2-279

2-279

Belgische Senaat

Handelingen

DONDERDAG 27 MAART 2003 - NAMIDDAGVERGADERING

(Vervolg)

Regeling van de werkzaamheden

De heer Marcel Colla (SP.A). - Ik kreeg zopas een uitnodiging voor een gemeenschappelijke vergadering met de Kamer van volksvertegenwoordigers over de situatie in Irak. Mag ik ervan uitgaan dat het Bureau van de Senaat van oordeel is dat België een militaire missie in Irak heeft? Anders begrijp ik niet waarom de leden van de commissie Deelname aan buitenlandse missies uitgenodigd zijn. Sta me toe als voorzitter van de commissie voor de Buitenlandse Betrekkingen en voor de Landsverdediging deze vormelijke opmerking te maken.

De gemeenschappelijke vergadering heeft morgen plaats om 14 uur. Maar morgen wordt hier in plenaire vergadering het verslag van de parlementaire onderzoekscommissie Grote Meren besproken. Dat dit debat op een vrijdag om 14 uur geagendeerd wordt, is al een waardemeter van de interesse van deze Hoge Vergadering voor dit onderwerp!

Wordt er verondersteld dat de bespreking om 16 uur gedaan zal zijn of zal de bespreking worden onderbroken? De voorzitter, een ondervoorzitter, de twee rapporteurs en twee leden van de onderzoekscommissie zijn lid van de commissie Deelname aan buitenlandse missies. Als die allemaal vertrekken, zal hier waarschijnlijk niet veel volk meer zitten.

Hoe zal dit alles worden georganiseerd? Zal het debat over het verslag van de onderzoekscommissie vlug worden afgehaspeld, zodat we om 16 uur naar de gemeenschappelijke vergadering kunnen? Of wordt de plenaire vergadering onderbroken en mogen we een hotelkamer reserveren voor de nacht van vrijdag op zaterdag?

M. Philippe Mahoux (PS). - L'intitulé est une suggestion de la Chambre et je ne l'ai effectivement pas trouvé tout à fait adéquat. Cela dit, donner deux dénominations à une même réunion en fonction de l'assemblée me paraît absurde. Je me range donc à la remarque de M. Colla : l'intitulé n'est pas bon, mais ce n'est pas dramatique.

De heer Frans Lozie (AGALEV). - De convocatie is in tegenspraak met de beslissing van het Bureau. Er werd een oproep gedaan tot de politieke fracties om vertegenwoordigers aan te wijzen voor de vergadering van morgenmiddag. Dat moeten echter niet per definitie de leden van de commissie Deelname aan buitenlandse missies zijn. De convocatie moet dus worden aangepast aan de beslissing van het Bureau en opnieuw worden rondgedeeld.

M. Philippe Mahoux (PS). - De deux choses l'une : ou bien c'est la commission du suivi des missions à l'étranger qui est convoquée ; dans ce cas, les membres ne sont pas interchangeables. Je pense que telle était la proposition du gouvernement. Ou bien il s'agit d'une réunion ad hoc Chambre/Sénat et, à ce moment, nous ne sommes pas dans le même cas de figure.

Dans l'état actuel des choses, la demande du gouvernement est qu'au niveau du Sénat en tout cas, la commission de contrôle des missions à l'étranger soit convoquée. Cela a été fait. Les membres ne sont pas interchangeables, sauf si les groupes en avaient décidé autrement. C'est une liberté qui est laissée aux groupes.

De heer Frans Lozie (AGALEV). - Minstens twee politieke fracties hebben al beslist om een ander lid naar de vergadering af te vaardigen. Ik heb dit officieel, schriftelijk, gedaan en ik meen dat ook collega Vandenberghe een wijziging heeft voorgesteld.

De heer Hugo Vandenberghe (CD&V). - De regering heeft niet te beslissen wie de Senaat zal vertegenwoordigen.

