3-216 | 3-216 |
M. le président. - Mme Gisèle Mandaila Malamba, secrétaire d'État aux Familles et aux Personnes handicapées, adjointe au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique, répondra.
Mevrouw Fatma Pehlivan (SP.A-SPIRIT). - Dit is wellicht mijn laatste vraag in de Senaat, want ik neem afscheid van de Senaat, maar niet van de politiek.
Een verenigd Cyprus waar Turks-Cyprioten en Grieks-Cyprioten vreedzaam en op basis van gelijkheid samen kunnen leven, is van grote betekenis voor de vrede in het oostelijk deel van het Middellandse zeegebied.
Het plan Annan, dat door de hele wereld werd beschouwd als een noodzaak om de conflictsituatie op het eiland te beëindigen, werd door een grote meerderheid, namelijk 64,8%, van de Turks-Cyprioten goedgekeurd in tegenstelling tot de Grieks-Cyprioten die het plan met een nog grotere meerderheid, namelijk 75,8%, verworpen hebben. De Turks-Cyprioten, die zich voor de hereniging van hun eiland hebben uitgesproken, worden verder politiek, cultureel en economisch geïsoleerd.
De belofte van de EU om financiële steun te verlenen aan Noord-Cyprus ten bedrage van 259 miljoen euro, wordt in de praktijk niet nagekomen. Op 22 januari laatstleden hebben de Ministers van Buitenlandse Zaken van de Europese Unie overeenstemming bereikt over het aanknopen van handelsbetrekkingen met Noord-Cyprus. Tot op heden is dat dode letter gebleken. Een recente enquête onder de Turks-Cypriotische bevolking wijst op een verdere daling van het vertrouwen in de EU. Een verdere, langdurige isolatie van de Turks-Cyprioten verhoogt in aanzienlijke mate de kans op onherstelbare schade in hun relatie met Europa.
Wat is de houding van de Belgische regering ten aanzien van de belofte van de Europese Commissie en de Europese Raad om het isolement van Noord-Cyprus op te heffen? Wat is de houding van de Belgische regering ten aanzien van de effectieve uitvoering van de regels om de directe handelsbetrekkingen tussen de EU en Noord-Cyprus onmiddellijk op gang te brengen? Hoe staat de Belgische regering tegenover de opening van de luchthaven Ercan?
Hoe staat de Belgische regering tegenover de aanvaarding en erkenning van de Turkse taal als tweede ambtelijke taal van Cyprus in de EU? Hoe staat de Belgische regering tegenover de vertegenwoordiging van de Turks-Cyprioten in de EU en in het Europees parlement? Hoe staat de Belgische regering tegenover het stopzetten van de discriminatie en uitsluiting van Noord-Cyprus, als deel van Europa, op het gebied van onder meer sport, hoger onderwijs en cultuur?
Heeft de Belgische regering reeds rechtstreeks stappen ondernomen bij de Europese Commissie en bij de Griekse en Turkse regering om het politieke, culturele en economische isolement van Noord-Cyprus te doorbreken? Zo ja, wanneer, hoe en op welke punten zijn er stappen ondernomen? Zo neen, is de Belgische regering alsnog van plan om in de nabije toekomst initiatieven te ondernemen die kunnen bijdragen tot de opheffing van het isolement van Noord-Cyprus of de beëindiging van het Cypriotische conflict?
(Mme Anne-Marie Lizin, présidente, prend place au fauteuil présidentiel.)
Mevrouw Gisèle Mandaila Malamba, staatssecretaris voor het Gezin en Personen met een handicap, toegevoegd aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid. - Ik lees het antwoord van minister De Gucht.
België houdt vast aan de besluiten van de Europese Raad van april 2004 en januari 2007 en ondersteunt initiatieven die het isolement van de Turks-Cypriotische gemeenschap kunnen doorbreken. België wenst dat er snel vooruitgang wordt gemaakt met de bespreking van het voorstel van reglement van de Commissie voor directe handelsrelaties tussen de Europese Unie en het noordelijke deel van Cyprus en ondersteunt de pogingen van het Duitse voorzitterschap om een gemeenschappelijke basis te vinden voor een akkoord.
In mijn contacten met de betrokken actoren heb ik herhaaldelijk benadrukt dat alle betrokken partijen zich flexibel moeten opstellen en toegevingen moeten doen om een evenwichtige oplossing te vinden. Deze oproep vindt tot nu toe onvoldoende gehoor zodat voor concrete dossiers, zoals voor de luchthaven Ercan, geen onmiddellijke oplossing in zicht is.
Op 1 mei 2004 werd het hele eiland lid van de Europese Unie onder de naam Republiek Cyprus. De toepassing van het communautaire acquis is in het noorden van het eiland opgeschort. De regering van Cyprus is dus de enige wettelijke vertegenwoordiger van deze lidstaat.
Voor sport, hoger onderwijs en cultuur zijn uitsluitend de gemeenschappen bevoegd.
In het kader van de financiële enveloppe van 259 miljoen euro die aan het noordelijke deel van het eiland ter beschikking werd gesteld, werd het project Community Scholarship Programme goedgekeurd, een studiebeurzenprogramma ter waarde van vijf miljoen euro. Zowat 240 Turks-Cypriotische studenten en 75 Turks-Cypriotische leerkrachten kunnen met deze beurs één jaar aan een hogeschool of een universiteit van de Europese Unie studeren. In het raam van dit programma studeren binnenkort twee Turks-Cypriotische studenten een jaar in Brussel.
België eerbiedigt het internationaal wettelijk kader en houdt zich meer in het bijzonder aan resoluties 541 en 550 van de VN-Veiligheidsraad. Daarin wordt bepaald dat er geen daden mogen worden gesteld die kunnen worden geïnterpreteerd als een erkenning van het noordelijke deel van het eiland. België houdt vast aan de raadsbesluiten van april 2004 en ondersteunt initiatieven die het isolement van Turks-Cyprioten kunnen doorbreken. In die samenhang verwelkomt ons land de goedkeuring van de veroordeling inzake financiële hulp.
Mevrouw Fatma Pehlivan (SP.A-SPIRIT). - Ik dank de staatssecretaris voor haar antwoord. Ik had een dergelijk antwoord wel verwacht, maar ik hoop toch dat België in de toekomst zowel Noord- als Zuid-Cyprus zal helpen in hun zoektocht naar een oplossing voor het probleem waarmee ze geconfronteerd worden. België kan misschien zelfs het voortouw nemen.