2-241 | 2-241 |
Mevrouw Erika Thijs (CD&V). - Momenteel leven ongeveer 600.000 Belgen in het buitenland. Die hebben uiteenlopende redenen om niet in hun vaderland te blijven. Professionele redenen zijn zeker niet de minst relevante. Een belangrijk deel van die expats keert op het einde van de beroepscarrière of zelfs vroeger terug huiswaarts.
Vele landgenoten die gedurende een belangrijke periode van hun leven in het buitenland wonen, participeren voluit aan het leven van hun gastland. Om de integratie te bevorderen vragen sommigen de nationaliteit van het gastland aan.
Artikel 22 van het Wetboek van de Belgische nationaliteit verbindt aan die aanvraag automatisch het verlies van de Belgische nationaliteit. Hoewel die regel voortvloeit uit het internationale recht, meer in het bijzonder de overeenkomst van 6 mei 1963 betreffende de beperking van gevallen van meervoudige nationaliteit en betreffende militaire verplichtingen in geval van meervoudige nationaliteit, opgemaakt te Straatsburg, heeft hij ongewenste gevolgen in een wereld waarin de internationale mobiliteit van mensen steeds toeneemt.
Hoewel artikel 22 rechtszekerheid creëert en country shopping tegengaat, rijst toch de vraag of een milde toepassing niet moet worden nagestreefd.
Daarom volgende vragen aan de minister.
Hoeveel gevallen van verlies van de Belgische nationaliteit op basis van artikel 22 werden de jongste jaren vastgesteld?
Bestaan er gegevens over wederverwerving van de Belgische nationaliteit door personen die op basis van artikel 22 hun nationaliteit hadden verloren?
Hoe gebeurt de vaststelling van het automatisch verlies van nationaliteit op basis van artikel 22?
Wat zijn de redenen om het automatisch verlies van nationaliteit ook toe te passen tegenover landen die geen partij zijn bij de overeenkomst van 6 mei 1963?
De heer Marc Verwilghen, minister van Justitie. - Jammer genoeg is het niet mogelijk meteen cijfermatig te antwoorden. De aangelegenheid is gecompliceerder dan men bij de lectuur van de vragen zou denken.
Ik zal eerst een toelichting geven bij het verlies van de Belgische nationaliteit. De Belg die de leeftijd van achttien jaar heeft bereikt en vrijwillig een vreemde nationaliteit verwerft, verliest krachtens artikel 22, paragraaf 1, van het Wetboek van de Belgische nationaliteit automatisch de Belgische nationaliteit. Dezelfde regel wordt toegepast in de overeenkomst van Straatsburg van 6 mei 1963 waarnaar mevrouw Thijs heeft verwezen.
Het departement van Justitie beschikt ter zake slechts over beperkte cijfers. Bij de overeenkomst van Parijs van 10 september 1964 inzake uitwisseling van gegevens over het verkrijgen van nationaliteit is een internationaal modelformulier opgesteld. De aan de overeenkomst gebonden landen maken het desbetreffende formulier over aan het departement Justitie door tussenkomst van de diplomatieke vertegenwoordiging van het departement Buitenlandse Zaken. De dienst Nationaliteit van het departement Justitie kan in die gevallen nagaan of het verkrijgen van de vreemde nationaliteit het verlies van de Belgische nationaliteit tot gevolg heeft.
De gebonden staten zijn België, Griekenland, Italië, het Groothertogdom Luxemburg, Nederland, Suriname, Oostenrijk, Portugal en Turkije.
Met de aan die overeenkomst niet-gebonden staten bestaat geen vast uitwisselingsakkoord inzake nationaliteit en bijgevolg beschikt het departement slechts sporadisch over de desbetreffende informatie inzake de nationaliteit die in voorkomend geval eveneens via de diplomatieke vertegenwoordiging van het departement Buitenlandse Zaken aan ons departement wordt gemeld.
Bovendien bevatten de statistieken niet de cijfers over het automatisch verlies van de Belgische nationaliteit van niet-ontvoogde minderjarigen die als gevolg van het verkrijgen van een vreemde nationaliteit door hun ouders, of door adoptie een vreemde nationaliteit hebben verkregen. Rekening houdende met die aspecten werden in 1999 184 gevallen, in 2000 174 en in 2001 91 gevallen van verlies van de Belgische nationaliteit op het departement Justitie geregistreerd. Dat zijn al de gevallen van gebonden landen en enkele van niet-gebonden landen die ons zijn meegedeeld.
Mevrouw Thijs vroeg ook meer uitleg over de herverkrijging van de Belgische nationaliteit. In geval van automatisch verlies van de Belgische nationaliteit of wanneer het verlies het gevolg is van een verklaring van afstand van de Belgische nationaliteit afgelegd door een bipatride Belg, kan de Belgische nationaliteit worden herverkregen door een verklaring onder de voorwaarden bepaald door artikel 24 van het Wetboek van de Belgische nationaliteit. Daarover zijn globale cijfers beschikbaar, maar die zijn niet opgesplitst naar de wijze van verlies van de Belgische nationaliteit. De cijfers slaan op ingewilligde aanvragen op basis van artikel 24 van het Wetboek van de Belgische nationaliteit en worden verstrekt door de parketten-generaal. Voor het jaar 2000 moet ik erop wijzen dat de cijfers voor de aanvragen ingewilligd bij het parket Brussel en Leuven nog niet beschikbaar zijn. Voor het jaar 1999 werden op het departement Justitie 155 gevallen van herverkrijging van de Belgische nationaliteit geregistreerd, voor 2000 204 en voor 2001 167 gevallen. Ook voor die cijfers moet enig voorbehoud worden gemaakt.
Mevrouw Erika Thijs (CD&V). - Ik wil de minister wijzen op de problemen die Belgen kennen in de VS, een van de landen die het akkoord van 1963 niet hebben ondertekend. Heel wat Belgen bouwen in de VS een bedrijf op. Als een van de echtgenoten die samen een bedrijf hebben, sterft, gaat zestig procent van dat bedrijf naar de Amerikaanse staat. De VS raadt dat soort mensen aan het Amerikaanse staatsburgerschap aan te vragen. Toch zijn heel wat Belgen niet van plan heel hun leven in de VS te blijven. Ze blijven uiteindelijk Belg en Vlaming in hart en nieren en staan de Belgische nationaliteit niet graag af. Kan voor die groep van mensen die zelfs niet klein te noemen is, niet aan een uitzonderingsmaatregel worden gedacht?
De heer Marc Verwilghen, minister van Justitie. - Het probleem is mij bekend. De oplossing ligt in een bilaterale overeenkomst tussen België en de VS. De wetgeving op de Belgische nationaliteit is mijn bevoegdheid, maar als daarover iets in een bilaterale overeenkomst moet worden geregeld, is dat een bevoegdheid van de minister van Buitenlandse Zaken.
Ik kan het probleem enkel aan mijn collega signaleren en ik wil dat naar aanleiding van de vraag van mevrouw Thijs ook graag doen.
-L'incident est clos.