Vragen en Antwoorden

Belgische Senaat


Bulletin 2-46

ZITTING 2001-2002

Vragen waarop niet werd geantwoord binnen de tijd bepaald door het reglement
(Art. 66 van het reglement van de Senaat)

(N.): Vraag gesteld in 't Nederlands - (Fr.): Vraag gesteld in 't Frans


Minister van Justitie

Vraag nr. 661 van mevrouw De Schamphelaere d.d. 19 mei 2000 (rappels van 29 januari, 14 juni, 27 september en 12 november 2001) (N.) :
Schadelijke sektarische organisaties. ­ Informatie- en adviescentrum. ­ Naleving van de principes van de rechtsstaat.

Drie jaar terug, op 28 april 1997, werd het rapport neergelegd van de parlementaire onderzoekscommissie met het oog op de beleidsvorming ter bestrijding van de onwettige praktijken van de sekten en van de gevaren ervan voor de samenleving en voor het individu, inzonderheid voor de minderjarigen.

De toegevoegde lijst met 189 sektarisch te noemen bewegingen werd niet goedgekeurd.

Op basis van het parlementair verslag werd een Informatie- en Adviescentrum inzake de schadelijke sektarische organisaties en een Administratieve Coördinatiecel inzake de strijd tegen schadelijke sektarische organisaties opgericht, door de wet van 2 juni 1998.

Deze wet moet nog concreet uitgevoerd worden zodat voormelde diensten van start kunnen gaan.

Ondertussen echter maakte de krant De Morgen melding van een lijst van vijftig gevaarlijke sekten die door de Staatsveiligheid worden opgevolgd. Hierbij wordt ook een antroposofische vereniging begrepen.

Hierbij rijzen een aantal vragen :

­ Zowel het informatie- en adviescentrum als de coördinatiecel moeten hun onderzoek nog starten. Op basis van welke criteria oordeelt de Staatsveiligheid dan op dit moment over het al dan niet gevaarlijk karakter van een organisatie ? Kan het publiek daar inzage in krijgen ?

­ Hoe kan het dat in een rechtsstaat de Staatsveiligheid ondanks haar beroepsgeheim namen van groeperingen die zij volgt, lekt naar de pers ?

­ Hoe zit het met het vermoeden van onschuld in een rechtsstaat als bij dit lekken bovendien reeds het etiket « gevaarlijk » meegegeven wordt zonder dat er één gerechtelijke uitspraak is ?

­ Zal het Informatie- en Adviescentrum inzake de schadelijke sektarische organisaties ook de « ongevaarlijke » bewegingen zuiveren van alle blaam die zij sinds de parlementaire onderzoekscommissie opgelopen hebben ?

­ Hoe zal het informatie- en adviescentrum de principes van de rechtsstaat respecteren (vermoeden van onschuld zolang geen wetsovertreding is bewezen, recht om gehoord te worden, recht op tegensprekelijk debat, recht op verdediging, mogelijkheid van beroep, plicht tot neutraliteit van de overheid ten opzichte van opinies en overtuigingen) ?