2-247

2-247

Belgische Senaat

Handelingen

DONDERDAG 28 NOVEMBER 2002 - NAMIDDAGVERGADERING

(Vervolg)

Vraag om uitleg van de heer Johan Malcorps aan de minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu over «de uitvoering van de afspraken inzake de aanpak van milieucriminaliteit» (nr. 2-894)

De heer Johan Malcorps (AGALEV). - Uit een antwoord van minister Verwilghen op een parlementaire vraag bleek dat gemiddeld 50% van alle milieuovertredingen geseponeerd wordt. Dit doet opnieuw vragen rijzen bij het hele handhavingsbeleid en de afspraken hierrond op federaal vlak. Kan de minister mij meedelen hoever het staat met de uitvoering van de punten 17 en 44 betreffende de bestrijding van de milieucriminaliteit, in het Federaal Veiligheidsplan?

Hoe ver staat het overleg tussen zijn kabinet en het kabinet Duquesne? Welke afspraken werden er reeds gemaakt met minister Verwilghen, bijvoorbeeld inzake de aanpak van zware milieudelicten door gespecialiseerde parketmagistraten of kamers bij de gerechtshoven? Hoever staat het met de opmaak van een vervolgingsrichtlijn?

Welke vorderingen zijn gemaakt in het versterken van de handhavingstaak van de inspectiediensten die rechtsreeks onder de minister van Leefmilieu ressorteren? Welke initiatieven zijn reeds genomen om tot een rationalisatie te komen van de milieuhandhavingswetgeving? Hoe wordt de internationale milieucriminaliteit op zee efficiënter aangepakt? Ik verwijs hier naar de ramp met de Prestige. Welke afspraken werden er daarover gemaakt met de minister van Economische Zaken, bevoegd voor de Werkgroep Kustwacht?

Welke beslissingen zijn er reeds genomen in verband met de juridische en technisch-wetenschappelijke vorming van controleambtenaren, magistraten en politie? Welke afspraken zijn er met andere bestuursniveaus, gewesten, provincies, gemeenten?

M. Paul Galand (ECOLO). - Je m'associe aux questions posées par M. Malcorps. De nos jours, on parle beaucoup d'insécurité en oubliant souvent que ce sentiment est dû également à un certain laxisme par rapport à ce qui présente un danger pour la vie et la sécurité des gens dans leur environnement. Il est dès lors important de se préoccuper de l'exécution des mesures convenues dans le cadre de la lutte contre la criminalité environnementale.

De heer Jef Tavernier, minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu. - De vraag van de heer Malcorps lijkt op het eerste gezicht misschien enigszins onschuldig, maar toch vergt ze een vrij uitgebreid antwoord. Ik zal hem misschien moeten ontgoochelen omdat hij zeer concrete elementen en acties vraagt. De aanpak van de milieucriminaliteit vraagt niet alleen een lange voorbereiding, maar ook een ernstige coördinatie.

Ik herinner eerst aan het bevoegdheidskader. De milieumateries werden sinds de wet op de institutionele hervormingen van 1980 in ruime mate geregionaliseerd. Het concrete gevolg is dat het grootste deel van alle milieu-aangelegenheden tot de bevoegdheid van de gewesten behoort en dat slechts een beperkt aantal materies federaal zijn gebleven. Voor de controleactiviteiten hierop zijn verschillende federale ministers bevoegd, waaronder ikzelf. Zo is bijvoorbeeld de minister van Financiën bevoegd, die douaniers ter beschikking stelt voor de doorvoer; er is de minister van Wetenschappelijk Onderzoek die bevoegd is voor de maritieme verontreiniging; er is de minister van Economische Zaken die bevoegd is voor de controle op de productnormen, enzovoort. Een optimale controle vergt dus een goede samenwerking met andere overheden.

Naast die milieuoverwegingen zijn er per definitie voor alle materies - ongeacht of ze tot de federale, regionale of andere bevoegdheid behoren - twee federale overheden bevoegd voor de controle en de vervolgingen, namelijk Binnenlandse Zaken voor de controle en Justitie met parket en rechters.

De punten 17 en 44 van het Federaal veiligheidsplan van de minister van Justitie bevatten verschillende maatregelen ter bestrijding van de milieucriminaliteit. Het gaat om concrete maatregelen die moeten worden toegepast ter uitvoering van het regeerakkoord van 1999.

Ik zal eerst een antwoord geven op de vragen die tot mijn bevoegdheid horen. Mijn voorgangster, mevrouw Aelvoet en ikzelf hebben een reeks maatregelen genomen ter bestrijding van de milieucriminaliteit. De bevolking vraagt terecht dat de milieunormen zouden worden nageleefd en dat de administratie een gepast en doeltreffend antwoord zou bieden.

