3-96

3-96

Sénat de Belgique

Annales

JEUDI 3 FÉVRIER 2005 - SÉANCE DE L'APRÈS-MIDI

(Suite)

Demande d'explications de Mme Mia De Schamphelaere au vice-premier ministre et ministre de l'Intérieur, au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique et au ministre de la Fonction publique, de l'Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l'Égalité des chances sur «l'accueil et l'accompagnement des demandeurs d'asile qui souffrent de troubles mentaux» (nº 3-565)

Mevrouw Mia De Schamphelaere (CD&V). - Asielzoekers zijn mensen die pogen een onveilige situatie te ontvluchten en in een ander land een veilig heenkomen zoeken. Soms hebben deze mensen psychisch heel wat meegemaakt en staan ze op dat punt zwak.

Eigenlijk is er voor deze mensen nog maar heel weinig georganiseerd. Plaatselijke OCMW's werken wel graag mee aan het beleid inzake spreiding van asielzoekers, maar worden op dit vlak met grote moeilijkheden geconfronteerd. Geestesgestoorde asielzoekers of asielzoekers die bijvoorbeeld een zware depressie doormaken, zijn niet in staat om alleen te wonen in de aangeboden woning. Ze hebben ook geen familierelaties, geen mensen die voor hen zorgen rondom zich en worden eigenlijk aan hun lot overgelaten.

Bovendien is tot op heden de steun die OCMW's met terugbetaling van de overheid kunnen verlenen, volgens de organieke wet van 8 juli 1976 beperkt tot de dringende medische hulp. Dat impliceert dat de verzorging van deze personen in een psychiatrische afdeling van een algemeen ziekenhuis door de overheid wordt terugbetaald tegen het tarief van de ligdagprijs. Het probleem is echter dat er lange wachtlijsten zijn of dat heel veel gewone ziekenhuizen zwaar gestoorde patiënten weigeren.

Wanneer de OCMW's dergelijke personen in een gespecialiseerd psychiatrisch ziekenhuis willen laten opnemen, dan is er in de praktijk veelal geen terugbetaling. Zelfs als deze instellingen in het kader van de wet op de gedwongen opname verplicht zijn om mensen zonder wettig verblijf op te nemen, dan nog wordt er niet voorzien in terugbetaling aan de OCMW's. Dit schept ernstige problemen, onder meer van budgettaire aard. De kern van dit probleem ligt in de omschrijving van het begrip `verplegingsinstelling' in artikel 1 van de wet van 2 april 1965 betreffende de tenlasteneming van steun verleend door de OCMW's.

Welke aanpak hanteert de FOD Binnenlandse Zaken in dergelijke gevallen? Acht de minister van Binnenlandse Zaken deze aanpak voldoende of wordt er gewerkt aan een meer specifieke opvang? Acht de minister van Sociale Zaken het een goed initiatief om voor psychisch gestoorde asielzoekers ook de opvangkosten in psychiatrische ziekenhuizen of psychiatrische verzorgingstehuizen ten laste te nemen? Zal de minister daartoe bijvoorbeeld de wet van 2 april 1965 aanpassen?

De heer Christian Dupont, minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen. - Ik zal antwoorden op vragen betreffende aspecten die onder mijn bevoegdheid vallen.

In de huidige stand van zaken worden psychiatrische ziekenhuizen, psychiatrische verzorgingstehuizen en initiatieven van beschut wonen voor psychiatrische patiënten voor de terugbetaling van de kosten aan de OCMW's niet als verplegingsinstellingen beschouwd. De kosten kunnen dan ook niet als verplegingskosten worden terugbetaald, maar enkel als bijstandskosten, beperkt tot het bedrag van het leefloon. Deze regeling geldt niet enkel voor asielzoekers, maar voor elke behoeftige.

Dat de wetgever psychiatrische instellingen daarentegen gelijkstelt met opvanginstellingen zoals rustoorden en instellingen voor gehandicapten is het resultaat van een grondig overleg en een uitgebreid parlementair debat. Dit heeft een dubbel doel: een einde maken aan de talrijke interpretatieproblemen en een billijke spreiding van de kosten over de verschillende OCMW's. De OCMW's moeten echter in elk geval, ongeacht de terugbetalingsmogelijkheden, de vereiste steun verlenen om de betrokkene in de mogelijkheid te stellen een menswaardig bestaan te leiden.

Er is rond deze thematiek overleg aan de gang met enkele NGO's, zoals het Medisch Steunpunt mensen zonder papieren, Artsen zonder grenzen, de VVSG, het Vlaams Minderhedencentrum en Oriëntatiepunt gezondheidszorg. De werkgroep heeft mij een voorstel gegeven met betrekking tot de terugbetaling door de staat aan de OCMW's van de opnamekosten in een psychiatrische instelling. Dit voorstel wordt momenteel door leden van mijn kabinet onderzocht. De vergaderingen met de werkgroep worden voortgezet. In ruimere zin wens ik bij het omzetten van de Europese richtlijn met betrekking tot een kwalitatieve opvang van asielzoekers meer aandacht te besteden aan de geestelijke gezondheidszorg van asielzoekers.

Er zullen proefprojecten met zorgverstrekkers worden gestart en er zal eveneens gewerkt worden aan een betere bewustmaking van het personeel in de centra. Op die manier zullen psychische problemen in een beginfase kunnen worden opgemerkt.

Mevrouw Mia De Schamphelaere (CD&V). - Ik zal dit van heel nabij volgen. Ik hoop dat het niet zo maar een aankondiging is, maar dat er effectief aan oplossingen wordt gewerkt.