3-61

3-61

Sénat de Belgique

Annales

JEUDI 3 JUIN 2004 - SÉANCE DE L'APRÈS-MIDI

(Suite)

Projet de loi transposant la décision du Conseil de l'Union européenne du 28 février 2002 instituant Eurojust afin de renforcer la lutte contre les formes graves de criminalité (Doc. 3-661)

Discussion générale

M. le président. - M. Chevalier, rapporteur, se réfère à son rapport écrit.

De heer Hugo Coveliers (VLD). - Dit ontwerp is té belangrijk om het te laten passeren met een loutere verwijzing naar het schriftelijke verslag. Het is een bevestiging van een evolutie die reeds geruime tijd is ingezet. Die evolutie wordt echter vaak in het gedrang gebracht op Europees niveau.

Eurojust is een groep van 25 magistraten die proberen te bemiddelen wanneer bij een onderzoek twee of meer lidstaten van de EU betrokken zijn. In het verslag wordt verwezen naar de Europese procureur-generaal. Dat is evenwel een heel andere instelling. Collega Vandenberghe heeft daar in de commissie op gewezen. Gelukkig is dat iets anders, want een aantal lidstaten met een Angelsaksisch systeem kunnen een procureur-generaal erg moeilijk verteren. Waarschijnlijk duurt het nog enkele decennia vooraleer zij dat kunnen aanvaarden.

Uit de teksten blijkt dat bepaalde regels van uitwisseling van gegevens niet afdwingbaar zijn. Zo kan bijvoorbeeld moeilijk van een bepaald Land in Duitsland of een bepaalde streek in Frankrijk medewerking worden geëist voor een bepaald onderzoek. Voor de magistraten van Eurojust is het van het allergrootste belang dat zij proberen via onderhandelen en goede contacten met de nationale magistraten tot uitwisseling te komen. Het is positief dat Eurojust nu wordt geleid door een zeer enthousiaste Britse magistraat die erg positief staat tegenover Europese samenwerking. Hij probeert tot een zekere organisatie te komen waardoor bij de besprekingen van dossiers enkel de geïnteresseerde landen worden betrokken.

Naast Eurojust bestaat ook het European Judicial Network. Het secretariaat daarvan wordt waargenomen door personeelsleden van Eurojust. Een aantal magistraten uit de 25 EU-lidstaten werken daarin op een vrijwillige basis samen. Zo kunnen er dus rechtstreekse contacten zijn tussen bijvoorbeeld Zweedse en Italiaanse magistraten, al blijkt de taal in dat geval wel een probleem te zijn. In sommige zuiderse landen is de kennis van het Engels immers kleiner.

Wij keuren met het volste vertrouwen deze tekst goed. Het is goed dat de Belgische vertegenwoordiger in Eurojust een duidelijk statuut krijgt en dat hij duidelijke verbindingen heeft met de Belgische magistratuur. Het is ook belangrijk dat er nu assistentie zal worden verleend. We zullen er wel rekening mee moeten houden dat Eurojust nog tot de derde pijler van de Europese samenwerking behoort, net zoals Europol. De uitbreiding van de EU heeft daaraan een nieuwe dimensie gegeven. Men zal de nieuwe lidstaten moeten overtuigen van het belang van deze samenwerking.

De Belgische magistraten zouden, hetzij via de Hoge Raad voor de Justitie, hetzij op een andere manier, net zoals de politiediensten, moeten worden aangemoedigd om samen te werken met Europol om informatie uit te wisselen om op die manier te komen tot de oplossing van een aantal zaken die de Belgische grenzen te buiten gaan. Dat betekent soms dat men een bepaalde zaak niet in België zal vervolgen, maar dan bestaat wellicht de zekerheid dat ze zal worden vervolgd in een ander land.

Alleszins zullen wij deze tekst goedkeuren.

Mme Laurette Onkelinx, vice-première ministre et ministre de la Justice. - Je remercie M. Coveliers. Il était en effet important de souligner la quantité et la qualité du travail d'Eurojust.

-La discussion générale est close.