4-66

4-66

Sénat de Belgique

Annales

JEUDI 12 MARS 2009 - SÉANCE DE L'APRÈS-MIDI

(Suite)

Demande d'explications de Mme Anke Van dermeersch au ministre de l'Intérieur sur «la procédure de médiation dans le cadre des sanctions administratives établies par le conseil communal» (nº 4-789)

M. le président. - M. Melchior Wathelet, secrétaire d'État au Budget, adjoint au premier ministre, et secrétaire d'État à la Politique des familles, adjoint à la ministre de l'Emploi, et en ce qui concerne les aspects du droit des personnes et de la famille, adjoint au ministre de la Justice, répondra.

Mevrouw Anke Van dermeersch (VB). - Artikel 119ter van de nieuwe gemeentewet, ingevoegd bij wet van 17 juni 2004 voert de bemiddeling in, in het kader van gemeentelijke administratieve sancties. In de wet wordt inzake de bemiddeling uitdrukkelijk het volgende bepaald: `De bemiddeling, bedoeld in het eerste lid, heeft uitsluitend tot doel de dader van de inbreuk de mogelijkheid te bieden de schade die hij heeft aangebracht, te vergoeden of te herstellen'. Wij menen dat het woord `uitsluitend' in hoofde van de wetgever zijn betekenis heeft gehad.

Onzes inziens in tegenspraak hiermee werd aan de bemiddeling in de circulaire OOP 30bis echter een ruimere betekenis gegeven: `Indien tot vergoeding of herstellen wordt overgegaan, kan de ambtenaar overwegen om een minder zware boete of helemaal geen sanctie op te leggen.'

Is de interpretatie in de circulaire verenigbaar met de oogmerken van de wetgever?

De heer Melchior Wathelet, staatssecretaris voor Begroting, toegevoegd aan de eerste minister, en staatssecretaris voor Gezinsbeleid, toegevoegd aan de minister van Werk, en wat de aspecten inzake personen- en familierecht betreft, toegevoegd aan de minister van Justitie. - Ik lees het antwoord van de minister De Clerck.

De bemiddeling waarin is voorzien in het kader van de gemeentelijke administratieve sancties, heeft volgens de bewoordingen van artikel 119ter van de nieuwe gemeentewet inderdaad uitsluitend tot doel de dader van de inbreuk de mogelijkheid te bieden de schade die hij heeft aangericht, te vergoeden of te herstellen.

De passage in de circulaire OOP 30bis die deze bepaling toelicht, is hiermee niet in tegenspraak.

Wanneer een sanctionerend ambtenaar na die bemiddeling moet beslissen al dan niet een administratieve geldboete op te leggen, lijkt het logisch dat hij of zij op dat ogenblik rekening houdt met het al dan niet succesvol verloop van de bemiddeling.

Zoals ook in paragraaf 10 van artikel 119bis van de nieuwe gemeentewet staat, kan de sanctionerende ambtenaar een administratieve geldboete opleggen. De ambtenaar beschikt bijgevolg over een beoordelingsvrijheid en is niet verplicht een geldboete op te leggen van zodra de feiten bewezen zijn.

Er kan dan ook van uitgegaan worden dat de ambtenaar rekening zal houden met alle elementen van de zaak, onder meer de zwaarwichtigheid van de feiten, de persoonlijkheid van de overtreder en zijn ingesteldheid ten opzichte van de feiten.

Dat behoort evenwel tot de individuele vrijheid van de sanctionerende ambtenaar die in volledige onafhankelijkheid zal oordelen.