3-90

3-90

Belgische Senaat

Handelingen

WOENSDAG 22 DECEMBER 2004 - NAMIDDAGVERGADERING

(Vervolg)

Artikelsgewijze bespreking van het ontwerp van programmawet (Stuk 3-966) (Evocatieprocedure)

(De tekst aangenomen door de commissies is dezelfde als de tekst van het door de Kamer van volksvertegenwoordigers overgezonden ontwerp. Zie stuk Kamer 51-1437/35.)

(De tekst van de amendementen wordt uitzonderlijk in de bijlage opgenomen.)

Mevrouw Mia De Schamphelaere (CD&V). - Wij hebben niet alle amendementen opnieuw ingediend, maar uitsluitend de amendementen die wij belangrijk achten voor de uitvoering van ons partijprogramma en uiteraard ook voor de samenleving.

Amendement 94, ter invoering van een artikel 3bis, strekt ertoe de sociale zekerheidsbijdragen op premies voor ploegenarbeid en nachtarbeid af te schaffen. We moeten oog hebben voor de concurrentie tussen Antwerpse en Rotterdamse bedrijven. In Nederland wordt onregelmatig werk en nachtwerk veel meer gewaardeerd dan in ons land. Premies voor ploegenarbeid en nachtarbeid mogen niet als loon worden beschouwd. Ditzelfde amendement 94 evenals ons amendement 95, ter invoering van een artikel 16bis, voorzien in een afschaffing van de belasting op de ploegenarbeid.

Mevrouw Mia De Schamphelaere (CD&V). - Amendement 98 ter invoering van een artikel 16bis heeft betrekking op het fonds voor collectieve uitrustingen. Alle maatregelen inzake kinderopvang, dagopvang en buitenschoolse opvang behoren tot de bevoegdheid van de gemeenschappen. Het fonds blijft op federaal niveau bestaan. De middelen ervan moeten eerlijk worden verdeeld op basis van het aantal Vlaamse en Franstalige kinderen dat recht heeft op kinderbijslag. De bijkomende middelen moeten op basis van dezelfde verdeelsleutel worden verdeeld. De invoering van een dergelijke maatregel kan gemakkelijk worden gerealiseerd en kost bovendien niets.

Amendement 116 heeft betrekking op het hoofdstuk Sociale Zaken, artikelen 92 tot 105. De minister had ons verzekerd dat de artikelen over sociale zaken bij de programmawet horen en dat er in het voorjaar een belangrijk wetsontwerp op de gezondheidszorg zou worden besproken. Thans stellen we vast dat in hoofdstuk 10 van de programmawet heel de wet op de experimenten met menselijke personen bijna volledig wordt herschreven. Deze wet, die nog maar zes maanden bestaat, kan inderdaad al worden geëvalueerd. De ethische comités hebben opmerkingen in die zin geformuleerd. Het is echter niet duidelijk waarom de wet al op 1 januari 2005 moet zijn hervormd. We pleiten voor een uitgebreide bespreking in het voorjaar en stellen voor om de artikelen die betrekking hebben op de bovengenoemde wet, te schrappen zodat we in de Senaatscommissie een grondige bespreking kunnen voeren.

Amendement 113 ter invoering van de artikelen 127bis tot 127novies, heeft betrekking op het vrijwilligerswerk. Werklozen die een vergoeding ontvangen ondervinden vaak moeilijkheden wanneer ze zich vrijwillig voor de samenleving willen inzetten. Vrijwilligerswerk oefent nochtans een gunstige invloed uit op de motivatie en de mentaliteit van mensen die op een bepaald ogenblik tot passiviteit worden gedwongen.

Mijn amendement 118 strekt ertoe een artikel 173octies in te voeren. Het betreft een maatregel die perfect past in het concept van de actieve welvaartsstaat, namelijk zoveel mogelijk mensen op de arbeidsmarkt houden op een manier dat ze ook andere levensdoelen kunnen realiseren. Het betreft namelijk een uitbreiding van het ouderschapsverlof.

