4-76 | 4-76 |
De heer Yves Buysse (VB). - Volgens de kieswet hebben vrouwelijke kandidaten het recht om op de voordrachtsakte, en nog veel belangrijker, op het stembiljet hun familienaam te laten voorafgaan door de familienaam van hun echtgenoot of overleden echtgenoot, vanzelfsprekend omdat sommige dames beter bekend zijn onder de naam van hun echtgenoot.
In het ontwerp van onderrichtingen aan de voorzitters van de hoofdbureaus van 20 februari 2009 wordt dat voorschrift nog eens duidelijk herhaald.
Tot mijn verbazing konden we deze week in de pers evenwel lezen dat een mannelijke kandidaat op de stemlijst van de partij van de minister vermeld staat met zijn eigen naam en daarnaast ook de naam van zijn echtgenote. Hij zegt dat zulks wettelijk geen probleem is. Nochtans is de kieswet niet veranderd.
Blijkt echter dat de definitieve onderrichtingen aan de voorzitters van de hoofdbureaus ondertussen ook gepubliceerd zijn en dat het verschil tussen de voorlopige en de definitieve onderrichtingen slechts op enkele paragrafen van de 165 bladzijden slaat. Plots blijken ook de mannelijke kandidaten gebruik te mogen maken van de naam van hun echtgenote. Hiervoor beroept men zich op de rechtsleer en op vaste rechtspraak van het Grondwettelijk Hof over de grondwettelijke regels van gelijkheid en van niet-discriminatie.
Ten gronde kan ik me in het nieuwe standpunt terugvinden. Daarover wil ik het vandaag niet hebben. Wel over het feit dat een en ander verdacht veel naar bediening van de eigen achterban neigt.
Indien er juridische gronden waren om de wetgeving aan te passen, waarom gebeurde dat dan niet toen we net een maand geleden in Kamer en Senaat de kieswet hebben gewijzigd?
Hoe komt het dat de onderrichtingen aan de voorzitters van de hoofdbureaus met de nieuwe regeling pas bekendgemaakt zijn en in het Belgisch Staatsblad zijn verschenen nadat een van de belangrijkste onderdelen waarop die onderrichtingen van toepassing zijn, de indiening van de kandidatenlijsten voor de Europese verkiezingen, al achter de rug zijn.
Hoe komt het dat een kandidaat voor die Europese verkiezingen wel op de hoogte was van de nieuwe regeling terwijl die nog niet was uitgevaardigd op het ogenblik dat die kandidaat er al gebruik van maakte?
Is het toeval dat die kandidaat behoort tot de partij van de minister die de bovenvermelde onderrichtingen heeft ondertekend en er dus verantwoordelijk voor is?
Is er nu geen nieuwe discriminatie ontstaan doordat kandidaten van andere partijen voor de Europese stembusgang niet de kansen hebben gekregen die leden van de partij van de minister wel hebben gehad?
(M. Hugo Vandenberghe, premier vice-président, prend place au fauteuil présidentiel.)
De heer Guido De Padt, minister van Binnenlandse Zaken. - In dezen was geen wetswijziging aan de orde, omdat het Grondwettelijk Hof in zijn arresten nr. 6293 van 15 juli 1999, nr. 7699 van 13 juli 1999 en nr. 159/2004 van 20 oktober 2004 - teneinde een gelijke behandeling van mannen en vrouwen te bevorderen - voor de mannelijke kandidaten een identieke toepassing van de regelgeving bepleit als voor de vrouwelijke kandidaten gebruikelijk is.
Wij hebben het bijgevolg wenselijk geacht om in de verkiezingsrichtlijnen op te nemen dat een mannelijke kandidaat op het scherm of op het stembiljet zijn familienaam kan laten voorafgaan door die van zijn echtgenote. Vraagsteller heeft dat zelf toegelicht.
Omdat de kieskalender zeer precies is vastgelegd, was het niet mogelijk om een wijziging van het Kieswetboek voor te leggen aan het federaal parlement vóór het neerleggen van de kandidatenlijsten voor het Europees Parlement op 10 en 11 april 2009. Ik wil er trouwens op wijzen dat de in de Kamer en vervolgens ook in de Senaat goedgekeurde wetten pas in het Belgisch Staatsblad van 15 april 2009 konden worden gepubliceerd.
De aanbeveling is dus opgenomen in de onderrichtingen van 9 april 2009 aan de voorzitters van de hoofdbureaus. Ze ontvingen die op dezelfde dag per elektronische post, dus vóór de neerlegging van de voordrachtsakten.
Het was dus onmogelijk om de aanbeveling als kiesonderrichting in het Belgisch Staatsblad te publiceren voor de neerlegging van de kandidatenlijsten.
De onderrichtingen hebben overigens geen enkel afdwingbaar karakter. Het collegehoofdbureau is exclusief bevoegd voor alle beslissingen over de regelmatigheid van de voordrachtsakten. De publicatie van de onderrichtingen kan hieraan dus niets meer veranderen.
De heer Yves Buysse (VB). - De minister slaagt er niet in om uit te leggen waarom slechts één kandidaat, die toevallig lid is van zijn partij, wel op de hoogte was van de nieuwe regeling. Mij maakt niemand wijs dat een grote partij met ervaring als Open Vld haar voordrachtsakten pas opstelt op de dag waarop ze moeten worden neergelegd. Dat werk wordt wekenlang op voorhand voorbereid. De betrokken kandidaat was dus door mensen uit de omgeving van de minister ingelicht.
De minister beroept zich op arresten van 2004 en vroeger, maar voor de verkiezingen van 2007 gaf het niet toepassen ervan geen aanleiding tot problemen.
Misschien zijn kiesonderrichtingen niet afdwingbaar, maar de niet aangepaste wet, die ook op de webstek van de minister vermeld staat, is overduidelijk en iedereen moet zich op de wet kunnen baseren.
De aangepaste regels werden niet gepubliceerd op 15 april, toen ook andere kandidaten de voorlopig neergelegde kandidatenlijsten nog hadden kunnen wijzigen, maar wel op 17 april toen alle kandidatenlijsten definitief waren neergelegd.
Eén enkele kandidaat, een Open Vld-kandidaat, was op de hoogte.
Voorkennis wordt stilaan het handelsmerk van Open Vld. Dat siert de minister niet.
Schermen met de antidiscriminatiewetgeving is mooi, het huiswerk afmaken is beter!
Op basis van burgerlijke staat mag men immers evenmin discrimineren. Wettelijk samenwonenden kunnen op grond van de kiesonderrichtingen geen beroep doen op de nieuwe regels. Een wettelijk samenwonende is nu eenmaal geen echtgenoot.
De minister voert dus twee nieuwe discriminaties in: sommige kandidaten ontvangen minder informatie dan andere, en wettelijk samenwonenden hebben minder rechten dan gehuwden.