Vanochtend heb ik een mondelinge vraag ingediend over de juridische draagwijdte van de door de regering ingeroepen argumentatie aangaande de doorvoerrechten van derde landen. Er werd gezegd dat ik die vraag niet in het publiek kon stellen, maar dat ze in commissie moet worden behandeld. Ik heb erop gewezen dat ik geen lid ben van de commissie. Men kan van mij toch niet vragen dat ik andere commissieleden uit de commissie verwijder om zelf een politieke vraag te stellen.

De conclusie is volgens mij dat er volgende week een openbaar debat over mijn vraag moet komen. Ik acht me op geen enkele wijze gebonden door beslissingen van de regering. De regering mag beslissen, maar ik heb het recht om een publiek debat te voeren over het standpunt van de regering inzake de juridische draagwijdte van internationale verplichtingen die geheim zouden zijn. Dat was trouwens mijn enige vraag. Ik was niet van plan om al die andere aspecten te behandelen.

De voorzitter. - Toen de regering een werkgroep voorstelde, ging ze allicht ervan uit dat de Senaatscommissie bestaat en al enige ervaring heeft. De regering nodigt de Kamerleden uit deze commissie te vervoegen. Ik lees in het beknopt verslag van Kamer dat de heer De Croo zegt dat de commissie met gesloten deuren vergadert, maar niet tot geheimhouding is verplicht. De kamerleden hebben immers niet hetzelfde statuut als de senatoren in dit soort werkgroepen.

Ik denk niet dat men een andere senator kan verhinderen aanwezig te zijn.

Vier jaar geleden, tijdens de Kosovo-crisis, werd overigens een gelijkaardige werkwijze gevolgd.

M. Hugo Vandenberghe (CD&V). - Il y avait des militaires belges au Kosovo.

Als ik goed ben ingelicht, houdt de Kamer trouwens komende maandag een openbaar debat over de verschillende vragen die kunnen worden gesteld over de juridische draagkracht van de houding van de regering. De regering kan bezwaarlijk zelf allerlei verklaringen afleggen over de wettigheid van haar houding en tegelijk de parlementsleden die daar een discussie over willen houden, verplichten dat met gesloten deuren te doen. Dat kan niet. Vanuit een verdediging van de democratische rechten van de oppositie vraag ik dat mijn vraag om uitleg op de agenda wordt gezet. (Applaus)

Mevrouw Jeannine Leduc (VLD). - De regering is er klaarblijkelijk van uitgegaan dat er bij de Senaat een commissie Deelname aan buitenlandse missies bestaat. Ondertussen hebben de kamerfracties al de kans gekregen om hun vertegenwoordigers aan te wijzen. Tijdens de discussie in het Bureau heb ik zelf met de eerste minister getelefoneerd. Hij maakt geen enkel bezwaar tegen de aanwezigheid van de heer Vandenberghe op deze vergadering. Hetzelfde geldt allicht voor de heer Lozie.

De heer Marcel Colla (SP.A). - Ik heb niet met de premier getelefoneerd, maar ik vind het wel eigenaardig dat de commissie Deelname aan buitenlandse missies, zij het in een speciale samenstelling, gevraagd worden deze vergadering bij te wonen. Het blijft voor mij nog steeds een raadsel wat de oorlog in Irak en de Belgische houding ter zake met buitenlandse missies te maken heeft. Maar waarschijnlijk zal dat wel een raadsel blijven.

Ik had nog een andere vraag. Wat gebeurt er met het debat in de plenaire vergadering van morgen? Schorsen we dat om 16 uur?

De voorzitter. - Ik stel vast dat de eerste minister dat tijdstip heeft voorgesteld. Ik heb er begrip voor dat hij haast wil maken. We zullen onze werkzaamheden daaraan aanpassen.

