Vragen en Antwoorden

Belgische Senaat


Bulletin 2-44

ZITTING 2001-2002

Vragen waarop niet werd geantwoord binnen de tijd bepaald door het reglement
(Art. 66 van het reglement van de Senaat)

(N.): Vraag gesteld in 't Nederlands - (Fr.): Vraag gesteld in 't Frans


Minister van Justitie

Vraag nr. 1576 van de heer Monfils d.d. 5 oktober 2001 (Fr.) :
Ambt van de Rechterlijke Orde. ­ Verbod van cumulatie met een door verkiezing toegekend openbaar mandaat.

Artikel 293 van het Gerechtelijk Wetboek verbiedt de cumulatie van een ambt van de Rechterlijke Orde met een door verkiezing toegekend openbaar mandaat of een bezoldigde openbare functie of openbaar ambt van politieke of administratieve aard.

Het tweede lid van artikel 294 van het Gerechtelijk Wetboek bepaalt evenwel dat van die regel kan worden afgeweken met machtiging van de Koning, op voordracht van de minister van Justitie, wanneer het gaat om de deelneming aan een commissie, een raad, een raadgevend comité of, krachtens een speciaal mandaat, het beheer of de controle van een openbaar orgaan, en voor zover het aantal bezoldigde ambten of functies niet meer dan twee bedraagt en dat het totale bedrag van de bezoldiging niet groter is dan één tiende van het bruto jaarsalaris van de hoofdfunctie in de Rechterlijke Orde.

Kan u mij zeggen hoeveel magistraten er per gerechtelijk arrondissement van die afwijking genieten, hoeveel mandaten er onder die afwijking vallen en wat de namen zijn van de commissies waarin die magistraten zetelen ?