3-21

3-21

Belgische Senaat

Handelingen

DONDERDAG 20 NOVEMBER 2003 - NAMIDDAGVERGADERING

(Vervolg)

Mondelinge vraag van de heer Hugo Vandenberghe aan de eerste minister, aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven en aan de minister van Financiën over «de verklaringen van de regering tijdens het Sabenadebat op 8 november 2001 over de waardeloosheid van de slots en de vaststellingen van de rechtbank van koophandel te Brussel van 30 juni 2003» (nr. 3-73)

De heer Hugo Vandenberghe (CD&V). - Tijdens het Sabenadebat op donderdag 8 november 2001 heb ik de regering erop gewezen dat de slots van Sabena een immateriële waarde zijn met een belangrijke commerciële waarde, essentieel voor het hubsysteem dat Sabena op dat ogenblik 11 jaar eerder in het leven had geroepen om de verbindingen vanuit Brussel te blijven verzekeren. De heer Daems antwoordde daarop: "U moet echter weten dat een slot een eigenaardig beestje is. Zodra een maatschappij failliet is, heeft ze haar slots niet meer. Slots zijn dus geen activa".

Uit de lezing van het vonnis van de rechtbank van koophandel van 30 juni 2003 blijkt echter dat de slots op 6 november 2001 werden overgedragen aan NV DAT en dat ingeval NV DAT deze slots zou verkopen, de opbrengst aan de NV Sabena diende te worden terugbetaald. Op 5 november 2001 was er overigens een aanbod van British Airways om de slots in Heathrow voor 50 miljoen pond te kopen. Deze slots werden vervolgens door de NV DAT verkocht voor 38 miljoen pond, waarvan maar 25 miljoen pond aan de failliete boedel van Sabena werd terugbetaald. Deze merkwaardige gang van zaken roept enkele vragen op.

Was de regering, als hoofdaandeelhouder, op de hoogte van de gratis overdracht van de slots één dag voor het faillissement van Sabena aan de NV DAT en van het aanbod van British Airways op dat ogenblik? Indien de regering daarvan niet op de hoogte was, hoe kunnen de bestuurders die de Belgische staat vertegenwoordigen, dan een dergelijke beslissing goedkeuren? Indien de regering daarvan wel op de hoogte was, hoe kan dan verklaard worden dat de heer Daems in de Senaat beweerde dat slots geen activa zijn?

De heer Guy Verhofstadt, eerste minister. - Aangezien deze problematiek vorige week uitgebreid aan bod is gekomen tijdens het vragenuurtje in de Kamer, verwijs ik de heer Vandenberghe naar het antwoord dat ik vorige week in de plenaire vergadering van de Kamer heb gegeven. Overigens heeft de bevoegde rechter zich akkoord verklaard met de overdracht van de slots aan DAT, iets wat de heer Vandenberghe niet heeft vermeld.

Vorige week hebben bepaalde parlementsleden laten uitschijnen dat de regering de beslissing om de slots aan DAT over te dragen voor het Parlement heeft verzwegen. Uit een onderzoek van de voorzitter van de Kamer, de heer De Croo, blijkt dat de onderzoekscommissie inzake Sabena reeds op 10 april 2002 in het bezit was van het proces-verbaal met de beslissing van de raad van beheer van Sabena van 6 november 2001 om de slots aan DAT over te dragen staat en om het bod van British Airways af te wijzen. De insinuaties van de heer Vandenberghe en zijn partijgenoten in de Kamer dat de regering informatie heeft achtergehouden, kloppen dus niet. Ik zal een kopie van de documenten aan de heer Vandenberghe bezorgen.

De rechtbank van koophandel heeft vandaag in het hetzelfde dossier een uitspraak gedaan inzake een vordering van de Belgische Staat tegen het vroegere SwissAir. Met SwissAir bedoel ik de vennootschappen in vereffening en niet de nieuwe maatschappij Swiss. Die vordering is een van de vele die de Belgische aandeelhouders, de Belgische Staat en de curatoren hebben ingesteld omdat ze van oordeel zijn dat de Zwitsers bepaalde overeenkomsten die ze in januari en augustus 2002 met de Belgische aandeelhouders hadden gesloten, niet hebben nageleefd.

Voor het eerst heeft een Belgische rechtbank in deze procedure een uitspraak gedaan. Het gaat niet over de verantwoordelijkheid van SwissAir bij de vlootvernieuwing van Sabena in 1997 of andere fouten die SwissAir heeft gemaakt bij het bestuur en het management van Sabena. Enkel en alleen de curatoren zijn immers bevoegd procedures in te stellen met betrekking tot de schade geleden door Sabena en de schuldeisers.

Over die heel belangrijke aspecten werd nog geen uitspraak geveld. De vordering van de aandeelhouders waarover de rechtbank nu uitspraak heeft gedaan, is beperkter en gaat alleen over de contractuele verhoudingen tussen de aandeelhouders.