De heer Jan Steverlynck (CD&V). - Amendement 87 ter invoering van een artikel 175bis betreft de meewerkende echtgenote. Wij wensen de garantie dat het pensioen dat zij opbouwt op gezinsniveau niet minder zal zijn dan wat momenteel bestaat. De oorspronkelijke in de wet opgenomen maatregel werd herschreven. De nieuwe versie geeft onvoldoende garantie dat het gezinspensioen even hoog zal zijn. Daarom willen wij de tekst aanpassen.

Ook amendement 88 tot invoering van een artikel 175ter heeft te maken met de meewerkende echtgenote. Uit diverse simulaties is gebleken dat men minstens een eigen loopbaan van dertig jaar moet hebben om op dat vlak een voordeel te hebben. Wij wensen het tijdstip voor vrijstelling te bepalen op het jaar 1971 in plaats van op het jaar 1956. We weten dat de minister een aantal voorstellen heeft gedaan om dat op een andere manier op te lossen. Dat gaat echter niet in de goede richting, omdat de minister overweegt ook aan het vrijwillige ministatuut pensioenrechten toe te kennen. Dat is rechten toekennen zonder dat iets wordt betaald. Dat is moeilijk te financieren. Het enige alternatief is de inkomsten die op gezinsniveau werden verworven exact te verdelen in 50% voor de man en 50% voor de vrouw zodat zij beiden 50% van de inkomsten hebben en allebei meer pensioenrechten kunnen opbouwen. Als dat niet kan, gaan we niet akkoord met de tekst zoals hij wordt voorgesteld en zullen wij het amendement ter stemming voorleggen.

De heer Hugo Vandenberghe (CD&V). - Voor amendement 1 en al mijn andere amendementen verwijs ik naar mijn schriftelijke verantwoording.

De heer Jan Steverlynck (CD&V). - Amendement 73 op artikel 339 strekt ertoe de verpakkingsheffing niet te doen ingaan nu, maar te wachten tot na de evaluatie.

Amendement 74 op artikel 364 strekt ertoe de aftrekbaarheid van de restaurantkosten ten belope van 75% te doen ingaan op 1 januari 2005.

Amendement 75 op artikel 367 strekt ertoe de aftrekbaarheid van 50% van de bedrijfsvoorheffing, die op 1 januari moest ingaan maar uitgesteld werd tot 1 oktober, alsnog te doen ingaan op 1 januari.

Amendement 82 op artikel 419 strekt ertoe de volledige en gedeeltelijke vrijstellingen van accijnzen op energieproducten voor energie-intensieve bedrijven, waarin begin dit jaar was voorzien, maar die nu worden afgeschaft, te behouden. Ondertussen hebben immers ook de gewestelijke regeringen hun beleid daarop afgestemd. Zij hebben in het overlegcomité overleg gevraagd over deze maatregel die hun beleid doorkruist.

Amendement 140 strekt ertoe de verlaging van de energiebijdrage op groene stookolie, die krachtens de programmawet van juli laatstleden met ingang van 1 januari 2005 moest ingaan, maar nu wordt ingetrokken, alsnog te doen ingaan op 1 januari 2005.

Amendement 83 op artikel 429 strekt ertoe de vrijstelling die sinds februari 2004 geldt voor de accijnzen op steenkool voor de elektriciteitsproductie en die nu wordt afgeschaft, te behouden.

Amendement 84, eveneens op artikel 429, strekt ertoe de in het vooruitzicht gestelde vrijstelling van accijnzen op afgewerkte energieproducten en die wordt afgeschaft om de overheidskas extra middelen te bezorgen, te behouden.

De heer Yves Buysse (VL. BELANG). - Voor amendement 139 op artikel 450 verwijs ik naar de toelichting bij de algemene bespreking.

-De stemming over de amendementen wordt aangehouden.

-De aangehouden stemmingen en de stemming over het wetsontwerp in zijn geheel hebben later plaats.