4-10/7 | 4-10/7 |
15 JULI 2008
I. Inleiding
De commissie heeft dit wetsontwerp besproken tijdens haar vergaderingen van 8 juli (met toepassing van artikel 27.1 van het Reglement van de Senaat) en 15 juli 2008.
Het wetsontwerp was oorspronkelijk als wetsvoorstel ingediend op 12 juli 2007 door de heren Vandenberghe en Van Parys.
Het geamendeerde wetsvoorstel werd op 14 februari 2008 door de Senaat aangenomen en overgezonden aan de Kamer van volksvertegenwoordigers.
De Kamer van volksvertegenwoordigers heeft het ontwerp geamendeerd aangenomen in haar plenaire vergadering van 10 juli 2008 en het op 11 juli 2008 teruggezonden aan de Senaat. Het ontwerp valt dus onder de behandeling voorzien in artikel 81 van de Grondwet.
Met toepassing van artikel 64.1 van het Reglement van de Senaat diende de commissie zich uitsluitend uit te spreken over de bepalingen die door de Kamer werden geamendeerd of toegevoegd en die nieuw zijn in vergelijking met het aanvankelijk door de Kamer aangenomen ontwerp en, wat betreft de andere bepalingen, alleen om de redactie te verbeteren of de tekst in overeenstemming te brengen met het geheel en zonder nieuwe inhoudelijke wijzigingen aan te brengen.
II. Bespreking
De heer Vandenberghe stipt aan dat de tekst zoals geamendeerd door de Kamer van volksvertegenwoordigers veel verder gaat dan de tekst die door de Senaat was overgezonden. Tevens werd in de Kamer van volksvertegenwoordigers het advies van de Raad van State ingewonnen.
Overeenkomstig de suggestie van de Raad van State, wordt aldus een regeling inzake de schorsing van de verjaring vervangen door een regeling waarbij de verjaring wordt gestuit, en wel ter vereenvoudiging van de berekening van de verjaringstermijn. Er wordt dan ook verduidelijkt dat de stuiting van de verjaring blijft duren tot het einde van het geding. Met betrekking tot de stuiting heeft een beroep tot vernietiging dezelfde rechtsgevolgen ten opzichte van de vordering tot herstel van de schade veroorzaakt door de vernietigde administratieve handeling als een dagvaarding voor het gerecht.
Voorts wordt een nieuw artikel ingelast waarbij artikel 101 van de gecoordineerde wetten van 17 juli 1991 op de Rijkscomptabiliteit wordt vervangen en dat bepaalt dat de verjaring wordt gestuit overeenkomstig de regels van het gemeen recht.
Ten slotte wordt de overgangsbepaling verduidelijkt teneinde rekening te houden met de opmerkingen van de Raad van State ter zake.
Spreker staat positief ten opzichte van de aangebrachte wijzigingen, die ongetwijfeld een verbetering van de tekst inhouden.
III. Stemmingen
Het geheel van het wetsontwerp, zoals het door de Kamer werd geamendeerd, wordt eenparig aangenomen door de 14 aanwezige leden.
Vertrouwen werd geschonken aan de rapporteur voor het opstellen van dit verslag.
De rapporteur, | De voorzitter, |
Francis DÉLPERÉE. | Patrik VANKRUNKELSVEN. |
De door de commissie aangenomen tekst is dezelfde als de tekst geamendeerd door de Kamer en teruggezonden aan de Senaat (zie stuk Kamer, nr. 52-0832/008)