Het vaststellen van milieu-inbreuken wordt een steeds moeilijker opgave door de steeds toenemende complexiteit en de toename van het aantal normen. Er moet dus worden gekozen voor een eenvoudig, maar doeltreffend controlesysteem dat rekening houdt met de risico's van de overtreding en dat is aangepast aan de omvang van de betrokken materies. Tevens wens ik dat de controles doorzichtig worden en dat de rechten van de burgers hierbij worden nageleefd.

Mijn aandacht gaat bijgevolg naar drie middelen: een prioriteitennota, een jaarlijks controleprogramma en een raamwetgeving voor de controle, vaststelling en repressie van milieu-overtredingen. Wij hebben een prioriteitennota opgesteld die objectieve criteria geeft voor de ernst van het misdrijf en de overtredingen die bij voorrang moeten worden vervolgd en bestraft. Wegens hun ernst vergen die overtredingen een heel bijzondere aandacht van onze diensten.

Er is ook een jaarlijks toezichtsprogramma dat jaar na jaar varieert en dat past in een programma dat over drie jaren loopt, zodat we na die drie jaren alle materies gecoverd hebben.

Het ontwerp van kaderwet omvat de controle, de opsporing, de vaststelling, de vervolging en de repressie van de milieuovertredingen. Die nieuwe wet zal een rationalisering van de wetgeving op de controles mogelijk maken, de bevolking meer rechtszekerheid bieden en een beter actiekader voor onze agenten waarborgen. De met de controles belaste agenten zullen bijgevolg geharmoniseerde functies en bevoegdheden krijgen en ze zullen over de nodige juridische middelen kunnen beschikken. Wij hopen dit ontwerp van kaderwet begin 2003 voor te stellen. Momenteel leggen we in uitvoering van de wet op de productnormen een KB voor dat in administratieve sancties voorziet, wat de sanctionering zal vergemakkelijken omdat men niet langer afhankelijk zal zijn van de parketten.

In het raam van de milieucriminaliteit op zee werd de Werkgroep Kustwacht opgericht. Om de milieucriminaliteit op zee aan te pakken, beschikken mijn diensten over twee interventiemiddelen: het programma BELMEC (Belgian Marine Environmental Control) en een kleine boot voor mariene toezicht, de Tuimelaar. Die beide middelen worden beheerd door BMM. Ook hier werden de diensten die tot mijn bevoegdheid horen, meer bepaald het interventieteam, gereorganiseerd.

De werkzaamheden van de groep Kustwacht hebben het mogelijk gemaakt een overlegforum op te zetten tussen de verschillende federale en regionale diensten die mariene bevoegdheden hebben. Dit forum heeft geleid tot de opstelling van een draaiboek, dat de taken van de verschillende diensten registreert en aanwijzingen voorstelt voor een effectieve integratie in de toekomst van de operationele opdrachten en middelen. Aangezien de voorzitter van die groep nu tot het departement Binnenlandse Zaken behoort, moet ik u voor bijkomende gegevens terzake naar mijn collega-minister verwijzen.

Wat de technische en juridische vorming van het personeel betreft, kan ik u meedelen dat er geregeld colloquia worden georganiseerd, onder andere door de Belgische vereniging voor Milieurecht, waarbij thema's worden behandeld zoals de controle door het personeel van de gespecialiseerde besturen, maar ook de controle en vervolgingen door de gerechtelijke instanties. Vertegenwoordigers van mijn diensten nemen aan die vormingssessies deel.

Ook het ontwerp van kaderwet moet bijdragen tot de verbetering van de bevoegdheden waarover ik het reeds had. Er moeten bilaterale opleidingsakkoorden worden gesloten als verlengstuk van de aanvaarding van de Prioriteitennota door de gerechtelijke instanties.

Er bestaan tal van samenwerkingsakkoorden tussen de verschillende bevoegde overheden, enerzijds tussen de federale overheden en anderzijds tussen de federale en regionale overheden. Die akkoorden betreffen tegelijk vraagstukken van het mariene milieu en milieuvraagstukken op het vasteland. Sommige worden zelfs herzien of gewijzigd met het oog op de vergroting van de doeltreffendheid. Dat geldt onder meer voor de doorvoer van afvalstoffen.

Onze actieve deelname voor een betere controle gebeurt niet alleen op het niveau van de gewesten, maar ook op dat van de gemeenten. Voor wat de wetgeving betreft, hebben wij er bij de opstelling van het ontwerp tot herziening van de nieuwe gemeentewet op aangedrongen dat de gemeenten administratieve sancties, meer bepaald voor milieuovertredingen, moeten kunnen opleggen.

Ik kom nu tot de acties samen met de ministers Duquesne en Verwilghen. Wij moeten in staat zijn in te gaan op de vragen die bij de bevolking leven. Dus het openbaar ministerie en de politiediensten, zowel in hun interne organisatie als in hun onderlinge verhouding met de bevoegde administraties, waaronder de Federale Overheidsdienst voor Leefmilieu, moeten de nodige maatregelen nemen om op een adequate manier tegemoet te komen aan de eisen die de regering en de maatschappij stellen met betrekking tot het handhavings- en vervolgingsbeleid inzake leefmilieu.

