4-122/1

4-122/1

Belgische Senaat

BUITENGEWONE ZITTING 2007

26 JULI 2007


Wetsvoorstel houdende verbod op de kinderhandel

(Ingediend door de heer Philippe Monfils)


TOELICHTING


Dit voorstel neemt de tekst over van het DOC 51 1823/001.

Praktijken waarbij ongeboren of pasgeboren kinderen worden verkocht, verbreiden zich op het internet of zelfs via advertenties in bepaalde media. Het mag dan al voor de hand liggen dat dergelijke commercialisering verwerpelijk is, toch is er geen enkele bepaling in het Strafwetboek die dat duidelijk aangeeft.

Het gaat hier om meer dan louter om praktijken die erop gericht zijn een oplossing te vinden voor steriele paren, wat algemeen met het begrip draagmoederschap wordt aangegeven.

Ook andere gevallen van verkoop van al geboren kinderen kunnen uitbreiding nemen en als men daar niet kordaat een einde aan maakt, dreigt men voor een reusachtig netwerk van kinderhandel komen te staan, waarbij enerzijds winstbejag en anderzijds het gebrek aan scrupules van bepaalde kopers ertoe zou kunnen leiden dat het beginsel van de menselijke waardigheid aan de kant wordt geschoven.

Dit wetsvoorstel vult een leemte in het recht aan door het verhandelen van kinderen strafbaar te stellen. Daartoe wordt in het Strafwetboek een hoofdstuk toegevoegd.

Voorts valt dat soort handel duidelijk onder de mensenhandel. Daarom wordt het misdrijf dat bij dit wetsvoorstel wordt ingesteld, toegevoegd aan de misdrijven die vallen onder de procedure die is voorgeschreven bij de wet van 13 april 1995 houdende bepalingen tot bestrijding van de mensenhandel en van de kinderpornografie; zodoende kunnen de in het kader van die wet erkende instellingen en verenigingen in alle geschillen optreden.

Philppe MONFILS.

WETSVOORSTEL


Artikel 1

Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.

Art. 2

In boek II, titel VII, van het Strafwetboek wordt een hoofdstuk XI ingevoegd, luidende :

« Hoofdstuk XI. Kinderhandel ».

Art. 3

In hetzelfde Wetboek wordt een artikel 391sexies ingevoegd, luidende :

« Art. 391sexies. — Met gevangenisstraf van drie maanden tot een jaar en met geldboete van duizend tot tienduizend euro of met een van die straffen alleen worden gestraft zij die uit winstbejag, ongeacht in welke vorm of met welk middel, hebben voorgesteld afstand te doen van hun al dan niet geboren kind of er afstand van hebben gedaan, om het aan een ander toe te vertrouwen met het oog op adoptie of enig ander doel waarbij zij rechtens of feitelijk van hun ouderlijke rechten afzien.

Met gevangenisstraf van zes maanden tot twee jaar en met geldboete van vijfhonderd tot vijfduizend euro of met een van die straffen alleen worden gestraft zij die, ongeacht op welke wijze, de in het eerste lid bedoelde afstand hebben vergemakkelijkt, aangemoedigd of ertoe hebben bijgedragen. ».

Art. 4

In artikel 10ter, 2, van de voorfgaande titel van het Wetboek van strafvordering worden de woorden « in de artikelen 372 tot 377 » vervangen door de woorden « in de artikelen 372 tot 377, 391sexies ».

Art. 5

Artikel 11, § 1, van de wet van 13 april 1995 houdende bepalingen tot bestrijding van de mensenhandel en van de kinderpornografie wordt aangevuld als volgt :

« 3º de in artikel 391sexies van het Strafwetboek bedoelde misdrijven. ».

12 juli 2007.

Philippe MONFILS.