M. Philippe Mahoux (PS). - Je viens de prendre connaissance des propos qu'a tenus le président de la Chambre.

La convocation reste ce qu'elle est mais, au début de la séance de cette commission, nous verrons qui sera présent et nous déciderons si nous travaillons dans le cadre de la commission du suivi des missions à l'étranger ou dans un autre cadre puisque je vois que les règles ne sont pas les mêmes. Il ne faudrait pas que l'on soupçonne des collaborateurs de parlementaires du Sénat ou des fonctionnaires du Sénat d'avoir manqué à leur serment de confidentialité !

M. René Thissen (CDH). - Ayant assisté à la séance de la Chambre la semaine dernière, j'ai pu constater que l'opposition demandait à être associée à la problématique relative à la guerre en Irak et non à toutes les missions qui seraient envoyées à l'étranger.

Le premier ministre a répondu favorablement à cette demande et je ne pense pas que qui que ce soit ait indiqué que la représentation du Sénat devait nécessairement être assurée par la commission du suivi des missions à l'étranger.

Cela veut donc dire qu'un représentant, par groupe, de la Chambre va participer à ces travaux tout à fait spécifiques jusqu'au moment des élections.

Nous avons le choix. Soit nous décidons que la commission du suivi s'occupera du problème - bien qu'il s'agisse d'une mission ponctuelle ne s'inscrivant peut-être pas tout à fait dans les compétences de ladite commission, vu les spécificités qu'elle renferme - soit nous désignons d'autres personnes qui s'en occuperont.

Certains sont partis du principe que cette tâche revenait à la commission du suivi, mais ce n'est pas dit d'avance.

Mevrouw Jeannine Leduc (VLD). - De eerste minister wil in een gezamenlijke vergadering van Kamer en Senaat, die kan worden bijgewoond door een afgevaardigde van elke democratische partij, de parlementsleden in lichten over de stand van zaken. Daarom noemt de regering deze bijeenkomst geen commissie, maar een speciaal initiatief om de stand van zaken rond Irak te kunnen bediscussiëren. De eerste minister wil zo'n bijeenkomst ook organiseren na de ontbinding van de beide Kamers. Wij kunnen dat alleen maar toejuichen, zou ik denken. Nu zitten we hier te discussiëren over de vraag wie aan die discussie mag deelnemen. Op de vergadering van het Bureau heeft de regering op die vraag onmiddellijk een antwoord gegeven.

We moeten blij zijn dat we geïnformeerd worden door de regering. Wie volgende week nog een vraag om uitleg wil stellen, kan dat trouwens nog altijd doen.

De voorzitter. - Het Bureau stelt voor volgende week deze agenda voor:

Woensdag 2 april 2003 om 14 uur

Inoverwegingneming van voorstellen.

Evocatieprocedure

Wetsontwerp betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingstelsel van die pensioenen en van sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid; Stuk 2-1531/1. (Pro memorie)

Evocatieprocedure

Wetsontwerp tot wijziging van de programmawet van 10 februari 1998 tot bevordering van het zelfstandig ondernemerschap; Stuk 2-1517/1.

Evocatieprocedure

Wetsontwerp tot wijziging van de wet van 9 juli 1971 tot regeling van de woningbouw en de verkoop van te bouwen of in aanbouw zijnde woningen en de wet van 20 februari 1939 op de bescherming van de titel en van het beroep van architect; Stuk 2-1279/1 tot 3.

Wetsontwerp tot oprichting van federale raden van landmeters-experten; Stuk 2-1553/1.

Evocatieprocedure

Wetsontwerp tot bescherming van de titel en van het beroep van landmeter-expert; Stuk 2-1554/1.

