Vragen en Antwoorden

BELGISCHE SENAAT


Bulletin 3-71

ZITTING 2005-2006

Vragen van de Senatoren en antwoorden van de Ministers (Art. 70 van het reglement van de Senaat)

(N.): Vraag gesteld in het Nederlands - (Fr.): Vraag gesteld in het Frans


Minister van Middenstand en Landbouw

Vraag nr. 3-5412 van de heer Steverlynck d.d. 9 juni 2006 (N.) :
Commissie voor vrijstelling van bijdragen. — Motivering van de beslissingen. — Vermelding van de beroepsmogelijkheden. — Informaticaprogramma.

Het College van de federale ombudsmannen stelde in 1998 vast dat de Commissie voor vrijstelling van bijdragen (CVB) de wettelijke verplichting om haar beslissingen te motiveren, niet volledig nakwam. Ook vermeldde de CVB de bestaande beroepsmogelijkheden tegen haar beslissingen niet.

Hierop werd een project uitgewerkt om tegemoet te komen aan de opmerkingen van het College. Het bedoelde project stond in voor de invoering van een aantal standaard motiveringsformules die beantwoorden aan de verschillende situaties waarmee de CVB kan worden geconfronteerd. Nadat de nodige budgetten werden vrijgemaakt, werd het project uiteindelijk ook effectief uitgevoerd.

Vorig jaar bracht de directie-generaal Zelfstandigen van de FOD Sociale Zekerheid het College van de federale ombudsmannen op de hoogte dat het verwachte informatieprogramma voor de verwerking van de beslissingen van de CVB zou worden ontwikkeld in de loop van 2006.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen :

1. Hoe evalueert de geachte minister het project voor het invoeren van standaard motiveringsformules ? Voldoet het project aan de verwachtingen ? Worden de beslissingen van de CVB nu voldoende gemotiveerd ? Waaraan dient nog te worden gesleuteld ?

2. Vermeldt de CVB de bestaande beroepsmogelijkheden tegen haar beslissingen ?

3. Hoever staat men met de ontwikkeling van het bewuste informaticaprogramma ? Welk budget werd hiertoe vrijgemaakt ? Wanneer zal het programma kunnen worden geïmplementeerd ?

Antwoord : Als antwoord op de door hem gestelde vragen en in aansluiting op mijn voorlopig antwoord op zijn vraag nr. 3-5300 van 24 mei 2006 (Vragen en Antwoorden nr. 3-70, blz. 7182) heb ik de eer het geachte lid hierna het volgende mee te delen.

Op verzoek van het College van de federale ombudsmannen en in samenspraak met dit College werden reeds in april 2003 gedeeltelijk aanpasbare en individualiseerbare motiveringsformules ingevoerd in alle beslissingen van de Commissie voor vrijstelling van bijdragen. Daarbij werd getracht om enerzijds te voldoen aan de wettelijke verplichting tot motivering en anderzijds de goede werking van de Commissie niet te hypothekeren, iets waarvan de zelfstandigen uiteraard het eerste slachtoffer zouden zijn.

In het licht van wat voorafgaat dient te worden gesteld dat het gerealiseerde project voldoet aan de verwachtingen.

Het is zeer moeilijk te stellen dat de huidige formules al dan niet moeten geacht worden voldoende te zijn, zeker is echter wel dat de huidige werkwijze voor alle betrokken partijen de enige momenteel echt haalbare is, rekening houdend met de belangen van de doelgroep. Hoe dan ook beschikt de Commissie in het geïnformatiseerd systeem eveneens over een vrije zone die zij kan benutten indien zij oordeelt dat een bijkomende motivering noodzakelijk is.

Bij het invoeren van de voormelde motiveringsformules werd ook voorzien in het opnemen in het beslissingsdocument van de beroepsmogelijkheid bij de Raad van State. Sindsdien wordt deze mogelijkheid systematisch vermeld op alle beslissingen van de Commissie. Wel heeft, in overleg met het College van Federale Ombudsmannen, nog een aanpassing plaatsgevonden met het oog op het verhogen van de leesbaarheid.

De huidige informatica-applicatie, die dateert van het begin van de jaren 90, is inderdaad dringend aan modernisering toe. Het herschrijven van de applicatie gebeurt in nauwe samenwerking tussen enerzijds de betrokken directie-generaal en de dienst ICT van de FOD Sociale Zekerheid en anderzijds een privéfirma die werd gekozen door middel van een procedure van openbare aanbesteding. De toewijzing gebeurde op 1 juni 2005. Na de analysefase die plaatsvond in de tweede helft van 2005 is nu de ontwikkelings- en testfase in volle uitvoering, welke moet worden afgerond in de loop van dit jaar. In principe is de implementatie voorzien voor het vierde kwartaal van 2006. Het budget dat is voorzien bedraagt 516 777 euro.

Voormelde modernisering is er vooral op gericht om de werkbaarheid van het informaticasysteem te verhogen en zodoende technische problemen te vermijden, wat uiteraard, een positief effect heeft naar de behandeling van de dossiers toe. In se betreft, zij niet onmiddellijk de inhoud van de documenten, wat niet belet dat daarnaast ook aandacht wordt besteed aan de formulering van die documenten.