De rechtbank heeft in het vonnis in duidelijke termen de dubbele contractbreuk van de Zwitserse aandeelhouders van Sabena vastgesteld, namelijk met betrekking tot de overeenkomst gesloten met de Zwitsers op 24 en 25 januari 2001 en met betrekking tot het zogenaamde hotelakkoord van 2 augustus 2001. De rechtbank was ook van oordeel dat de crisis in de luchtvaartsector, die het gevolg is van de aanslagen van 11 september, geen excuus vormde voor SAir Group en SAir Lines om contractbreuk te plegen.

Ter informatie kan ik ook meedelen dat de rechtbank een tegeneis van een vroegere SwissAir-vennootschap heeft afgewezen, zijnde de eis tot terugbetaling van een lening van 100 miljoen euro aan FIM, omdat de fouten van SAir Group en SAir Lines hebben bijgedragen tot het faillissement van Sabena.

De rechtbank heeft nog geen vergoeding vastgesteld voor de specifieke schade die werd geleden door de Belgische aandeelhouders. Het is evenwel evident dat het merendeel van de schade werd geleden door Sabena zelf en niet door de aandeelhouders. Voor het eerst in deze reeds lang aanslepende zaak verleent het vonnis de curatoren van Sabena een belangrijke bijkomende basis om een schadevergoeding te vorderen.

We zullen de juiste draagwijdte van dit vonnis analyseren in het licht van de verdere vrijwaring van de belangen van de Belgische aandeelhouders. Dit is alleszins een eerste ronde in een vermoedelijk uitgebreid contentieux dat - laten we ons geen illusies maken - waarschijnlijk nog heel wat jaren zal aanslepen.

Voor het overige verwijs ik naar het verslag van de plenaire Kamervergadering, waar ik vorige week al in detail heb geantwoord op de diverse vragen van de heer Vandenberghe.

De heer Hugo Vandenberghe (CD&V). - Ik vind het bijzonder merkwaardig dat als in de Senaat een andere vraag wordt gesteld dan in de Kamer, naar het antwoord wordt verwezen dat in de Kamer werd gegeven.

De heer Guy Verhofstadt, eerste minister. - Het ging om dezelfde vraag.

De heer Hugo Vandenberghe (CD&V). - Neen, want daar werd gevraagd of de rechtbank, indien ze kennis zou hebben gehad van het aanbod van British Airways, Sabena failliet zou hebben verklaard. Ik besef evenwel dat het schadelijker is voor de democratie dat parlementsleden het woord nemen dan dat ministers op deze tribune de waarheid niet zeggen.

Ik vroeg hoe de regering verklaart dat minister Daems op mijn vraag om uitleg van 8 november 2001 antwoordt dat slots geen activa zijn, er op 6 november een bod van 50 miljoen pond werd gedaan op een beperkt gedeelte van de slots en een dag voor het faillissement de slots gratis werden overgedragen. De eerste minister, die het faillissementsrecht uitstekend kent, weet heel goed dat als een gewone vennootschap dergelijke activa een dag voor het faillissement overdraagt, dit tot grote problemen leidt.

Daarenboven heeft Sabena het bod en de overdracht voor iedereen verborgen gehouden. Ik verwijs in dit verband naar het gedeelte van het vonnis dat betrekking heeft op de door mij gestelde vraag. Op pagina vijf van het vonnis verwijst de rechtbank te Brussel naar al deze gegevens: het aanbod van British Airways, de gratis overdracht van de slots aan DAT, de afspraak om bij verkoop van de slots de NV Sabena terug te betalen. De rechter zegt:"... que cette offre a été celée au tribunal tant par la SA Sabena sous sursis que par le commissaire au sursis". Er staat ook dat ze er maar kennis heeft van genomen eind december 2001. Maar, zoals ik al zei, parlementsleden die spreken, zijn blijkbaar een veel groter gevaar voor de democratie dan het omstandig verzwijgen van de waarheid door de minister op het spreekgestoelte van de Senaat.

Ik hoop dat de curator van Sabena alle processen wint, maar de ene contractbreuk verantwoordt de andere niet. Het is niet omdat SwissAir zijn verplichtingen niet naleeft, dat de regering van een democratisch land gemachtigd is duidelijke vragen over de commerciële waarde van de slots niet correct te beantwoorden.

De heer Guy Verhofstadt, eerste minister. - Blijkbaar recidiveert de heer Vandenberghe. Ik overhandig de voorzitter het verslag van de Kamer waarin ik op alle vragen antwoord.

De heer Hugo Vandenberghe (CD&V). - De manier waarop de premier optreedt, is een gevaar voor de democratie. De regering wil ons doen zwijgen.

Als een gewone vennootschap zou doen wat de raad van bestuur van Sabena doet, ... (Onderbrekingen van de heer Moureaux) Ik begrijp dat de heer Moureaux verveeld is met deze vraag, want het lot van Sabena gaat hem ook aan. Ik stel echter vast dat in ons land vandaag `progressief' gelijk staat aan `repressief'.

De voorzitter. - Ik zeg op elke vergadering van het Bureau dat het niet goed is om iedere week vragen te stellen in de Senaat die vlak voordien in de Kamer werden gesteld.