4-46

4-46

Sénat de Belgique

Annales

JEUDI 23 OCTOBRE 2008 - SÉANCE DE L'APRÈS-MIDI

(Suite)

Question orale de Mme Marleen Temmerman au ministre de la Coopération au développement sur «le gel des subsides destinés à "Marie Stopes International" à l'instigation du gouvernement américain» (nº 4-432)

M. le président. - M. Bernard Clerfayt, secrétaire d'État, adjoint au ministre des Finances, répondra.

Mevrouw Marleen Temmerman (sp.a+Vl.Pro). - Begin oktober eiste de Amerikaanse regering van de regeringen van zeven Afrikaanse landen, namelijk Malawi, Sierra Leone, Ghana, Zimbabwe, Uganda, Tanzania en iets later ook Kenia, dat ze de toevoer van voorbehoedsmiddelen aan Marie Stopes International, MSI, zouden stopzetten. Marie Stopes International is de grootste ngo voor gezinsplanning ter wereld en heeft volgens berekeningen in 2007 alleen al 5 tot 7 miljoen ongewenste zwangerschappen voorkomen en bijgevolg ook 1 tot 1,5 miljoen abortussen.

Het United States Agency for International Development, USAID, het bevoegde agentschap van de regering-Bush, biedt geen rechtstreekse hulp aan Marie Stopes International, maar maakt misbruik van zijn macht als grootste donor van de betrokken landen om de regeringen te dwingen de levering van voorbehoedsmiddelen aan Marie Stopes International stop te zetten. Deze maatregel heeft niet alleen betrekking op contraceptiva die door USAID worden gefinancierd en aan het ministerie van Gezondheid worden geleverd, maar ook op projecten van de Europese Unie, het United Nations Population Fund, UNFPA, en andere organisaties. USAID liet verstaan deze maatregel te nemen omdat Marie Stopes International samenwerkt met UNFPA, dat ervan wordt beschuldigd met de Chinese overheid samen te werken op het vlak van gedwongen abortussen en onvrijwillige sterilisaties. De algemeen directeur van Marie Stopes International ontkent elke betrokkenheid en wijst er integendeel op dat Marie Stopes International zich in China juist heeft ingezet om vrijwillige gezinsplanning aan te bieden en de keuze van de patiënt centraal te stellen.

Deze maatregel lijkt dus een puur politieke antiabortusbeslissing, die een bedreiging vormt voor vele vrouwenlevens. Hij treft vooral Afrikaanse vrouwen, aan wie de mogelijkheid wordt ontzegd hun kinderwens te controleren. De gezondheidsimpact van deze beslissing zal het volgende jaar enorm zijn. Men schat dat er komend jaar 150 000 tot 220 000 ongewenste zwangerschappen en 62 000 tot 87 000 onveilige abortussen meer zullen zijn, met alle gevolgen van dien, ook op het gebied van moedersterfte.

Hoe kijkt de minister aan tegen deze beslissing van de regering-Bush?

Hoe staat de minister tegenover de ontwikkeling waarbij een organisatie die niet handelt vanuit dezelfde ethische ideologie als een regering, om die reden door die regering wordt drooggelegd?

Hoeveel geld geeft België aan projecten voor gezinsplanning in het Zuiden en via welke organisaties?

Hoe evalueert de minister de activiteiten van Marie Stopes International?

De belangrijkste vraag is: zal België een extra inspanning leveren, nu bekend is dat één van de grootste organisaties voor gezinsplanning door USAID wordt drooggelegd?

De heer Bernard Clerfayt, staatssecretaris, toegevoegd aan de minister van Financiën. - Ik lees het antwoord van minister Michel.

Elke overheid is verantwoordelijk voor haar beleid en haar beslissingen op het gebied van ontwikkelingssamenwerking en staat daarbij onder toezicht van haar parlement. België voert niet hetzelfde beleid als de Verenigde Staten. Gezinsplanning krijgt een centrale plaats in de beleidsnota Seksuele en reproductieve gezondheid en rechten. Reproductieve rechten maken deel uit van de basisgezondheidszorg die we in het kader van onze ontwikkelingsprogramma's aan de bevolking aanbieden.

In 2007 gaf het departement Ontwikkelingssamenwerking in totaal 41 791 303 euro steun in het kader van de rubriek `bevolking, gezondheid en vruchtbaarheid'.

De gezinsplanning is een belangrijke component van onze actie op dat vlak.

Ik geef enkele voorbeelden van projecten die DGOS in 2007 ondersteund heeft en die op gezinsplanning zijn gericht. Er is de seksuele en reproductieve gezondheidseducatie in Cuba, voor een bedrag van 54 258 euro, uitgevoerd door de ngo FOS-Socialistische Solidariteit.

Ten tweede is er de bevordering van seksuele en reproductieve rechten van jongeren in Ecuador voor een bedrag van 483 730 euro, gerealiseerd door de BTC en, ten derde, is er het programma van UNICEF `bescherming moeder en kinderen' in Senegal voor een bedrag van 30 091 euro, gerealiseerd door het vrijwilligersprogramma van de Verenigde Naties.

De Belgische ontwikkelingssamenwerking kreeg nog niet de gelegenheid samen te werken met MSI. Op het vlak van indirecte hulp subsidieert ons land door ons erkende ngo's.

De budgettaire beslissingen en keuzes voor de ontwikkelingssamenwerking zijn op dit moment voorwerp van discussie. De algemene beleidsnota zal binnenkort aan het parlement worden voorgelegd.

Mevrouw Marleen Temmerman (sp.a+Vl.Pro). - Ik hoop dat de staatssecretaris de boodschap aan minister Michel kan overbrengen om bij de begrotingscontrole rekening te houden met deze urgente en nieuwe situatie.

De heer Bernard Clerfayt, staatssecretaris, toegevoegd aan de minister van Financiën. - Die boodschap heeft de minister al gekregen door uw vraag, mevrouw Temmerman.