In dat verband wensen wij onze prioriteitennota mede te delen aan het parket om enerzijds de samenwerking met Justitie te bevorderen en anderzijds actief bij te dragen tot een rationalisering van de gerechtelijke vervolgingen. De veelheid aan milieu-inbreuken maakt het immers niet mogelijk dat alle misdrijven die vastgesteld worden ook daadwerkelijk vervolgd worden. Dit impliceert dat voortdurend keuzes moeten gemaakt worden, prioriteiten moeten vastgelegd worden en een zekere selectie moet doorgevoerd worden, zodat relatief minder belangrijke zaken plaats maken voor de strafrechtelijke bestrijding van zwaarwichtigere misdrijven.

De specifieke en technisch-juridisch moeilijke materie van het leefmilieu doet in de parketten niet alleen de nood ontstaan aan specialisatie, maar ook de nood aan een aangepast opsporings- en vervolgingsbeleid. Een vervolgingsbeleid voor leefmilieu via een ministeriële richtlijn van de minister van Justitie is volgens ons van groot belang, ook in het licht van het optreden door politiediensten en controlediensten. Ook belangrijk is de aangepaste integratie van milieucriminaliteit als prioriteit binnen het nationaal veiligheidsplan van de minister van Binnenlandse Zaken.

Volgende week is er een overleg met de minister van Justitie. Verschillende voorstellen zullen worden geïntroduceerd, onder meer inzake de strafrechtelijke aansprakelijkheid van rechtspersonen - zware milieucriminaliteit wordt immers vaak gepleegd door rechtspersonen - het vervolgingsbeleid inzake leefmilieu en de organisatie van de magistratuur in verband met milieuzaken. Ik beklemtoon voorts dat de internationale context er ons toe verplicht alert te zijn en alles in het werk te stellen om die vorm van criminaliteit doeltreffend aan te pakken.

Op Europees niveau staat de Raad inderdaad op het punt een raamakkoord goed te keuren over de milieubescherming via het strafrecht. De Europese Commissie heeft opdracht gegeven voor een studie over de omvang van de milieucriminaliteit. Het signaal is duidelijk. Het zou onverantwoord zijn te weigeren een prioriteit te maken van de milieucriminaliteit. Ook op pan-Europees niveau zijn er sterke signalen. Wij hebben het Verdrag van Straatsburg ondertekend alsook het Verdrag van Aarhus dat de toegang tot de rechter inzake milieuaangelegenheden regelt. Die beide verdragen worden nu bekrachtigd.

Het is van groot belang dat alle actoren die voor handhaving instaan, namelijk het openbaar ministerie, de politiediensten en de milieuadministraties, een inhoud geven aan hun rol van actor in de handhaving. De FOD voor Leefmilieu is bezig zulke inhoud op te stellen op een adequate en kwaliteitsvolle manier. Het is nu aan de andere actoren een inhoud te geven aan hun rol.

De keuzen die werden gemaakt in het Federale Veiligheidsplan moeten tot uiting komen in de teksten. De ministers die deze keuzen hebben gemaakt moeten concrete normen bepalen om ze te verwezenlijken en die normen moeten door iedereen worden nageleefd. Noch de milieuadministratie, noch de politiediensten, noch de gerechtelijke administratie mogen worden vrijgesteld van de uitvoering ervan. De komende weken zullen verschillende zaken moeten worden ingevuld. Het betreft heel wat coördinatie. Daarnaast moet uiteraard de politieke wil aanwezig zijn.

De heer Johan Malcorps (AGALEV). - Ik dank de minister voor het schitterende overzicht van al zijn goede intenties. Ik kan echter alleen maar vaststellen dat voor andere hoofdstukken en aspecten van het federale veiligheidsbeleid er door alle ministers samen wel gecoördineerd en onder aanvoering van de premier op het terrein actie wordt gevoerd, en dat in deze materie blijkbaar de politieke wil bij alle actoren nog niet kan vastgesteld worden om er effectief werk van te maken.

We lopen aan tegen het einde van deze legislatuur. Ik hoop daarom dat deze intenties de komende weken in daden zullen worden omgezet, zodat alle ministers die ter zake bevoegd zijn, een gecoördineerde actie voeren. Het kan toch echt niet dat 50% van alle milieudelicten gewoon wordt geseponeerd en dat milieuovertredingen alleen op het niveau van de gewesten administratief afgehandeld worden en dat er dus eigenlijk geen sancties staan tegenover het in gevaar brengen van de volksgezondheid.

-Het incident is gesloten.

De voorzitter. - De agenda van deze vergadering is afgewerkt.

De volgende vergaderingen vinden plaats donderdag 5 december 2002 om 10.30 en om 15 uur.

(De vergadering wordt gesloten om 20 uur.)