlingen tegen leerkrachten. Uit een recente peiling is bijvoorbeeld gebleken dat bijna de helft van de leerlingen in het land toegaf minstens eenmaal met een of ander wapen naar school te zijn gekomen. Geweld kan evenwel, hoewel het binnen de schoolmuren tot uiting komt, ook gepleegd worden door personen buiten de schoolgemeenschap : men kent het geval van ouders (oudere broers of familieleden) die strafexpedities organiseren tegen een of andere leerkracht omdat de leerling van school is weggestuurd, gestraft is of gewoon ... slechte cijfers heeft gekregen ! Tevens kent men de invallen van rivaliserende jeugdbendes die tot in de scholen wraak komen nemen en er alles kort en klein slaan.
Vanzelfsprekend worden de plegers van al die zeer strafbare feiten, wanneer ze gevat worden, voor de rechtbank gebracht en naar behoren gestraft. We kunnen ons echter afvragen of ons arsenaal aan wetten volstaat om het geweld in de schoolomgeving te onderdrukken, gezien alle kenmerken ervan, met name inzake het lijden en de schadelijke gevolgen die het kan veroorzaken.
Slagen die worden toegebracht in een school of in een crèche treffen uiteraard eerst en vooral de rechtstreekse slachtoffers aan wie ze worden toegebracht. Men moet echter ook rekening houden met al wie het gewelddadige incident heeft bijgewoond en die op hun beurt onrechtstreekse, maar werkelijke slachtoffers worden. Alle kinderen, leerlingen en adolescenten die een incident als passieve maar gedwongen getuigen hebben meegemaakt, zijn psychologisch diep getekend door het geweld waarmee ze op brutale wijze « live » werden geconfronteerd en zullen dat waarschijnlijk lange tijd blijven. De psychologische nasleep waarvoor moet worden gevreesd is voor jongeren, die — meestal — psychisch nog niet volgroeid zijn, zo ernstig dat soms, of zelfs vaak, een beroep moet worden gedaan op een psychologische begeleidingscel.
De indiener van dit voorstel meent dan ook dat feiten van gewelddadige delinquentie een objectief verzwarende omstandigheid krijgen wanneer ze openlijk en vrijwillig worden gepleegd op plaatsen waar minderjarigen er onvermijdelijk getuige van zullen zijn. Dat geldt voor slagen toegebracht binnen de muren van schoolinrichtingen en zeker in crèches waar jonge kinderen zijn ondergebracht.
Het is vanzelfsprekend onmogelijk die inrichtingen te verbouwen tot bunkers of forten om elke ongewenste indringing van buitenaf uit te sluiten. Het is al net zo moeilijk om de interne bewaking tot in het oneindige op te voeren om elk gevaarlijk incident binnen de schoolgemeenschap te voorkomen.
De gerechtelijke erkenning van de verzwarende omstandigheid wanneer lichamelijk geweld wordt gepleegd in een omgeving waar minderjarigen samenzijn, lijkt bijgevolg, doordat de daders zwaardere straffen krijgen opgelegd, een van de geschiktste afschrikkingsmiddelen. Dat stelt de indiener van onderhavig voorstel voor, door die verzwarende omstandigheid in te voegen in een nieuw lid bij artikel 405quater van het Strafwetboek, dat reeds in verzwarende omstandigheden voorziet wanneer de slagen of verwondingen werden toegebracht of er opzettelijk werd gedood in een bepaalde context.
Christine DEFRAIGNE. |
Artikel 1
Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.
Art. 2
In artikel 405quater van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 25 februari 2003 en vervangen bij de wet van 10 mei 2007, wordt een lid toegevoegd, luidende :
« In de gevallen bepaald in de artikelen 393 tot 405bis wordt het minimum van de bij die artikelen bepaalde straffen verdubbeld in geval van correctionele straffen en met twee jaar verhoogd in geval van opsluiting, wanneer de misdaad of het wanbedrijf gepleegd werd binnen de muren of in de aanhorigheden van een inrichting bestemd voor onderwijs of collectieve opvang van minderjarigen en in hun aanwezigheid. »
20 juli 2010.
Christine DEFRAIGNE. |