Evocatieprocedure

Wetsontwerp houdende oprichting van de Federale Raad voor de strijd tegen de illegale arbeid en de sociale fraude, het Federale Coördinatiecomité en de Arrondissementscellen; Stuk 2-1493/1. (Pro memorie)

Wetsontwerp houdende instemming met de avenant van 15 augustus 2002 aan het samenwerkingsakkoord tussen de Staat, de Gewesten en de Duitstalige Gemeenschap betreffende de sociale economie van 4 juli 2000, bekrachtigd door de wet van 26 juni 2001; Stuk 2-1560/1. (Pro memorie)

Wetsontwerp tot invoeging van bijzondere maatregelen inzake aanstelling, bevordering en evaluatie van de leden gedetacheerd uit een politiedienst in de wet van 18 juli 1991 tot regeling van het toezicht op politie- en inlichtingendiensten; Stuk 2-1556/1. (Pro memorie)

Evocatieprocedure

Wetsontwerp tot wijziging van de wet van 25 juni 1992 op de landverzekeringovereenkomst en de wet van 12 juli 1976 betreffende het herstel van zekere schade veroorzaakt aan private goederen door natuurrampen; Stuk 2-1555/1.

Voorstel van kaderwet op de titelbescherming van erkende dienstverlenende intellectuele beroepen (van de heer Jan Steverlynck c.s.); Stuk 2-1289/1 tot 3.

Wetsvoorstel tot wijziging van het Strafwetboek en van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen met het oog op een verzwaring van de straffen voor personen die zich schuldig maken aan smokkel van en handel in niet-begeleide minderjarigen (van mevrouw Nathalie de T' Serclaes c.s.); Stuk 2-1457/1.

Vanaf 18 uur: Naamstemmingen over de afgehandelde agendapunten in hun geheel.

Donderdag 3 april 2003

's ochtends om 10 uur

Wetsontwerp tot invoeging van een artikel 442bis in het Wetboek van strafvordering; Stuk 2-1156/1 tot 4. (Pro memorie)

Wetsontwerp tot regeling van de afschaffing van de militaire rechtscolleges in vredestijd alsmede van het behoud ervan in oorlogstijd; Stuk 2-1535/1.

Evocatieprocedure

Wetsontwerp tot regeling van de rechtspleging voor de militaire rechtscolleges en tot aanpassing van verscheidene wettelijke bepalingen naar aanleiding van de afschaffing van de militaire rechtscolleges in vredestijd; Stuk 2-1536/1.

Wetsontwerp tot wijziging van sommige bepalingen van deel II van het Gerechtelijk Wetboek; Stuk 2-1537/1.

Wetsontwerp tot wijziging van de artikelen 357 en 362 van het Gerechtelijk Wetboek; Stuk 2-1557/1. (Pro memorie)

Wetsontwerp tot wijziging van het Wetboek van Strafvordering en de wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken wat betreft de vertalingen van de mondelinge verklaringen; Stuk 2-1559/1.

Toe te voegen:

Wetsvoorstel tot wijziging van artikel 332 van het Wetboek van strafvordering en artikel 31 van de wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken (van de heer Paul Galand c.s.); Stuk 2-1529/1.

Wetsvoorstel betreffende de erkenning van verenigingen zonder winstoogmerk die slachtoffers van opzettelijke gewelddaden begeleiden (van de heer Jean-Pierre Malmendier); Stuk 2-385/1 en 2.

Wetsvoorstel houdende regeling van economische en individuele activiteiten met wapens (van de heer Josy Dubié c.s.); Stuk 2-1158/1 tot 12. (Pro memorie)

's namiddags om 15 uur

Inoverwegingneming van voorstellen.

Mondelinge vragen.

Evocatieprocedure

Ontwerp van programmawet; Stuk 2-1566/1. (Over te zenden door de Kamer)

Ontwerp van verklaring tot herziening van de Grondwet; Stuk 2-1549/1.

