3-121

3-121

Belgische Senaat

Handelingen

DONDERDAG 30 JUNI 2005 - NAMIDDAGVERGADERING

(Vervolg)

Mondelinge vraag van de heer Stefaan Noreilde aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid over «de controle van slagers door de stedelijke inspectiediensten» (nr. 3-768)

De heer Stefaan Noreilde (VLD). - In Gent werden twee slagers tot een boete veroordeeld omdat ze in hun zaak een ruim assortiment voedingswaren aanboden. Volgens de Gentse strafrechter mogen slagers op basis van een koninklijk besluit van 1955 alleen vlees verkopen. Aan de basis van de veroordeling ligt een proces-verbaal van de stedelijke inspectiedienst van Gent. Ook het Federaal agentschap voor de veiligheid van de voedselketen(FAVV) staat in voor controles, op basis van een rondzendbrief uit 1997 van voormalig minister van Volksgezondheid Colla, die de verkoop van andere voedingswaren toestaat als bepaalde hygiënemaatregelen in acht worden genomen.

Vorige week verklaarde de minister in de Senaat aan collega Dedecker dat hij tegen eind 2005 een nieuw koninklijk besluit wil uitvaardigen. De rechtsonzekerheid zal dus nog enkele maanden voortduren, te meer daar de stedelijke inspectiediensten zich op het koninklijk besluit van 1955 blijven baseren.

Heeft de minister al met de vier stedelijke inspectiediensten overlegd over de toepassing van de rondzendbrief? Hebben ze hem gemeld dat ze vanaf heden de rondzendbrief-Colla zullen toepassen, net als het FAVV?

Indien de minister nog geen contact met de vier stedelijke inspectiediensten heeft gehad, wil hij ze dan vragen of ze bereid zijn de rondzendbrief van 1997 toe te passen in plaats van het strenge koninklijke besluit van 1955 totdat het nieuwe koninklijke besluit in werking treedt?

Als de minister niet bevoegd is voor de stedelijke inspectiediensten, wie is dan wel bevoegd?

De heer Rudy Demotte, minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid. - Sinds november 2004 pleegt het FAVV geregeld overleg met de vier stedelijke inspectiediensten. Die vergaderingen hebben een tweeledig doel. Ten eerste is het de bedoeling de acties van het FAVV en de acties van de stedelijke inspectiediensten op elkaar af te stemmen. Ook wil men komen tot een geharmoniseerd controlebeleid op het terrein, en dit onder meer door een uniforme interpretatie van de bestaande regelgeving.

In november 2004 werd het probleem van de slagerijen uitgebreid besproken. De stedelijke inspectie van Gent heeft zich er toen toe verbonden om in afwachting van het nieuwe koninklijke besluit de rondzendbrief van minister Colla toe te passen.

Uit de briefwisseling maak ik op dat de stedelijke inspectie van Gent in het verleden een ander beleid voerde en geen rekening hield met de rondzendbrief-Colla.

Ik heb de vraag wie bevoegd is voor de controle op het terrein - het FAVV of de stedelijke inspectiediensten - voorgelegd aan de Raad van State, teneinde alle mogelijke misverstanden uit de weg te werken.

De bestaande wetgeving zal door het nieuwe koninklijke besluit grondig worden gewijzigd. Hierbij zal de filosofie van de rondzendbrief van 1997 worden gevolgd.

Uiteraard werd hierover uitvoerig overleg gepleegd met de betrokken sectoren. Tevens worden de nieuwe Europese hygiëneverordeningen die vanaf 1 januari 2006 van toepassing zijn, geïntegreerd in het nieuwe koninklijk besluit.

Het ontwerp van koninklijk besluit betreffende de detailhandel in bepaalde voedingsmiddelen van dierlijke oorsprong werd besproken in het raadgevend comité van het FAVV op 23 maart en 25 mei 2005. Op 30 mei 2005 heeft het wetenschappelijk comité van het FAVV advies uitgebracht. Het ontwerp van koninklijk besluit zal eerstdaags voor advies worden voorgelegd aan de Raad van State en vervolgens voor ondertekening aan de Koning.

De heer Stefaan Noreilde (VLD). - Uit het antwoord van de minister concludeer ik dat de inspectiediensten de rondzendbrief-Colla volgen sinds november 2004, dat de slagerijen rechtszekerheid hebben en dat de minister met spoed werk maakt van een nieuw koninklijk besluit. Vanzelfsprekend zal ik dit antwoord graag aan de sector meedelen.

De heer Rudy Demotte, minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid. - Het proces-verbaal dat in Gent werd opgemaakt was gebaseerd op een andere interpretatie van de regelgeving. Inmiddels werd overleg gepleegd met het FAVV en nu is afgesproken om toekomstige inspecties te baseren op de rondzendbrief van 1997.

Dat heeft evenwel geen invloed op de uitspraak in Gent die betrekking had op feiten uit het verleden.