Toe te voegen:

Voorstel van verklaring tot herziening van artikel 151 van de Grondwet (van de heren Wim Verreycken en Joris Van Hauthem); Stuk 2-63/1;

Voorstel van verklaring tot herziening van de artikelen 99 en 104 van de Grondwet om nieuwe bepalingen in te voegen betreffende de gelijke vertegenwoordiging van vrouwen en mannen (van mevrouw Sabine de Bethune c.s.); Stuk 2-250/1;

Voorstel van verklaring tot herziening van titel II van de Grondwet, om nieuwe bepalingen in te voegen betreffende de rechten van het kind (van mevrouw Sabine de Bethune c.s.); Stuk 2-327/1;

Voorstel van verklaring tot herziening van artikel 72 van de Grondwet, om het op te heffen (van de heren Wim Verreycken en Roeland Raes); Stuk 2-454/1;

Voorstel van verklaring tot herziening van titel II van de Grondwet om een artikel in te voegen dat het mogelijk maakt organisaties die de vrijheden fnuiken uit te sluiten van de subsidies, middelen en mandaten die worden toegekend aan politieke, economische, sociale of culturele organisaties op grond van hun diensten aan de gemeenschap (van mevrouw Marie Nagy c.s.); Stuk 2-870/1;

Voorstel van verklaring tot herziening van artikel 142 van de Grondwet, om een paragraaf toe te voegen waarbij het Arbitragehof bevoegd wordt gemaakt om uitspraak te doen over de andere bij de Grondwet bepaalde gevallen (van mevrouw Marie Nagy c.s.); Stuk 2-871/1;

Voorstel van verklaring tot herziening van artikel 113 van de Grondwet (van de heren Vincent Van Quickenborne en Jean-Marie Dedecker); Stuk 2-1008/1;

Voorstel van verklaring tot herziening van het decreet nr. 5 van 24 november 1830 betreffende de eeuwige uitsluiting van de familie Oranje-Nassau van enige macht in België (van de heren Frank Creyelman en Wim Verreycken); Stuk 2-1382/1;

Voorstel van verklaring tot herziening van artikel 59 van de Grondwet, teneinde de senatoren van rechtswege niet langer te onttrekken aan de gewone rechtsgang (van de heer Wim Verreycken); Stuk 2-1383/1;

Voorstel van verklaring tot herziening van de artikelen 76 en 142 van de Grondwet, teneinde de Belgen het recht te waarborgen op een behoorlijke en democratisch getoetste totstandkoming van de wetgeving (van de heer Jacques D'Hooghe); Stuk 2-1541/1;

Voorstel van verklaring tot herziening van artikel 195, tweede tot vijfde lid, van de Grondwet (van de heer Vincent Van Quickenborne); Stuk 2-1546/1;

Voorstel van verklaring tot herziening van de Grondwet (van de heer Luc Van den Brande c.s.); Stuk 2-1547/1.

Evocatieprocedure

Wetsontwerp tot reglementering van de boekenprijs; Stuk 2-1532/1. (Pro memorie)

Wetsontwerp tot vaststelling van de algemene bepalingen die gelden voor de begrotingen, de controle op de subsidies en voor de boekhouding van de Gemeenschappen en de Gewesten, alsook voor de organisatie van de controle door het Rekenhof; Stuk 2-1551/1.

De georganiseerde criminaliteit in België; Stuk 2-425/1.

Vanaf 18 uur:

Naamstemmingen over de afgehandelde agendapunten in hun geheel.

Naamstemming over het verslag van de parlementaire onderzoekscommissie belast met het onderzoek naar de legale en illegale exploitatie van en de handel in natuurlijke rijkdommen in de regio van de Grote Meren, in het licht van de huidige conflictsituatie en de betrokkenheid van België daarbij; Stuk 2-942/1.

Naamstemming over het voorstel van resolutie betreffende het adiëren van het Internationaal Strafhof inzake misdaden waarover het rechtsmacht heeft en die in de Democratische Republiek Kongo gepleegd werden (van de heer Georges Dallemagne); Stuk 2-1492/1.

Eventueel 's avonds om 19 uur

Hervatting van de agenda van de namiddagvergadering.

Eventueel vrijdag 4 april 2003

's ochtends, 's namiddags en 's avonds

Hervatting van de agenda van de namiddagvergadering.

-De Senaat is het eens met deze regeling van de werkzaamheden.